Terug
Gepubliceerd op 22/12/2023

Besluit  OCMW-raad

do 21/12/2023 - 22:00

Reglement van tussenkomst met REMI-subsidies

Aanwezig: Tess Minnens, voorzitter
Jan Vermeulen, Johan Cornelis, Rutger De Reu, Conny De Spiegelaere, Bruno Dhaenens, Bart Van Thuyne, Filip Vervaeke, Sofie D'hondt, Nathalie Lambrecht, leden vast bureau
Marleen Vanlerberghe, lid vast bureau, comitévoorzitter
Annick Verstraete, Eric Van Huffel, Marc De Schrijver, Annie Mervillie, Freija Dhondt, Paul Soetaert, Hans Martens, Gunnar Claeys, Stephanie Debeurme, Matthias Neirynck, Olaf Evrard, Sören Van de Moortele, Nadia Sucaet, Jan Pauwels, Bart Vermaercke, Alexander Adams, Eva Martens, Carline De Paepe, Kristof Van den Berghe, Peter De Maertelaere, Peter Parmentier, Els Baart, raadsleden
Stefanie De Vlieger, algemeen directeur
Verontschuldigd: Sabine Vermeulen, Ortwin Depoortere, raadsleden
Sylvie Claeys, waarnemend gemeenteraadslid
Regelgeving

De gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994, artikels 41 en 162.

Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur.

Het bestuursdecreet van 7 december 2018.

Het koninklijk besluit van 22 januari 2023 houdende een toelage voor het gebruik van de REMI-tool om aanvullende financiële steun te verlenen aan OCMW-begunstigden.

De omzendbrief van 10 maart 2023 betreffende het koninklijk besluit van 22 januari 2023 houdende een toelage voor het gebruik van de REMI-tool om aanvullende financiële steun te verlenen aan OCMW-begunstigden.

Het ministerieel besluit van 18 april 2023 ter uitvoering van artikel 2 van het koninklijk besluit van 22 januari 2023 houdende een toelage voor het gebruik van de REMI-tool om aanvullende financiële steun te verlenen aan OCMW-begunstigden.

Bijlagen

Bijlage bij het ministerieel besluit van 18 april 2023 ter uitvoering van artikel 2 van het koninklijk besluit van 22 januari 2023 houdende een toelage voor het gebruik van de REMI-tool om aanvullende financiële steun te verlenen aan OCMW-begunstigden.

Motivering

Het koninklijk besluit van 22 januari 2023 voorziet een toelage aan OCMW's voor het gebruik van de REMI-tool om aanvullende financiële steun te verlenen aan OCMW-begunstigden.

De federale regering heeft beslist om de OCMW's te ondersteunen in de toekenning van een aanvullende financiële steun wanneer beroep wordt gedaan op het instrument dat toelaat om de behoeftenanalyse van het gezin te objectiveren. Het instrument, met name de REMI-tool, beoogt om de specifieke behoeften van een begunstigde zo goed mogelijk in kaart te brengen zodat het bedrag van de aanvullende financiële steun kan vastgesteld worden waarover betrokkene zou moeten beschikken om te kunnen leven op een manier die een volwaardige deelname aan de samenleving mogelijk maakt. Met het gebruik van de REMI-tool kan het beschikbaar budget van een hulpvrager objectief beoordeeld worden door de maatschappelijk werkers op basis van gezins- en territoriale parameters (bv. huurprijs, vervoerskosten, schoolkosten). Een voorwaarde voor deze aanvullende steun is dat de aanvrager een activeringstraject moet volgen behalve wanneer het om gezondheids- of billijkheidsredenen niet kan of als de hulpvrager al in een activeringstraject zit of als betrokkene al aan het werk is.

De federale regering stelt financiële middelen ter beschikking om enerzijds de REMI-tool (ontworpen door CEBUD) gedurende twee jaar gratis ter beschikking te stellen van de OCMW's om hen aan te moedigen om deze tool te gebruiken en anderzijds om een tussenkomst in de aanvullende financiële steun te verlenen aan begunstigden aan de hand van het gebruik van de REMI-tool.

In de bijlage van het ministerieel besluit van 18 april 2023 werd medegedeeld hoeveel elk OCMW zou ontvangen. Voor OCMW Deinze gaat het om een totaal bedrag van 53.295,87 EUR. De kostprijs van de huur van de REMI-tool komt op 1.667,38 EUR waardoor er een bedrag van 51.628,49 EUR beschikbaar blijft voor steunverlening.

Vanuit het sociaal huis willen we ons richten tot de doelgroep van de alleenstaanden van wie de inkomsten niet meer bedragen dan de inkomensgrenzen voor sociale huisvesting en die geen spaarreserve hebben die hoger is dan 6 x het leefloon als alleenstaande. Binnen deze doelgroep vallen uiteraard alle alleenstaande (equivalent) leefloners maar ook personen die in budgetbegeleiding, budgetbeheer of collectieve schuldenregeling zijn.

  • Als alleenstaanden worden beschouwd: alle personen die effectief alleen wonen en als enige persoon gedomicilieerd staan op een adres. Deze personen staan met één inkomen volledig zelf in voor alle vaste kosten. Zeker personen die een woning op de private huurmarkt huren hebben het moeilijk om de eindjes aan elkaar te knopen.
  • De inkomsten mogen niet hoger zijn dan de inkomensgrenzen voor sociale huisvesting. Dit komt op een belastbaar inkomen van 28.105 euro, of 30.460 euro ingeval van een persoon met een beperking. Dit is de lagere inkomensklasse.
  • De spaarreserve mag niet hoger zijn dan 6 x het leefloon als alleenstaande: dit is 7.579,02 euro. Dit wordt algemeen aanvaard als een minimumbuffer voor een gezonde financiële situatie.

Uit een eerste inschatting van het sociaal huis op datum van 28 november 2023 blijkt dat het over maximaal 175 personen zou kunnen gaan die in aanmerking zouden kunnen komen voor de premie. Dit zijn 46 personen met recht op leefloon, 15 personen met recht op equivalent leefloon en 114 personen in budgetbegeleiding, budgetbeheer of collectieve schuldenregeling. Het gaat om een maximaal aantal personen omdat de REMI-tool nog moet toegepast worden op hun dossier. Uit het onderzoek via de REMI-tool zal voor sommige personen immers blijken dat zij geen tekort hebben om een menswaardig leven te leiden. Dit kan bijvoorbeeld als zij in een sociale woning wonen waarvan de huurprijs automatisch is aangepast aan het inkomen. Dit kan ook omdat de werkelijke inkomsten hoger zijn dan het belastbaar inkomen, bv. zorgbudget voor ouders, integratietegemoetkoming, mantelzorgpremie. Door deze extra tegemoetkomingen kunnen personen hun budget beter in evenwicht houden.

Voor de personen die over een werkelijk tekort beschikken na toepassing REMI-tool, zal dan een aanvraag voor aanvullende steunverlening worden ingediend. Deze aanvraag zal dan op maat van de cliënt geformuleerd worden. Hierbij kan het bedrag van aanvullende steun verschillend zijn van dossier tot dossier, al naargelang het maandelijks tekort van de cliënt. Ook de duur van de toegekende steun kan variëren, afhankelijk van een tijdelijk of structureel tekort. Er zal daarnaast een traject voor sociale of professionele activering gekoppeld worden aan de steunverlening: voor personen met een (equivalent) leefloon zal dit via het geïndividualiseerd project voor maatschappelijke integratie zijn, voor personen in budgetbegeleiding/beheer en collectieve schuldenregeling zal er een begeleidingsplan afgesproken worden met het oog op het beperken van de vaste kosten. Er kan een uitzondering gemaakt worden ingeval van gezondheids- of billijkheidsredenen, indien de persoon al in een activeringstraject zit of reeds werkt.

De toekenning van de aanvullende steun zou voorlopig geen budgettaire implicaties hebben voor het bestuur aangezien hiervoor de middelen van de federale toelage zouden worden gebruikt.

De leden van het bijzonder comité voor de sociale dienst hebben in de zitting van 7 december 2023 een positief advies uitgebracht over het voorstel van besteding van de toelage.

Financiële impact

Deze beslissing valt niet onder de visumplicht en heeft geen financiële gevolgen. Het krediet om deze beslissing uit te voeren zal voorzien worden op: 

budget

exploitatie

jaar

2024

beleidsitem

090000

algemene rekening

648129

actie

Steun in in het kader van het REMI project

krediet

€51.628,49 voor boekjaar 2024; te besteden voor 29/02/2024

Idem voor boekjaar 2025; te besteden voor 28/02/2025

 

budget

exploitatie

jaar

2024

beleidsitem

090000 - sociale bijstand

algemene rekening

748029 - subsidies REMI-project

actie

Steun in in het kader van het REMI project

krediet

€51.628,49 voor boekjaar 2024; te besteden voor 29/02/2024

Idem voor boekjaar 2025; te besteden voor 28/02/2025

Publieke stemming
Aanwezig: Tess Minnens, Jan Vermeulen, Johan Cornelis, Rutger De Reu, Conny De Spiegelaere, Bruno Dhaenens, Bart Van Thuyne, Filip Vervaeke, Sofie D'hondt, Nathalie Lambrecht, Marleen Vanlerberghe, Annick Verstraete, Eric Van Huffel, Marc De Schrijver, Annie Mervillie, Freija Dhondt, Paul Soetaert, Hans Martens, Gunnar Claeys, Stephanie Debeurme, Matthias Neirynck, Olaf Evrard, Sören Van de Moortele, Nadia Sucaet, Jan Pauwels, Bart Vermaercke, Alexander Adams, Eva Martens, Carline De Paepe, Kristof Van den Berghe, Peter De Maertelaere, Peter Parmentier, Els Baart, Stefanie De Vlieger
Voorstanders: Tess Minnens, Jan Vermeulen, Johan Cornelis, Rutger De Reu, Conny De Spiegelaere, Bruno Dhaenens, Bart Van Thuyne, Filip Vervaeke, Sofie D'hondt, Nathalie Lambrecht, Marleen Vanlerberghe, Annick Verstraete, Eric Van Huffel, Marc De Schrijver, Annie Mervillie, Freija Dhondt, Paul Soetaert, Hans Martens, Gunnar Claeys, Stephanie Debeurme, Matthias Neirynck, Olaf Evrard, Sören Van de Moortele, Nadia Sucaet, Jan Pauwels, Bart Vermaercke, Alexander Adams, Eva Martens, Carline De Paepe, Kristof Van den Berghe, Peter De Maertelaere, Peter Parmentier, Els Baart
Resultaat: Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen.
Besluit

Artikel 1
Er kan indien voldaan is aan de voorwaarden van artikel 2 een maandelijkse aanvullende steun worden toegekend aan volgende categorieën van personen:
- alleenstaande leefloners
- alleenstaande equivalent leefloners
- alleenstaande personen in budgetbegeleiding, budgetbeheer of collectieve schuldenregeling.

Artikel 2
De maandelijkse aanvullende steun kan enkel worden toegekend indien aan volgende voorwaarden cumulatief is voldaan:

  • het inkomen is niet hoger dan de inkomensgrenzen voor sociale huisvesting
  • er is geen spaarreserve die hoger is dan 6 x het leefloon als alleenstaande.
  • uit de REMI-tool blijkt dat er een maandelijks tekort is.

Het bedrag en de duur van de aanvullende steun worden bepaald op maat van de cliënt.

Artikel 3
De toekenning van een maandelijkse aanvullende steun zal worden gekoppeld aan een traject voor sociale of professionele activering, tenzij er gezondheids- of billijkheidsredenen zijn, of er al een activeringstraject lopende is of de cliënt al werkt.

Artikel 4
De aanvullende steun kan worden verstrekt tot zolang de toelage van de federale overheid loopt.

Artikel 5
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn op de webtoepassing van de stad (artikel 285 § 2, 1° en § 3 en artikel 287 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).