De voorzitter opent de zitting op 19/06/2025 om 19:33.
De zitting wordt geschorst om 20.45 uur na de behandeling van agendapunt 6 'Vaststelling jaarrekening 2024 deel stad Deinze'.
De zitting wordt opnieuw geopend om 20.45 uur.
De zitting wordt opnieuw geschorst om 20.47 uur na behandeling van agendapunt 9 'Goedkeuring jaarrekening 2024 AGB stad Deinze volgens de vennootschapswetgeving'.
De zitting wordt opnieuw geopend om 20.48 uur.
De zitting wordt geschorst om 21.54 uur na de behandeling van agendapunt 33 'Goedkeuring van het inhoudelijk en financieel eindrapport mbt het Lokaal Activeringspact 1.'
De zitting wordt opnieuw geopend om 22.06 uur.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het ontwerp van de notulen van de gemeenteraad van 22 mei 2025.
Enig artikel
De gemeenteraad keurt de notulen van de gemeenteraad van 22 mei 2025 goed.
Bart Vermaercke, Annick Verstraete, Filip Vervaeke, Gunnar Claeys (raadsleden)
Het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, artikel 38 over het huishoudelijk reglement.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad van 28 maart 2019.
Het aangepast huishoudelijk reglement van de gemeenteraad (aangeduid in kleur).
De gemeenteraad stelt bij aanvang van de zittingsperiode een huishoudelijk reglement vast waarin aanvullende maatregelen worden opgenomen voor de werking van de gemeenteraad.
Het nieuw huishoudelijk reglement werd gebaseerd op het model van huishoudelijk reglement zoals opgemaakt door de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten.
Een voorafgaande bespreking met de fractieleiders werd gehouden op 26 februari 2025 en 12 mei 2025.
Huishoudelijk reglement gemeenteraad
BIJEENROEPING |
Artikel 1, § 1
De gemeenteraad vergadert zo dikwijls als de zaken die tot zijn bevoegdheid behoren het vereisen en ten minste tienmaal per jaar. In principe vergadert de gemeenteraad elke 4de donderdag van de maand om 19u30, behalve in de maand juli. De raad van december gaat door op de 3de donderdag van de maand.
(artikel 18 DLB)
§ 2
De voorzitter van de gemeenteraad beslist tot bijeenroeping van de gemeenteraad en stelt de agenda van de vergadering op.
De voorzitter kan de gemeente- en OCMW-raad bijeenroepen door een gezamenlijke oproeping met als bedoeling de vergaderingen aansluitend te laten doorgaan. Hierbij stelt de voorzitter voor gemeente en OCMW duidelijk onderscheiden agenda’s op.
(artikel 19 en 20 DLB)
§ 3
De oproeping wordt verzonden via de mobiele toepassing eNotulen op https://deinze-enotulen.schaubroeck.be. De dossiers die betrekking hebben op de agenda worden ter beschikking gesteld op de wijze voorzien in artikel 10, §1 van dit reglement.
§ 4
De voorzitter van de gemeenteraad moet de gemeenteraad bijeenroepen op verzoek van:
In hun schriftelijke aanvraag aan de algemeen directeur moeten de aanvragers de agenda vermelden, met voor elk punt een toegelicht voorstel van beslissing, en de datum en het uur van de beoogde vergadering. De algemeen directeur bezorgt vervolgens de voorstellen aan de gemeenteraadsvoorzitter. Deze aanvraag moet ingediend worden, zodanig dat de voorzitter de oproepingstermijnen bepaald in artikel 2 van dit reglement, kan nakomen.
De voorzitter roept de vergadering bijeen op de voorgestelde datum en het aangewezen uur en met de voorgestelde agenda.
(artikel 19 en artikel 67 DLB)
Artikel 2, § 1
De oproeping (of gezamenlijke oproeping) gebeurt via de mobiele toepassing eNotulen op https://deinze-enotulen.schaubroeck.be tenminste acht dagen vóór de dag van de vergadering.
(artikel 20 DLB)
In spoedeisende gevallen kan gemotiveerd van deze oproepingsperiode worden afgeweken.
Een gezamenlijke oproeping in spoedeisende gevallen kan enkel als er zowel voor de gemeenteraad als de OCMW-raad spoedeisende punten zijn.
(artikel 19, 20 en artikel 67 DLB)
§ 2
De oproeping vermeldt in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergadering en bevat een toegelicht voorstel van beslissing bij elk agendapunt. De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn.
Een gezamenlijke oproeping bevat duidelijk onderscheiden agenda’s voor de gemeenteraad en de OCMW-raad.
(artikel 20 DLB)
Artikel 3, § 1
Gemeenteraadsleden kunnen uiterlijk vijf kalenderdagen vóór de vergadering (dag van de zitting niet meegerekend) punten aan de agenda van de gemeenteraad toevoegen. Hiertoe bezorgen ze hun toegelicht voorstel van beslissing aan de algemeen directeur, die de voorstellen bezorgt aan de gemeenteraadsvoorzitter. Noch een lid van het college van burgemeester en schepenen, noch het college als orgaan, kan van deze mogelijkheid gebruik maken.
(artikel 21 DLB)
§ 2
De algemeen directeur deelt de aanvullende agendapunten zoals vastgesteld door de voorzitter van de gemeenteraad onmiddellijk mee aan de gemeenteraadsleden, samen met de bijbehorende toegelichte voorstellen
(artikel 21 DLB)
FYSIEK OF DIGITAAL |
Artikel 4
De gemeenteraad kan enkel digitaal vergaderen in volgende uitzonderlijke omstandigheden:
Pas nadat de raadsvoorzitter vastgesteld heeft dat een dergelijke uitzonderlijke omstandigheid zich effectief voordoet, wordt overgegaan tot een digitale vergadering van de gemeenteraad.
Is de oproeping voor vergadering reeds verstuurd, dan blijft die geldig, maar wordt op dezelfde wijze een aanvulling gestuurd die duidelijk maakt dat de vergadering enkel digitaal zal doorgaan, inclusief de link met de toegang tot de digitale vergadering. Van die aanvulling kan geen gebruik gemaakt worden om nog bijkomende punten aan de agenda toe te voegen. De voorwaarden uit het besluit van de Vlaamse Regering van 10 september 2021 over de voorwaarden voor digitaal of hybride vergaderen voor de organen van de lokale besturen gelden onverminderd.
OPENBARE OF BESLOTEN VERGADERING |
Artikel 5, § 1
De vergaderingen van de gemeenteraad zijn in principe openbaar.
(artikel 28, §1 DLB)
§ 2
De vergadering is niet openbaar als:
De vergaderingen over de beleidsrapporten (= het meerjarenplan, de aanpassingen van het meerjarenplan en de jaarrekening) zijn in elk geval openbaar.
(artikel 249 DLB)
Artikel 6
De besloten vergadering kan enkel plaatsvinden na de openbare vergadering, uitgezonderd in tuchtzaken.
Bij een gezamenlijke oproeping opent de voorzitter eerst de openbare zitting van de gemeenteraad, waarbij hij de vergadering van de gemeenteraad schorst nadat de agenda van het openbare deel afgewerkt is. Tijdens deze schorsing van de gemeenteraad opent de voorzitter de OCMW-raad waarna de agenda van de OCMW-raad volledig afgewerkt wordt. Na het sluiten van de vergadering van de OCMW-raad, opent de voorzitter het besloten deel van de gemeenteraad.
Als tijdens de openbare vergadering van de gemeenteraad blijkt dat de behandeling van een punt in besloten zitting moet worden voortgezet, kan de openbare vergadering van de gemeenteraad, enkel met dit doel, worden onderbroken.
Als tijdens de besloten vergadering van de gemeenteraad blijkt dat de behandeling van een punt in openbare zitting moet gebeuren, dan wordt dat punt opgenomen op de agenda van de eerstvolgende gemeenteraad. In geval van dringende noodzakelijkheid van het punt, of in geval van de eedaflegging van een personeelslid kan de besloten zitting, enkel met dat doel, worden onderbroken.
(artikel 28, §2 DLB)
Artikel 7
De gemeenteraadsleden, alsmede alle andere personen die krachtens de wet of het decreet de besloten vergaderingen van de gemeenteraad bijwonen, zijn tot geheimhouding verplicht.
(artikel 29, §4 DLB)
INFORMATIE VOOR HET PUBLIEK |
Artikel 8, § 1
Plaats, dag en uur van de gemeenteraadsvergadering en de agenda worden openbaar bekend gemaakt door publicatie op www.deinze.be/gemeenteraad. Dit gebeurt uiterlijk acht dagen voor de vergadering.
Indien raadsleden punten aan agenda toevoegen, wordt de aangepaste agenda binnen de 24 uur nadat hij is vastgesteld, op dezelfde wijze bekendgemaakt.
In spoedeisende gevallen wordt de agenda uiterlijk 24 uur nadat hij is vastgesteld, en uiterlijk vóór de aanvang van de vergadering, op dezelfde wijze bekendgemaakt.
§ 2
De agenda van de vergadering van de raad wordt bezorgd aan de lokale perscorrespondenten en geïnteresseerde burgers die opgenomen zijn op de correspondentielijst na bekendmaking aan de raadsleden.
Artikel 9, § 1
De gemeente maakt, na bekendmaking aan de raadsleden, aan iedere natuurlijke persoon en aan iedere rechtspersoon of groepering die erom verzoekt, de agenda van de gemeenteraad en de stukken die erop betrekking hebben, openbaar door er inzage in te verlenen, er uitleg over te verschaffen of er een digitaal of papieren afschrift van te overhandigen overeenkomstig de regels in verband met openbaarheid van bestuur.
§ 2
De beslissingen van de gemeenteraad worden door de burgemeester bekendgemaakt op een webtoepassing van de stad Deinze zoals bepaald in artikel 285 tot 287 van het decreet over het lokaal bestuur.
INFORMATIE VOOR RAADSLEDEN |
Artikel 10, §1
Voor elk agendapunt kunnen de dossiers, in het bijzonder de verklarende nota's, de feitelijke gegevens, de eventueel verleende adviezen en de ontwerpen van beslissing betreffende de op de agenda ingeschreven zaken, vanaf de verzending van de oproeping, via de mobiele toepassing eNotulen op https://deinze-enotulen.schaubroeck.be geconsulteerd worden door de raadsleden.
§2
Elk ontwerp van meerjarenplan, aanpassingen van het meerjarenplan en jaarrekening, worden op zijn minst veertien dagen vóór de vergadering waarop het ontwerp besproken wordt aan ieder lid van de gemeenteraad ter beschikking gesteld via de mobiele toepassing eNotulen op https://deinze-enotulen.schaubroeck.be.
Vanaf het ogenblik dat het ontwerp van het beleidsrapport bezorgd is aan de raadsleden, wordt aan hen ook de bijbehorende documentatie ter beschikking gesteld.
Aan de fractievoorzitters wordt ook een papieren exemplaar van deze documenten ter beschikking gesteld. Raadsleden kunnen op expliciet verzoek ook een papieren exemplaar verkrijgen.
Deze stukken worden op dezelfde wijze bezorgd aan de raadsleden zoals de oproeping in artikel 1, §3 van dit reglement.
(artikel 249 DLB)
§ 3
Aan de raadsleden moet, op hun verzoek, door de algemeen directeur of de door hem aangewezen personeelsleden technische toelichting worden verstrekt over de stukken in de dossiers voor de vergadering van de gemeenteraad.
Onder technische toelichting wordt verstaan het verstrekken van inlichtingen ter verduidelijking van de feitelijke gegevens die in de dossiers voorkomen en van het verloop van de procedure.
De raadsleden richten hun verzoek mondeling of per e-mail aan de algemeen directeur.
Op een schriftelijk vraag wordt schriftelijk geantwoord tenzij het raadslid een mondelinge toelichting wenst. De mondelinge toelichting gebeurt tijdens de kantooruren tenzij anders wordt overeengekomen.
(artikel 20 DLB)
Artikel 11, §1
De gemeenteraadsleden hebben het recht van inzage in alle dossiers, stukken en akten, ongeacht de drager, die het bestuur van de gemeente betreffen.
(artikel 29, §1 DLB)
§2
De notulen van het college van burgemeester en schepenen worden, uiterlijk op dezelfde dag als de vergadering van het college volgend op deze waarop de notulen werden goedgekeurd, ter beschikking gesteld aan de gemeenteraadsleden. Dit gebeurt via de mobiele toepassing eNotulen op https://deinze-enotulen.schaubroeck.be.
(artikel 50 DLB)
§ 3
De briefwisseling gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad en die bestemd is voor de gemeenteraad, wordt meegedeeld aan de gemeenteraadsleden.
(artikel 29, §1 DLB)
§ 4
De raadsleden hebben via het netwerk (mobiele applicatie of sharepoint) van de gemeente steeds toegang tot alle volgende documenten die opgemaakt zijn tijdens de huidige bestuursperiode:
§ 5.
Alle andere documenten en dossiers dan die in artikel 10 en artikel 11, § 2 tot § 4, die betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, kunnen door de raadsleden ter plaatse geraadpleegd worden.
Om het college in de mogelijkheid te stellen te onderzoeken of de gevraagde stukken of akten betrekking hebben op het bestuur van de gemeente, delen de raadsleden aan de algemeen directeur schriftelijk mee welke documenten zij wensen te raadplegen.
Aan de raadsleden wordt uiterlijk binnen acht werkdagen na de ontvangst van de aanvraag meegedeeld waar en wanneer de stukken kunnen worden ingezien.
Het raadslid, dat de in deze § bedoelde stukken niet is komen raadplegen tijdens de week volgend op het tijdstip waarop hem is meegedeeld dat ze ter inzage liggen, wordt geacht af te zien van inzage.
§ 6.
De gemeenteraadsleden kunnen een afschrift verkrijgen van die dossiers, stukken en akten.
(artikel 29, §1 DLB)
§ 7.
De gemeenteraadsleden hebben het recht de gemeentelijke instellingen en diensten die de gemeente opricht en beheert te bezoeken, ook de autonome gemeentebedrijven.
Om het college in de mogelijkheid te stellen het bezoekrecht praktisch te organiseren, delen de raadsleden aan de algemeen directeur minstens acht werkdagen vooraf schriftelijk mee welke instelling zij willen bezoeken en op welke dag en welk uur.
Tijdens het bezoek van een gemeentelijke inrichting mogen de raadsleden zich niet mengen in de werking. De raadsleden zijn op bezoek en gedragen zich als een bezoeker.
(artikel 29, §2, §3 en §5 DLB)
Artikel 12
De gemeenteraadsleden hebben het recht aan het college van burgemeester en schepenen mondelinge en schriftelijke vragen te stellen. Daarvoor is geen toegelicht voorstel van beslissing nodig.
Raadsleden stellen hun schriftelijke vragen via sharepoint. Binnen 30 dagen na de ontvangst beantwoordt de burgemeester of een door de burgemeester aangewezen schepen of de administratie via e-mail de vraagsteller. Ook de algemeen directeur ontvangt deze e-mail. De algemeen directeur neemt deze schriftelijke vragen en antwoorden op in een daartoe bijgehouden register.
Na afhandeling van de agenda van de openbare vergadering van de gemeenteraad kunnen de raadsleden mondelinge vragen stellen over beleidsmatige gemeentelijke aangelegenheden, die niet op de agenda van de gemeenteraad staan. Raadsleden stellen hun mondelinge vragen via sharepoint uiterlijk 3 werkdagen voor de zitting van de gemeenteraad (dag van de zitting niet meegerekend).
Op deze mondelinge vragen wordt tijdens de eerstkomende gemeenteraad geantwoord, in uitzonderlijke gevallen en om gemotiveerde redenen kan er geantwoord worden tijdens een volgende gemeenteraad.
De vraagstelling wordt beperkt tot vraag en antwoord en is geen aanleiding om een debat te openen. De voorzitter heeft het recht ter zitting bijkomende duiding te vragen indien het antwoord onduidelijk of onvolledig is.
De voorzitter van de gemeenteraad beoordeelt of de ingediende vragen al dan niet betrekking hebben op beleidsmatige aangelegenheden. Enkel vragen die als beleidsmatig worden erkend, worden tijdens de gemeenteraad behandeld. Indien een ingediende mondelinge vraag naar het oordeel van de voorzitter niet voldoende beleidsmatig van aard is, kan de voorzitter aan de indiener van de vraag suggereren om deze in te dienen als een schriftelijke vraag. De suggestie van de voorzitter wordt gemotiveerd meegedeeld aan de indiener, die desgevallend zijn vraag kan aanpassen.
(artikel 31 DLB)
Artikel 13
De gemeenteraadsleden worden op de hoogte gehouden en ook mee uitgenodigd wanneer er een gemeentelijke infovergadering gepland wordt.
QUORUM |
Artikel 14
Bij aanvang van de vergadering worden de aanwezigheden geregistreerd in eNotulen. De aanwezigheden worden opgenomen in de notulen.
Artikel 15, § 1
De gemeenteraad kan enkel beraadslagen of beslissen als de meerderheid van de zittinghebbende leden van de gemeenteraad aanwezig is.
Indien een kwartier na het vastgestelde uur niet voldoende leden aanwezig zijn om geldig te kunnen beraadslagen, stelt de voorzitter vast dat de vergadering niet kan doorgaan.
(artikel 26 DLB)
§ 2
De gemeenteraad kan echter, als hij eenmaal bijeengeroepen is zonder dat het vereiste aantal leden aanwezig is, na een tweede oproeping, ongeacht het aantal aanwezige leden, op geldige wijze beraadslagen en beslissen over de onderwerpen die voor de tweede maal op de agenda voorkomen.
In de oproep wordt vermeld dat het om een tweede oproeping gaat. In de tweede oproeping worden de bepalingen van artikel 26 van het decreet over het lokaal bestuur overgenomen.
(artikel 26 DLB)
WIJZE VAN VERGADEREN |
Artikel 16
De voorzitter zit de vergaderingen van de gemeenteraad voor, en opent en sluit de vergaderingen.
(artikel 24 DLB)
Artikel 17, §1
De voorzitter van de gemeenteraad geeft kennis van de tot de raad gerichte verzoeken en doet alle mededelingen die de raad aanbelangen.
De gemeenteraad vat daarna de behandeling aan van de punten die vermeld staan op de agenda, in de daardoor bepaalde volgorde, tenzij de raad er anders over beslist.
§ 2
Een punt dat niet op de agenda van de gemeenteraad voorkomt, mag niet in bespreking worden gebracht, behalve in spoedeisende gevallen.
Tot spoedbehandeling kan enkel worden besloten door ten minste twee derde van de aanwezige leden. De namen van die leden en de motivering van de spoedeisendheid worden in de notulen vermeld.
(artikel 23 DLB)
Artikel 18, § 1
Nadat het agendapunt werd toegelicht, vraagt de voorzitter van de gemeenteraad welk lid aan het woord wenst te komen over het voorstel.
De voorzitter verleent het woord naar de volgorde van de aanvragen. Ingeval van gelijktijdige aanvraag, wordt de voorrang gegeven aan de grootste minderheidspartij.
§ 2
Indien de gemeenteraad deskundigen wenst te horen, bepaalt de voorzitter van de raad wanneer ze aan het woord komen.
De voorzitter kan aan de algemeen directeur vragen om toelichtingen te geven.
Artikel 19
Het woord kan door de voorzitter niet geweigerd worden voor een rechtzetting van beweerde feiten.
In de volgende gevallen en volgorde wordt het woord verleend bij voorrang op de hoofdvraag, waarvan de bespreking aldus wordt geschorst om:
Artikel 20
De amendementen worden vóór de hoofdvraag en de subamendementen vóór de amendementen ter stemming gelegd.
Artikel 21
Niemand mag onderbroken worden wanneer hij spreekt, behalve voor een verwijzing naar het reglement of voor een terugroeping tot de orde.
Als een gemeenteraadslid, aan wie het woord werd verleend, afdwaalt van het onderwerp, kan alleen de voorzitter hem tot de behandeling van het onderwerp terugbrengen. Indien na een eerste verwittiging het lid verder van het onderwerp blijft afdwalen, kan hem het woord door de voorzitter ontnomen worden. Elk lid, dat in weerwil van de beslissing van de voorzitter, tracht aan het woord te blijven, wordt geacht de orde te verstoren.
Dit geldt eveneens voor hen, die het woord nemen zonder het te hebben gevraagd en bekomen, en die aan het woord blijven in weerwil van het bevel van de voorzitter.
Elk scheldwoord, elke beledigende uitdrukking en elke persoonlijke aantijging worden geacht de orde te verstoren.
Artikel 22, §1
De voorzitter is belast met de handhaving van de orde in de raadsvergadering.
Van de handelingen die hij in dit verband stelt, wordt melding gemaakt in de notulen.
Elk raadslid dat de orde verstoort, wordt door de voorzitter tot de orde teruggeroepen. Elk lid dat tot de orde werd teruggeroepen, mag zich verantwoorden, waarna de voorzitter beslist of de terugroeping tot de orde gehandhaafd of ingetrokken wordt.
(artikel 25 DLB)
§ 2
De voorzitter kan, na een voorafgaande waarschuwing, elke toehoorder die openlijk tekens van goedkeuring of van afkeuring geeft of die op enigerlei wijze wanorde veroorzaakt, uit de zaal doen verwijderen.
De voorzitter kan bovendien een proces-verbaal opmaken tegen die persoon en dat proces-verbaal bezorgen aan het openbaar ministerie met het oog op de eventuele vervolging van de betrokkene.
(artikel 25, volgens artikel 74 DLB)
Artikel 23
Wanneer de vergadering rumoerig wordt, zodat het normale verloop van de bespreking in het gedrang wordt gebracht, kondigt de voorzitter aan dat hij, bij voortzetting van het rumoer, de vergadering zal schorsen of sluiten.
Indien de wanorde toch aanhoudt, schorst of sluit hij de vergadering. De leden van de raad moeten dan onmiddellijk de zaal verlaten.
Van deze schorsing of sluiting wordt melding gemaakt in de notulen.
Artikel 24
Nadat de leden voldoende aan het woord zijn geweest en indien hij oordeelt dat het agendapunt voldoende werd besproken, sluit de voorzitter de bespreking.
Artikel 25.
Elk raadslid kan verzoeken om de zitting te schorsen. De voorzitter van de gemeenteraad beslist hiertoe en bepaalt de nodige duurtijd van de schorsing in samenspraak met de verzoeker.
WIJZE VAN STEMMEN |
Artikel 26, § 1
Voor elke stemming in de gemeenteraad omschrijft de voorzitter het voorwerp van de bespreking waarover de vergadering zich moet uitspreken.
§ 2
De beslissingen worden bij volstrekte meerderheid van de geldig uitgebrachte stemmen genomen. De volstrekte meerderheid is gelijk aan meer dan de helft van de stemmen, onthoudingen niet meegerekend. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen.
(artikel 33 DLB)
Artikel 27, §1
De gemeenteraad stemt over het eigen deel van elk beleidsrapport.
Nadat zowel de gemeenteraad als de OCMW-raad elk hun deel van het beleidsrapport hebben vastgesteld, keurt de gemeenteraad het deel van het beleidsrapport goed zoals vastgesteld door de OCMW-raad. Door die goedkeuring wordt het beleidsrapport in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn. De gemeenteraad kan het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de OCMW-raad niet goedkeuren als dat de financiële belangen van de gemeente bedreigt. In dat geval vervalt de eventuele vaststelling van het deel van het beleidsrapport zoals vastgesteld door de gemeenteraad.
(artikel 249, §3 DLB)
§ 2
De gemeenteraad stemt telkens over het geheel van het eigen deel van het beleidsrapport.
In afwijking daarvan kan elk gemeenteraadslid de afzonderlijke stemming eisen over een of meer onderdelen die hij aanwijst in het gemeentelijke deel van het beleidsrapport. In dat geval mag de gemeenteraad pas over het geheel van zijn deel van het beleidsrapport stemmen na de afzonderlijke stemming.
Als deze afzonderlijke stemming tot gevolg heeft dat het ontwerp van beleidsrapport moet worden gewijzigd, wordt de stemming over het geheel verdaagd tot een volgende vergadering van de gemeenteraad. Als de OCMW-raad voordien zijn deel van het beleidsrapport al had vastgesteld, vervalt die vaststelling en stelt de OCMW-raad het gewijzigde ontwerp van beleidsrapport vast op een volgende vergadering.
(Artikel 249, §4 DLB)
Artikel 28, § 1
De leden van de gemeenteraad stemmen niet geheim, behalve in de gevallen bedoeld in § 4.
(artikel 34 DLB)
§ 2
Er zijn drie mogelijke werkwijzen van stemmen:
§ 3
Er wordt mondeling gestemd, telkens als een derde van de aanwezige leden daarom verzoekt.
(artikel 34 DLB)
§ 4
Over de volgende aangelegenheden wordt geheim gestemd:
Artikel 29, § 1
De mondelinge stemming geschiedt door elk raadslid ‘ja’, ‘neen’ of ‘onthouding’ te laten uitspreken.
1. N-VA
2. Groen&Vooruit
3. Vlaams Belang
5. Open Deinze
6. CD&V
§2
De voorzitter stemt als laatste, behalve bij geheime stemming.
Wanneer er na de stem van de voorzitter evenveel stemmen voor als tegen het voorstel zijn, dan is er staking van stemmen en is het voorstel verworpen (behalve in de gevallen van Artikel 30 van dit reglement). De stem van de voorzitter is niet doorslaggevend bij staking van stemmen
(artikel 33 en 34 DLB)
Artikel 30
De geheime stemming gebeurt digitaal tenzij bij technische problemen.
Indien de geheime stemming niet digitaal kan gebeuren worden stembriefjes gebruikt en wordt eenvormig schrijfgerief ter beschikking gesteld.
De raadsleden stemmen ‘ja’, ‘neen’ of onthouden zich. De onthouding gebeurt door het afgeven van een blancostembriefje.
Voor de stemming en de stemopneming is het bureau samengesteld uit de voorzitter en de jongste twee raadsleden. Ieder raadslid is gemachtigd de regelmatigheid van de stemopnemingen na te gaan.
Artikel 31
Vooraleer tot de stemopneming over te gaan, wordt het aantal stembriefjes geteld. Stemt dit aantal niet overeen met het aantal raadsleden, die aan de stemming hebben deelgenomen, dan worden de stembriefjes vernietigd en wordt elk raadslid uitgenodigd opnieuw te stemmen.
Artikel 32.
Voor elke benoeming tot ambten, elke contractuele aanstelling, elke verkiezing en elke voordracht van kandidaten wordt tot een afzonderlijke stemming overgegaan. Als bij de benoeming, de contractuele aanstelling, de verkiezing of de voordracht van kandidaten de vereiste meerderheid niet wordt verkregen bij de eerste stemming, wordt opnieuw gestemd over de twee kandidaten die de meeste stemmen hebben behaald.
Als bij de eerste stemming sommige kandidaten een gelijk aantal stemmen behaald hebben, dan wordt de jongste kandidaat tot de herstemming toegelaten. Personen worden benoemd, aangesteld, verkozen of voorgedragen bij volstrekte meerderheid van stemmen. Bij staking van stemmen heeft de jongste kandidaat de voorkeur.
(artikel 35 DLB)
NOTULEN, ZITTINGSVERSLAG EN ONDERTEKENING |
Artikel 33, §1
De notulen van de gemeenteraad vermelden, in chronologische volgorde, alle besproken onderwerpen, alsook het gevolg dat gegeven werd aan die punten waarover de gemeenteraad geen beslissing heeft genomen.
Zij maken eveneens duidelijk melding van alle beslissingen. Behalve bij geheime stemming of bij unanimiteit, vermelden de notulen voor elk raadslid of hij voor of tegen het voorstel heeft gestemd of zich onthield.
(artikel 278, §1 DLB)
§ 2
De gemeenteraad heeft op 24 januari 2019 beslist om het verplichte zittingsverslag te vervangen door een audio-opname. De audio-opname wordt binnen de week na de zitting gepubliceerd op https://deinze.notubiz.be.
Omwille van de audio-opname is het belangrijk om de raadsleden die aan het woord zijn te kunnen identificeren. Bijgevolg zal de voorzitter van de gemeenteraad duidelijk vermelden aan wie het woord gegeven wordt.
(artikel 278, §1 DLB)
§ 3
Als de gemeenteraad een aangelegenheid overeenkomstig artikel 5, §2 en artikel 6 van dit reglement in besloten vergadering behandelt, vermelden de notulen alleen de beslissingen en wordt er geen audio-opname gemaakt.
(artikel 278, §1 DLB)
Artikel 34, § 1
De notulen en de audio-opname van de vergadering van de gemeenteraad worden onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur opgesteld overeenkomstig de bepalingen van artikel 277 en 278 van het decreet over het lokaal bestuur.
(Artikel 32 DLB)
§ 2
De notulen van de vorige vergadering zijn, behalve in spoedeisende gevallen, ten minste acht dagen voor de vergadering ter beschikking via de mobiele toepassing eNotulen op https://deinze-enotulen.schaubroeck.be.
De audio-opname wordt binnen de week na de zitting gepubliceerd op https://deinze.notubiz.be.
(artikel 32 DLB)
§ 3
Elk gemeenteraadslid heeft het recht tijdens de vergadering opmerkingen te maken over de redactie van de notulen van de vorige vergadering. Als die opmerkingen door de gemeenteraad worden aangenomen, worden de notulen in die zin aangepast.
Als er geen opmerkingen worden gemaakt, worden de notulen als goedgekeurd beschouwd en worden ze door de voorzitter van de gemeenteraad en de algemeen directeur ondertekend. In het geval de gemeenteraad bij spoedeisendheid werd samengeroepen, kan de gemeenteraad beslissen om opmerkingen toe te laten op de eerstvolgende vergadering.
(artikel 32 DLB)
§ 4.
Zo dikwijls de gemeenteraad het gewenst acht, worden de notulen geheel of gedeeltelijk staande de vergadering opgemaakt en door algemeen directeur en de meerderheid van de aanwezige raadsleden ondertekend.
(Artikel 32 DLB)
Artikel 35, § 1
De reglementen, beslissingen, akten, brieven en alle andere stukken worden ondertekend zoals bepaald in artikel 279 tot 283 van het decreet over het lokaal bestuur.
§ 2
De stukken, die niet vermeld worden in artikel 279, §1 tot §3 en §5 van het decreet over het lokaal bestuur, worden ondertekend door de burgemeester en medeondertekend door de algemeen directeur. Zij kunnen deze bevoegdheid overdragen conform artikel 280 en artikel 283 van het decreet over het lokaal bestuur.
(artikel 279, § 6 DLB)
FRACTIES |
Artikel 36 §.
Het gemeenteraadslid of de gemeenteraadsleden die op eenzelfde lijst verkozen zijn, vormen één fractie. Een onderlinge vereniging tot één fractie of de vorming van twee fracties is mogelijk, uiterlijk op de installatievergadering, in de gevallen en op de wijze vastgelegd in artikel 36, §2 van het decreet over het lokaal bestuur.
Het huishoudelijk reglement legt ook de nadere regels voor de samenstelling en de werking van de fracties vast. Binnen de grenzen die de Vlaamse Regering bepaalt, wordt in het huishoudelijk reglement de financiering van de fracties opgenomen. (zie verder in artikel 39, § 6 van dit reglement).
(artikel 36 DLB)
§2
Elke fractie kiest een fractieleider uit haar leden en deelt op de eerstvolgende raadsvergadering mee wie de fractieleider is. Een fractie kan op elk moment een nieuwe fractieleider kiezen.
De fractieleider vertegenwoordigt de fractie in de vergaderingen van de gemeenteraad. Hij/zij fungeert als aanspreekpunt voor de algemeen directeur en het college van burgemeester en schepenen.
De fractieleider coördineert de standpunten en activiteiten van de fractie en zorgt voor een effectieve communicatie binnen de fractie.
Wanneer de fractieleider afwezig is, wordt deze functie waargenomen door een ander lid van de fractie.
RAADSCOMMISSIE |
Artikel 37, §1
De gemeenteraad richt commissies op die zijn samengesteld uit alle gemeenteraadsleden. De commissies hebben als taak:
De commissies kunnen steeds deskundigen en belanghebbenden horen.
(artikel 37, § 1 DLB)
Er worden 3 commissies opgericht die zijn samengesteld uit alle gemeenteraadsleden.
I. Algemene raadscommissie
II. Themacommissies
1. Commissie 1: financiën, HRM, welzijn en sociale zaken, burgerzaken, vrije tijd, ICT
2. Commissie 2: publieke ruimte, milieu, duurzaamheid, landbouw, ruimtelijke ordening, patrimonium, veiligheid, verkeer, lokale economie
§ 2
Elke commissie wordt voorgezeten door de voorzitter van de gemeenteraad. De leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen voorzitter zijn van een commissie.
§ 3
De commissies worden door hun voorzitter bijeengeroepen.
De oproepingsbrief vermeldt de agenda en wordt naar alle raadsleden gestuurd. Deze informatie wordt eveneens bekendgemaakt aan het publiek door publicatie op www.deinze.be/gemeenteraadscommissie.
De commissies kunnen geldig vergaderen, ongeacht het aantal aanwezige leden.
De vergaderingen van de commissies zijn in principe openbaar onder dezelfde voorwaarden als voor de gemeenteraad (zie artikel 5 tot en met 7 van dit reglement).
De leden van de commissies stemmen, zoals in de gemeenteraad, nooit geheim, behalve in de gevallen zoals in artikel 28 §4 van dit reglement.
Bij aanvang van de vergadering, worden de aanwezigheden geregistreerd in eNotulen.
Het ambt van secretaris van elke raadscommissie wordt waargenomen door een of meer personeelsleden van de gemeente, op voorstel van de algemeen directeur, aangewezen door het college van burgemeester en schepenen. De secretaris staat in voor de verslaggeving.
VERGOEDINGEN RAADSLEDEN |
Artikel 38, §1
Aan de gemeenteraadsleden, met uitzondering van de burgemeester en de schepenen, wordt presentiegeld verleend voor volgende vergaderingen waarop zij aanwezig zijn:
§ 2
Het presentiegeld bedraagt 124,98 euro voor de vergaderingen van de gemeenteraad en voor de andere vergaderingen zoals opgesomd in §1.
Dit bedrag wordt geïndexeerd overeenkomstig artikel 18 van het besluit van de Vlaamse regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris.
De voorzitter van de gemeenteraad ontvangt een dubbel presentiegeld voor de vergaderingen van de gemeenteraad en de gemeenteraadscommissies die hij voorzit.
Artikel 39, §1
Conform de dienstverlening, zoals bepaald in dit reglement, hebben de gemeenteraadsleden in DC Leiespiegel toegang tot telefoon en internet, en kunnen ze kopieën bekomen van gemeentelijke bestuursdocumenten. Bij de dienst bestuurszaken kunnen de diverse gemeenteraadsfracties alle nodige informatie inkijken.
§ 2
Gemeenteraadsleden kunnen deelnemen aan studiedagen of vormingscursussen, (ingericht door overheidsinstanties, onderwijsinstellingen of de VVSG), voor zover deze cycli of studiedagen noodzakelijk zijn voor de uitoefening van hun mandaat. De kosten van vormingen mogen niet buitensporig zijn en moeten vergelijkbaar zijn met deze van vormingsinitiatieven voor gemeente- en OCMW-personeel. Ze betreffen in principe enkel vormingscycli of studiedagen in het binnenland. Na uitdrukkelijke motivatie kunnen ook vormingen en studiedagen in het buitenland terugbetaald worden. Er worden geen kosten vergoed voor het behalen van bijkomende diploma’s.
Raadsleden die een vorming wensen te volgen, dienen hiervoor een aanvraag in bij de algemeen directeur. Indien de aanvraag wordt goedgekeurd, wordt door de administratie een bestelbon opgemaakt en wordt het raadslid ingeschreven voor de betreffende vorming.
Er wordt geen terugbetaling uitgevoerd voor kosten die reeds door andere instanties aan het gemeenteraadslid worden terugbetaald en de terugbetaling wordt beperkt tot 500 euro per kalenderjaar per gemeenteraadslid. Na motivatie kunnen hierop uitzonderingen worden toegestaan.
§ 3
Aan de gemeenteraadsleden wordt een vergoeding voor verplaatsingskosten toegekend. Deze vergoeding wordt slechts uitgekeerd voor verplaatsingen (heen en terug) in functie van hun mandaat (deelname aan vergaderingen van de gemeenteraad, commissies en samenwerkingsverbanden).
Deze vergoeding omvat:
Daarnaast kunnen de raadsleden, voor verplaatsingen in functie van hun mandaat, ook gebruik maken van:
Aan de leden van het college van burgemeester en schepenen wordt bijkomend een vergoeding voor verplaatsingskosten toegekend voor autogebruik volgens bij te houden reiswijzer. Zij beschikken eveneens over een elektrische fiets.
§ 4
De leden van het college van burgemeester en schepenen beschikken eveneens over een laptop, smartphone en de volledige terugbetaling van de gesprekskosten.
§ 5.
De gemeente sluit een verzekering af om de burgerlijke aansprakelijkheid, met inbegrip van de rechtsbijstand, te dekken die bij de normale uitoefening van hun mandaat persoonlijk ten laste komt van de gemeenteraadsleden.
De gemeente sluit daarnaast ook een verzekering af voor ongevallen die de gemeenteraadsleden overkomen in het kader van de normale uitoefening van hun ambt.
(artikel 17, §5 DLB en Hoofdstuk 9 van het Besluit van de Vlaamse Regering van 6 juli 2018 houdende het statuut van de lokale mandataris)
§ 6
Ter ondersteuning van de gemeenteraadsfracties wordt jaarlijks aan elke fractie vertegenwoordigd in de gemeenteraad, een subsidie ten laste van de gemeente verstrekt onder volgende modaliteiten:
Elke fractie ontvangt jaarlijks een bedrag van 250 euro per gemeenteraadslid.
De fractie kan de ontvangen subsidie enkel gebruiken voor de ondersteuning van de eigen werking (zoals bijvoorbeeld voor de huur van een vergaderruimte, de aankoop van een pc, didactisch materiaal,…) en voor de werking van de raden waar zij deel van uitmaakt. De middelen mogen niet gebruikt worden voor partijwerking, verkiezingen of ter compensatie van presentiegeld, wedde enz. Tegen 1 oktober van het werkjaar licht de fractie in een nota met bewijsstukken toe hoe ze de ontvangen middelen gebruikte.
Jaarlijks wordt een overzicht gemaakt van de aanwending van alle middelen voor de ondersteuning van de fracties. Dat overzicht is openbaar.
Wanneer een fractie financiële middelen aanwendde voor andere doeleinden dan de ondersteuning van de eigen werking, kan het gemeentebestuur deze middelen terugvorderen.
De fractie schiet dit bedrag initieel voor. De gemeente voorziet in een terugbetaling op basis van de opgegeven fractiesamenstelling. De subsidie wordt jaarlijks toegekend en kan, indien niet volledig benut, worden overgedragen naar de daaropvolgende jaren tot het einde van de legislatuur.
Leden van het Bijzonder Comité voor de Sociale Dienst (BCSD) en leden AGB worden niet meegeteld bij de berekening van het aantal fractieleden, maar de subsidie mag wel worden aangewend voor activiteiten of ondersteuning ten behoeve van de BCSD-leden en leden AGB.
§ 7
Fracties kunnen vergaderen in de vergaderruimtes in DC Leiespiegel:
In de vergaderruimtes zijn afsluitbare kasten voorzien die de fracties kunnen gebruiken.
De vergaderzalen dienen wel op voorhand gereserveerd te worden bij het secretariaat via secretariaat@deinze.be of 09/381.95.00
VERKRIJGEN ERETITEL |
Artikel 40
De eretitel aan een schepen of een raadslid wordt automatisch toegekend.
De voorwaarden waaronder een eretitel aan een schepen of raadslid kan toegekend worden zijn:
De anciënniteiten opgebouwd bij beide besturen (Deinze en Nevele vóór de fusie) tellen mee.
Bij stopzetting van het ambt als schepen of raadslid wordt een cadeaucheque toegekend ten bedrage van 25 euro per volledig jaar dat het ambt werd uitgeoefend, met een maximum van 875 euro.
COMMUNICATIE MET DE OCMW-VERENIGINGEN |
(artikel 76 DLB)
WELZIJNSVERENIGING
Artikel 41
De vertegenwoordigers van de gemeente in een welzijnsvereniging, worden verkozen op de wijze zoals bepaald in artikel 32 van dit reglement.
(artikel 35 DLB)
Artikel 42
De bespreking van de beslissingen van de welzijnsvereniging waar de gemeente lid van is, gebeurt in de OCMW-raad.
Artikel 1
Het huishoudelijk reglement van de gemeenteraad, goedgekeurd op de gemeenteraad van 28 maart 2019, wordt opgeheven vanaf 19 juni 2025 en vervangen door dit besluit.
Artikel 2
Dit besluit van de gemeenteraad en de inhoud ervan wordt bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 286 § 1, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, inzonderheid artikel 39.
Het bestuursdecreet van 8 december 2018.
Het decreet van 3 februari 2023 tot wijziging van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, wat betreft de oprichting van een deontologische commissie bij de gemeenteraad en de districtsraad.
De deontologische code, goedgekeurd op de gemeenteraad van 20 juni 2019.
De aangepaste deontologische code - aanpassingen aangeduid in kleur.
Overeenkomstig artikel 39 van het decreet lokaal bestuur neemt de gemeenteraad een deontologische code.
De Deinse mandatarissen zijn zich bewust van hun belangrijke maatschappelijke rol. Luisterbereidheid, aanspreekbaarheid en dienstbaarheid van politici via rechtstreeks contact met de bevolking worden terecht als waardevol en noodzakelijk beschouwd in een hedendaags democratisch bestel.
Het is derhalve essentieel dat de lokale mandataris gemakkelijk bereikbaar en vlot aanspreekbaar is. Hij/zij moet weten welke de vragen en problemen, de noden en behoeften zijn die leven in de lokale gemeenschap. Daartoe dient hij/zij over de nodige instrumenten en middelen te kunnen beschikken die hem/haar in staat stellen, adequaat de te reageren op de vastgestelde knelpunten en desiderata. Die informerende, bemiddelende, ondersteunende, en begeleidende functie, die een bij uitstek sociale dimensie vertoont, met name ten bate van de zwaksten en kwetsbaarsten in de samenleving, moet dan ook erkend en positief gewaardeerd worden.
De correcte naleving van de deontologische code kan ertoe bijdragen dat ook de deontologie bij de bevolking wordt versterkt en vragen naar onoorbare tussenkomsten niet langer worden gesteld. Dergelijke dienstverlening of onoorbare vragen mogen zich uiteraard niet verplaatsen naar de ambtenarij of naar de lokale uitvoerende organen.
Door een wijziging van het decreet over het lokaal bestuur moeten vanaf 2 maart 2023 alle lokale besturen die nog geen deontologische commissie hebben er een oprichten. Dat moet zowel in de gemeente als in het OCMW.
Deze beslissing valt niet onder de visumplicht en heeft geen financiële gevolgen.
Deontologische code mandatarissen Deinze (stad)
Inleiding
De Deinse mandatarissen zijn zich bewust van hun belangrijke maatschappelijke rol. Luisterbereidheid, aanspreekbaarheid en dienstbaarheid van politici via rechtstreeks contact met de bevolking worden terecht als waardevol en noodzakelijk beschouwd in een hedendaags democratisch bestel.
Het is derhalve essentieel dat de lokale mandataris gemakkelijk bereikbaar en vlot aanspreekbaar is. Hij/zij moet weten welke de vragen en problemen, de noden en behoeften zijn die leven in de lokale gemeenschap. Daartoe dient hij/zij over de nodige instrumenten en middelen te kunnen beschikken die hem/haar in staat stellen, adequaat de te reageren op de vastgestelde knelpunten en desiderata. Die informerende, bemiddelende, ondersteunende, en begeleidende functie, die een bij uitstek sociale dimensie vertoont, met name ten bate van de zwaksten en kwetsbaarsten in de samenleving, moet dan ook erkend en positief gewaardeerd worden.
De correcte naleving van de deontologische code kan ertoe bijdragen dat ook de deontologie bij de bevolking wordt versterkt en vragen naar onoorbare tussenkomsten niet langer worden gesteld.
Dergelijke dienstverlening of onoorbare vragen mogen zich uiteraard niet verplaatsen naar de ambtenarij of naar de lokale uitvoerende organen.
Toepassingsgebied
Artikel 1
De deontologische code is van toepassing op de lokale mandatarissen van de stad Deinze.
Deze code is bij uitbreiding eveneens van toepassing op de medewerkers van de lokale mandatarissen, welke ook hun statuut of hoedanigheid is (kabinets- en fractiemedewerkers), en op de vertrouwenspersonen.
Lokale mandatarissen die namens de stad andere mandaten bekleden, zijn in die hoedanigheid eveneens ertoe gehouden de bepalingen van de deontologische code na te leven. Dit geldt zowel voor de mandaten die rechtstreeks in verband staan met hun ambt als voor alle hiervan afgeleide mandaten.
Indien een mandaat namens de stad wordt opgenomen door een extern persoon, dus niet vermeld onder de eerste paragraaf van dit artikel, zal bij diens aanstelling gevraagd worden deze deontologische code te onderschrijven.
Zij zullen er tevens over waken dat zij, ook buiten het kader van deze mandaten, geen dienstverlenende activiteiten ontplooien die afbreuk doen aan de eer en de waardigheid van hun ambt.
Belangenvermenging en de schijn ervan
Artikel 2
Een lokale mandataris mag zijn/haar invloed en stem niet gebruiken voor het eigen persoonlijk belang. Dat mag ook niet voor het persoonlijk belang van een ander persoon of het belang van een organisatie bij wie hij/zij een directe of indirecte betrokkenheid heeft.
Artikel 3
Een lokale mandataris gaat actief en uit zichzelf alle vormen van belangenvermenging, en zelfs de schijn daarvan, tegen. Een lokale mandataris neemt geen deel aan de bespreking en de stemming wanneer er sprake is van een beslissing waarbij belangenvermenging speelt.
Artikel 4
Een lokale mandataris beseft dat mogelijke belangenvermenging niet beperkt is tot de bespreking en stemming. Daarom zorgt een lokale mandataris dat er ook geen enkele beïnvloeding is tijdens de andere fases van het besluitvormingsproces.
Artikel 5
Een lokale mandataris zorgt dat bij contacten met de burger nooit de schijn gewekt wordt dat particuliere belangen begunstigd (kunnen) worden.
Artikel 6
Een lokale mandataris mag de in artikel 10 van het Decreet Lokaal Bestuur genoemde functies niet uitoefenen.
Artikel 7
Een lokale mandataris mag de in artikel 27 §2 van het decreet Lokaal Bestuur genoemde overeenkomsten en handelingen niet aangaan.
Corruptie en de schijn ervan
Artikel 8
Een lokale mandataris mag zijn/haar invloed en stem niet laten kopen of beïnvloeden door geld, goederen, diensten of andere gunsten die hem/haar gegeven of beloofd werden.
Artikel 9
Een lokale mandataris moet iedere vorm corruptie en beïnvloeding uitsluiten.
Artikel 10
Een lokale mandataris neemt geen geschenken aan die hem/haar door zijn/haar functie worden aangeboden, tenzij het om incidentele of kleine attenties gaat waarbij corruptie en beïnvloeding uitgesloten is.
Artikel 11
Een lokale mandataris accepteert uitnodigingen (lunches, diners, recepties en andere) die door anderen betaald of gefinancierd worden enkel wanneer aan alle onderstaande voorwaarden voldaan wordt:
De uitnodiging behoort tot de uitoefening van het raadswerk.
De aanwezigheid kan worden beschouwd als functioneel (protocollaire taken, formele vertegenwoordiging van de stad, …)
Artikel 12
Een lokale mandataris accepteert werkbezoeken, waarbij reis- en verblijfkosten door anderen betaald worden alleen bij hoge uitzondering. Een dergelijke invitatie dient altijd besproken te worden op het college van burgemeester en schepenen. De invitatie kan alleen geaccepteerd worden wanneer het bezoek aantoonbaar van belang is voor de stad en corruptie of beïnvloeding uitgesloten is.
Deze bepaling is niet van toepassing op werkbezoeken in het kader van de verbroedering.
Het gebruik van faciliteiten en middelen van het lokaal bestuur
Artikel 13
Een lokale mandataris houdt zich aan de regels die vastgelegd zijn over het gebruik van faciliteiten en middelen van het lokaal bestuur.
Artikel 14
Een lokale mandataris houdt zich aan de regels die vastgesteld zijn voor het gebruik van interne voorzieningen die voor het raadswerk worden voorzien zoals opgenomen in het huishoudelijk reglement.
Artikel 15
Een lokale mandataris houdt zich aan de regels over onkostenvergoedingen zoals vastgesteld in het huishoudelijk reglement.
Omgaan met informatie
Artikel 16
De gemeenteraad werkt onder het principe van principiële openbaarheid. Zij zien erop toe dat het college van burgemeester en schepenen alle relevante informatie aangaande dossiers, stukken en akten openbaar toegankelijk maakt.
Artikel 17
Een lokale mandataris communiceert eerlijk over de redenen en motieven op basis waarvan hij/zij individueel gestemd heeft. Daarnaast communiceert een lokale mandataris eerlijk over de reden en motieven op basis waarvan de raad als geheel de beslissing genomen heeft.
Artikel 18
Een lokale mandataris is gebonden aan het beroepsgeheim wanneer hij/zij door de functie van lokale mandataris kennis krijgt van geheimen die door personen aan de stad zijn toevertrouwd. Bekendmaking van deze geheimen is verboden, behalve wanneer de wet de openbaring oplegt of mogelijk maakt.
Artikel 19
Naast het strenge beroepsgeheim geldt eveneens een geheimhoudingsplicht voor lokale mandatarissen. Deze plicht beschermt wat besproken wordt tijdens een besloten vergadering (feiten, meningen, overwegingen…).
Artikel 20
Een lokale mandataris heeft een algemene discretieplicht. Hij/zij gaat op discrete en voorzichtige wijze om met de informatie die hem/haar toekomt in de uitoefening van zijn/haar functie.
Artikel 21
Een lokale mandataris gebruikt de informatie die hij/zij kreeg door de uitoefening van zijn/haar functie enkel voor zijn/haar raadswerk en niet voor zijn/haar persoonlijk belang of voor het persoonlijk belang van anderen.
Artikel 22
Een lokale mandataris maakt brieven niet openbaar en stuurt e-mails niet door wanneer het niet zeker is dat de afzender daarmee zou instemmen. Bij twijfel over de bedoeling van de afzender wordt de expliciete toestemming gevraagd.
Onderlinge omgang en afspraken over vergaderingen
Artikel 23
Raadsleden gaan respectvol en eerlijk om met elkaar, de leden van het college en de personeelsleden van de stad.
Artikel 24
Raadsleden richten zich tot elkaar, de algemeen directeur en de andere personeelsleden op een correcte wijze en dit zowel verbaal, non-verbaal als schriftelijk, inclusief de elektronische communicatie en sociale media.
Artikel 25
Lokale mandatarissen houden zich tijdens vergaderingen van de politieke organen aan het huishoudelijk reglement en volgen de aanwijzingen van de voorzitter hierover op.
Artikel 26
Lokale mandatarissen onthouden zich in het openbaar, dus ook in openbare raads- en commissievergaderingen, van ongepaste uitlatingen over individuele personen.
Informatiebemiddeling
Artikel 27
Het behoort tot de wezenlijke taken van de lokale mandataris informatie te ontvangen en te verstrekken, in het bijzonder over de diensten die instaan voor informatieverstrekking en over de manier waarop de burger zelf informatie kan opvragen in het kader van de openbaarheid van bestuur.
Artikel 28
Informatie waarop de vraagsteller geen recht heeft, die de goede werking van de administratie kan doorkruisen of die de privacy van anderen in het gedrang kan brengen, mogen door de lokale mandatarissen niet worden doorgegeven.
Artikel 29
De lokale mandatarissen verwijzen de vraagsteller, waar mogelijk, naar de bevoegde administratieve dienst(en). Waar het gaat om de behandeling van klachten en/of conflicten, worden de belanghebbenden in eerste instantie doorverwezen naar de bevoegde klachtencoördinator (dienst communicatie)
Administratieve begeleiding en ondersteuning
Artikel 30
De lokale mandatarissen kunnen de burgers ondersteunen en begeleiden in hun relatie met de administratie of met de betrokken instanties. Zij kunnen de burgers helpen om, via de daartoe geëigende kanalen en procedures, een aanvraag te richten tot de overheid, informatie te verkrijgen over de stand van zaken in een dossier, daarover nadere uitleg en toelichting te vragen en vragen te stellen over de administratieve behandeling van dossiers.
Artikel 31
Bij de administratieve begeleiding en ondersteuning van de burgers respecteren de lokale mandatarissen de onafhankelijkheid van de diensten en van de personeelsleden, de objectiviteit van de procedures en de termijnen die als redelijk moeten worden beschouwd voor de afhandeling van soortgelijke dossiers.
Artikel 32
De briefwisseling met de overheid, gevoerd in het kader van de administratieve begeleiding en ondersteuning, wordt uitsluitend op naam van de burger gesteld. Er wordt op geen enkele wijze melding gemaakt van de begeleidende en ondersteunende rol van de lokale mandataris.
Bespoedigings- en begunstigingstussenkomsten
Artikel 33
Bespoedigingstussenkomsten zijn tussenkomsten waarbij lokale mandatarissen een administratieve procedure proberen te bespoedigen in gevallen of in dossiers die zonder die tussenkomst een regelmatige afloop of resultaat zouden krijgen, maar dan na verloop van een langere verwerkings- of behandelingstermijn.
Dergelijke tussenkomsten, die een ongelijke behandeling van de betrokken burgers inhouden, zijn verboden.
Artikel 34
Begunstigingstussenkomsten zijn tussenkomsten waarbij de lokale mandataris zijn voorspraak aanwendt om de afloop of het resultaat van een zaak of van een dossier te beïnvloeden in de door de belanghebbende burger gewenste zin. Dergelijke tussenkomsten zijn verboden.
Artikel 35
Tussenkomsten bij selectievoerende instanties, die tot doel hebben het verhogen van kansen op benoeming, aanstelling en bevordering in de administratie, zijn verboden.
Lokale mandatarissen die om steun gevraagd worden door of voor kandidaten die een functie, aanstelling of bevordering ambiëren, delen betrokkene mee dat de aanstelling, de benoeming of de bevordering gebeurt op basis van de geldende normen en procedures. Zij verwijzen de belanghebbende naar de bevoegde dienst of instantie.
Enkele algemene bepalingen
Artikel 36
De lokale mandatarissen zullen voor de omschrijving van hun dienstverlenende activiteiten geen termen gebruiken die verwarring kunnen scheppen met officiële, door de overheden ingestelde instanties belast met het verstrekken van informatie of met de behandeling van klachten. Het gebruik van de termen ‘ombuds’, ‘klachtendienst’ en andere afleidingen of samenstellingen is verboden.
Artikel 37
De lokale mandatarissen maken in hun verkiezingscampagnes en -mailings die gericht zijn op individuen geen melding van de diensten die zij eventueel voor de betrokkenen hebben verricht. In geen geval mogen zij de indruk wekken dat zij om steun vragen in ruil voor bewezen diensten.
Artikel 38
Bij hun optreden op en buiten het lokale bestuursniveau en in hun contacten met individuen, groepen, instellingen en bedrijven, geven de lokale mandatarissen principieel voorrang aan het algemeen boven het particulier belang.
Artikel 39
Elke vorm van rechtstreekse dienstverlening, informatiebemiddeling, doorverwijzing of begeleiding gebeurt zonder enige materiële of geldelijke tegenprestatie van welke aard of omvang ook en mag geen vorm van cliëntenwerving inhouden.
Artikel 40
De lokale mandatarissen staan op dezelfde gewetensvolle manier ten dienste van alle burgers zonder onderscheid van geslacht, huidskleur, afstamming, sociale stand, nationaliteit, filosofische en/of religieuze overtuiging, ideologische voorkeur of persoonlijke gevoelens.
Naleving en handhaving van de code
Artikel 41
De gemeenteraad stelt regels op over het omgaan met de deontologische code en mogelijke schendingen ervan.
Artikel 42
De gemeenteraad ziet erop toe dat de fracties en de individuele lokale mandatarissen volgens de deontologische code handelen.
Artikel 43
De gemeenteraad richt een deontologische commissie op.
De deontologische commissie is samengesteld uit 8 leden, waar de voorzitter van de gemeenteraad, een lid van het college van burgemeester en schepenen en 1 extern lid die zetelt als onafhankelijk expert steeds deel van uitmaakt. Elke fractie is vertegenwoordigd in de commissie. De deontologische commissie wordt voorgezeten door de voorzitter van de gemeenteraad.
Onafhankelijke raadsleden vormen geen fractie en zijn niet vertegenwoordigd in de deontologische commissie.
Het college van burgemeester en schepenen en elke fractie wijst het mandaat in de commissie toe met een voordracht gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Bij deze voordracht kunnen ook één of meer plaatsvervangers aangeduid worden die in opgesomde volgorde het commissielid vervangen bij afwezigheid of wanneer die betrokken partij is. Een plaatsvervanger is een lid van het college van burgemeester en schepenen of een raadslid voorgedragen door dezelfde fractie, tenzij de fractie maar één lid telt. In dat geval kan ook een plaatsvervanger buiten de raad voorgesteld worden. Het college van burgemeester en schepenen of een fractie kan tijdens de bestuursperiode steeds beslissen een ander lid aan te duiden en/of één of meer plaatsvervangers te vervangen of toe te voegen.
Gaat het om een mogelijke schending van de code door de voorzitter van de commissie, dan wordt tijdens de hele procedure daarover de voorzitter vervangen conform art. 7, §5, derde lid van het decreet over het lokaal bestuur.
Gaat het om een mogelijke schending van de code door een lid van de commissie, dan wordt tijdens de hele procedure daarover het lid vervangen door een plaatsvervanger in volgorde van hoe ze door de fractie werden voorgedragen.
Artikel 44
De voorzitter van de deontologische commissie is verantwoordelijk voor de oproeping en stelt de agenda op.
De commissie vergadert minstens één keer per jaar en wordt in ieder geval bijeengeroepen wanneer dat nodig is conform art. 50 van deze code. De voorzitter is daarenboven gehouden de commissie bijeen te roepen op aanvraag van minstens een derde van haar leden.
De oproepingen vermelden in elk geval de plaats, de dag, het tijdstip en de agenda van de vergadering en worden tenminste 8 dagen voor de vergadering aan de leden bezorgd. In geval van hoogdringendheid, te beoordelen door de voorzitter, wordt de bijeenroeping tenminste 3 dagen voor de vergadering bezorgd. De agendapunten moeten voldoende duidelijk omschreven zijn. Voor elk agendapunt wordt het dossier dat erop betrekking heeft, ter beschikking gesteld van de leden van de commissie vanaf de verzending van de agenda.
De bezorging van de oproeping, de agenda en de dossier gebeurt op dezelfde wijze als dat gebeurt in de raad, met als verschil dat enkel de leden van de deontologische commissie deze oproep, agenda en dossiers ontvangen.
De vergaderingen van de deontologische commissie zijn niet openbaar.
De leden van de commissie werken volgens volgende principes:
Artikel 45
De commissie is bevoegd voor:
Artikel 46
De gemeenteraad ziet erop toe dat de fracties en de individuele lokale mandatarissen volgens de deontologische code handelen.
Er zijn verschillende fasen te onderscheiden die spelen bij het toezien op de naleving van de deontologische code, namelijk:
Het voorkomen van mogelijke schendingen
Artikel 47
Wanneer een lokale mandataris twijfelt of een handeling die hij/zij wil verrichten een overtreding van de code zou kunnen zijn, wint het lid hierover advies in bij de algemeen directeur of het personeelslid dat door de algemeen directeur daartoe werd aangewezen.
Artikel 48
Wanneer een lokale mandataris twijfelt over een nog niet uitgevoerde handeling van een andere lokale mandataris, dan waarschuwt hij/zij die persoon. De lokale mandataris verwoordt de twijfels en verwijst de betrokkene zo nodig door naar de algemeen directeur of het personeelslid dat door de algemeen directeur daartoe werd aangewezen.
Het signaleren van vermoedens van schendingen (= start formele procedure binnen het lokaal bestuur)
Artikel 49
Wanneer een lokale mandataris vermoedt dat een regel van de deontologische code is overtreden door een andere lokale mandataris, dan kan hij/zij hiervan melding van maken bij de algemeen directeur (of het personeelslid dat door de algemeen directeur daartoe werd aangewezen).
Indien na het gesprek met de algemeen directeur (of het personeelslid dat door de algemeen directeur daartoe werd aangewezen) het vermoeden van een schending blijft bestaan, meldt de lokale mandataris dit aan de voorzitter van de gemeenteraad en aan de algemeen directeur die samen een vooronderzoek doen. De algemeen directeur kan een personeelslid aanwijzen om dat in zijn/haar plaats te doen.
Het onderzoeken van vermoedens van schendingen
Artikel 50
Wanneer de raadsvoorzitter en de algemeen directeur (of het daartoe aangewezen personeelslid) besluiten dat de melding onontvankelijk is dan betekent dit meteen het einde van de procedure die gestart werd naar aanleiding van dit vermoeden. De commissieleden worden hierover wel geïnformeerd.
Is de melding ontvankelijk dan onderzoekt de commissie ten gronde en roep de voorzitter van de deontologische commissie de commissie bijeen binnen de dertig dagen na de melding. De periode van dertig dagen wordt geschorst van 11 juli tot en met 15 augustus.
De commissie onderzoekt de melding en geeft zowel de melder als de vermeende schender de kans zich te laten horen. Ook mogelijke getuigen kunnen gehoord worden. Niemand kan daartoe verplicht worden.
Na het horen van betrokkenen bespreekt de commissie het vermoeden van schending en wordt een gemotiveerd advies overgemaakt aan de gemeenteraad.
Het zich uitspreken over schendingen (= einde formele procedure binnen het lokaal bestuur)
Artikel 51
Enkel de gemeenteraad kan zich uitspreken of een mandataris van de gemeente een schending heeft begaan. Dat kan op basis van het gemotiveerd advies van de deontologische commissie. De vermeende schender krijgt de kans om door de raad zelf gehoord te worden vooraleer de raad ten gronde besluit.
Wanneer de gemeenteraad vaststelt dat deze code geschonden werd door een mandataris van de gemeente, dan kan de raad:
Evalueren van de deontologische code
Artikel 52
Minimaal één keer per bestuursperiode evalueert de raad de deontologische code. De raad vraagt daarvoor eerst advies aan de deontologische commissie. Daarbij wordt o.a. bekeken of de code nog actueel is, nog goed werkt en of ze nageleefd wordt.
Artikel 1
De deontologische code voor mandatarissen, goedgekeurd op de gemeenteraad van 24 augustus 2023, wordt opgeheven vanaf 19 juni 2025 en vervangen door dit besluit.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Bart Vermaercke, Annick Verstraete (raadsleden)
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017.
Het bestuursdecreet van 8 december 8 december 2018.
Het raadsbesluit van heden houdende het goedkeuren van de deontologische code.
De e-mail van 28 mei 2025 van de fractie Open Deinze.
De e-mail van 29 mei 2025 en 16 juni 2025 van de fractie N-VA.
De e-mail van 2 juni 2025 van de fractie Groen & Vooruit.
De beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 3 juni 2025.
De e-mail van 5 juni 2025 van de fractie Vlaams Belang.
De e-mail van 11 juni 2025 van de fractie CD&V.
Er wordt een deontologische commissie ingesteld die waakt over de naleving van de code en oordeelt over meldingen en klachten inzake inbreuken.
De deontologische commissie is samengesteld uit 8 leden, waar de voorzitter van de gemeenteraad, 1 lid van het college van burgemeester en schepenen en 1 extern lid die zetelt als onafhankelijk expert steeds deel van uitmaakt. Elke fractie is vertegenwoordigd in de commissie. De deontologische commissie wordt voorgezeten door de voorzitter van de gemeenteraad.
Onafhankelijke raadsleden vormen geen fractie en zijn niet vertegenwoordigd in de deontologische commissie.
Het college van burgemeester en schepenen en elke fractie wijst het mandaat in de commissie toe met een voordracht gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad. Bij deze voordracht kunnen ook één of meer plaatsvervangers aangeduid worden die in opgesomde volgorde het commissielid vervangen bij afwezigheid of wanneer die betrokken partij is. Een plaatsvervanger is een lid van het college van burgemeester en schepenen of een raadslid voorgedragen door dezelfde fractie, tenzij de fractie maar één lid telt. In dat geval kan ook een plaatsvervanger buiten de raad voorgesteld worden. Het college van burgemeester en schepenen of een fractie kan tijdens de bestuursperiode steeds beslissen een ander lid aan te duiden en/of één of meer plaatsvervangers te vervangen of toe te voegen.
Kandidaten en plaatsvervangers:
Open Deinze
Vertegenwoordiger: Filip Vervaeke
Plaatsvervanger: Eric Van Huffel
N-VA
Vertegenwoordiger: Karlien De Paepe
Plaatsvervanger: Matthias Neirynck
Groen & Vooruit
Vertegenwoordiger: Peter Parmentier
Plaatsvervanger: Freija Dhondt
CD&V
Vertegenwoordiger: Gunnar Claeys
Plaatsvervanger: An Standaert
Vlaams Belang
Vertegenwoordiger: Ortwin Depoortere
Plaatsvervanger: Olaf Evrard
College van burgemeester en schepenen
Vertegenwoordiger: Jan Vermeulen
Plaatsvervanger: Sofie D'hondt
Prof. Dr. Herwig Reynaert, hoogleraar aan de faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen van de universiteit Gent gaat akkoord om als onafhankelijk vertegenwoordiger deel uit te maken van de deontologische commissie.
Dit valt niet onder de visumplicht en heeft geen financiële gevolgen.
De geheime stemming heeft volgend resultaat:
Met 30 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 1 stem onthouden.
De geheime stemming heeft volgend resultaat:
Met 30 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 1 stem onthouden.
Artikel 1
Volgende personen maken deel uit van de deontologische commissie:
Open Deinze
Vertegenwoordiger: Filip Vervaeke
Plaatsvervanger: Eric Van Huffel
N-VA
Vertegenwoordiger: Karlien De Paepe
Plaatsvervanger 1: Matthias Neirynck
Groen & Vooruit
Vertegenwoordiger: Peter Parmentier
Plaatsvervanger: Freija Dhondt
CD&V
Vertegenwoordiger: Gunnar Claeys
Plaatsvervanger: An Standaert
Vlaams Belang
Vertegenwoordiger: Ortwin Depoortere
Plaatsvervanger: Olaf Evrard
College van burgemeester en schepenen
Vertegenwoordiger: Jan Vermeulen
Plaatsvervanger: Sofie D'hondt
Onafhankelijk vertegenwoordiger
Prof. Dr. Herwig Reynaert, hoogleraar aan de faculteit Politieke en Sociale Wetenschappen van de universiteit Gent
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
De Wet van 24 juni 2013 betreffende de gemeentelijke administratieve sancties, gewijzigd ingevolge de Wet van 21 december 2013 houdende diverse bepalingen Binnenlandse Zaken tot invoering van gemeentelijke administratieve sancties en inzonderheid artikel 6.
Het koninklijk besluit van 21 december 2013 tot vaststelling van de kwalificatie- en onafhankelijkheidsvoorwaarden van de ambtenaar belast met de oplegging van de administratieve geldboete en tot inning van de boetes in uitvoering van de wet betreffende de gemeentelijke administratieve sancties.
De schriftelijke communicatie van 26 mei 2025, vanwege de provincie Oost-Vlaanderen, departement POLIS, dienst Beleid en Ondersteuning, Cel Administratieve Sancties, waarbij de stad uitgenodigd wordt om Karolina Bylinka en Jantien Bruynbroeck aan te wijzen als bijkomende sanctionerend ambtenaren belast met het opleggen van de administratieve geldboetes.
Het Provincieraadsbesluit van 21 mei 2025 waarin de provincieraad Karolina Bylinka en Jantien Bruynbroeck, juristen bij de dienst Beleid en Ondersteuning, departement Polis, voordraagt als sanctionerend ambtenaar met betrekking tot de Gemeentelijke Administratieve Sancties.
De aanwijzing van een bijkomende sanctionerend ambtenaar is noodzakelijk om de continuïteit van de werking te verzekeren.
De aanwijzing van twee bijkomende sanctionerend ambtenaren maakt dat de werklast bij de provinciale ambtenaren kan gedeeld worden met twee extra krachten.
De aanwijzing van een bijkomende sanctionerend ambtenaar brengt geen bijkomende kosten met zich mee gezien het feit dat de stad betaalt per behandeld dossier.
Deze beslissing valt niet onder de visumplicht en heeft geen financiële gevolgen.
Artikel 1
Mevrouw Karolina Bylinka en mevrouw Jantien Bruynbroeck worden aangewezen als sanctionerend ambtenaar in het kader van de Gemeentelijke Administratieve Sancties (GAS).
Artikel 2
Een afschrift van dit besluit wordt gezonden aan:
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Jan Vermeulen (schepen), Bart Vermaercke, Annick Verstraete, Olaf Evrard, Filip Vervaeke, Gunnar Claeys (raadsleden), Rutger De Reu (burgemeester)
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder de artikels 249, 250, 260, 261, 262, 286 § 1 3°, 287 en 330.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
De jaarrekening 2024 van stad en O.C.M.W. Deinze - deel 1.
De jaarrekening 2024 is opgemaakt volgens de bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen en de regels, schema's en rekeningstelsels volgens het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
De jaarrekening 2024 bestaat uit een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting. Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 voorziet in een geïntegreerde planning van het beleid van de gemeente en het O.C.M.W. Dit beleidsrapport omvat dus de beleidsevaluatie en jaarrekeningcijfers van zowel de stad als het O.C.M.W. Gezien beide entiteiten als aparte rechtspersonen blijven bestaan, stemmen de gemeenteraad en de O.C.M.W.-raad in uitvoering van artikel 249 § 3 van het decreet lokaal bestuur elk over hun deel van de jaarrekening 2024, waarna de gemeenteraad het deel van de jaarrekening 2024, vastgesteld door de O.C.M.W.-raad, goedkeurt. Door die goedkeuring wordt de jaarrekening 2024 in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.
De gemeenteraad stelt het deel van de stad van de jaarrekening 2024 vast.
Artikel 1
De jaarrekening 2024 deel stad Deinze wordt vastgesteld zoals gezien in bijlage.
Artikel 2
De jaarrekening 2024 zal in uitvoering van artikel 250 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 in digitale vorm aan de Vlaamse Regering worden bezorgd na goedkeuring van de jaarrekening 2024 deel O.C.M.W Deinze, en deze beslissing zal in uitvoering van artikel 286 § 1 3° van het decreet lokaal bestuur bekend gemaakt worden via de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking in uitvoering van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder de artikels 249, 250, 260, 261, 262, 286 § 1 3°, 287 en 330.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
De jaarrekening 2024 van stad en O.C.M.W. Deinze - deel 1.
De jaarrekening 2024 van stad en O.C.M.W. Deinze - deel 2.
De jaarrekening 2024 van stad en O.C.M.W. Deinze - deel 3.
De beslissing van de O.C.M.W.-raad van 19 juni 2025 waarbij de jaarrekening 2024 deel O.C.M.W. Deinze wordt vastgesteld.
Er bestaan geen afzonderlijke beleidsrapporten meer voor de gemeente en het O.C.M.W. De beleidsrapporten van de gemeente en het O.C.M.W. vormen een geïntegreerd geheel, zo ook de jaarrekening. De jaarrekening omvat dus de beleidsevaluatie en jaarrekeningcijfers van zowel de stad als het O.C.M.W.
De jaarrekening 2024 is opgemaakt volgens de bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen en de regels, schema's en rekeningstelsels volgens het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Gezien beide entiteiten als aparte rechtspersonen blijven bestaan, stemmen de gemeenteraad en de O.C.M.W.-raad in uitvoering van artikel 249 § 3 van het decreet lokaal bestuur elk over hun deel van de jaarrekening 2024, waarna de gemeenteraad het deel van de jaarrekening 2024, vastgesteld door de O.C.M.W.-raad, goedkeurt. Door die goedkeuring wordt de jaarrekening 2024 in zijn geheel geacht definitief vastgesteld te zijn.
De O.C.M.W.-raad stelde de jaarrekening 2024 deel O.C.M.W. Deinze vast in zitting van 19 juni 2025.
De gemeenteraad keurt de jaarrekening 2024 deel O.C.M.W. Deinze goed. Door deze goedkeuring is de jaarrekening 2024 in zijn geheel definitief vastgesteld.
Artikel 1
De jaarrekening 2024 deel O.C.M.W. Deinze wordt goedgekeurd zoals gezien in bijlage.
Artikel 2
De jaarrekening 2024 zal in uitvoering van artikel 250 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 in digitale vorm aan de Vlaamse Regering worden bezorgd, en deze beslissing zal in uitvoering van artikel 286 § 1 3° van het decreet lokaal bestuur bekend gemaakt worden via de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking in uitvoering van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder de artikels 231, 241, 243, 249, 250, 260, 261, 262, 286 § 1 3°, 287 en 330.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
De jaarrekening 2024 volgens de BBC-reglementering van het AGB stad Deinze.
Het verslag van de commissaris van de vennootschap van 13 mei 2025, zoals opgenomen als bijlage in de jaarrekening 2024 volgens de BBC-reglementering van het AGB Stad Deinze.
De beslissing van de Raad van Bestuur van het AGB stad Deinze van 17 juni 2025 over de vaststelling van de jaarrekening 2024 volgens de BBC-reglementering.
De jaarrekening 2024 volgens de BBC-reglementering is opgemaakt volgens de bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen en de regels, schema's en rekeningstelsels volgens het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
De jaarrekening 2024 volgens de BBC-reglementering bestaat uit een beleidsevaluatie, een financiële nota en een toelichting.
De Raad van Bestuur van het AGB stad Deinze stelde in zitting van 17 juni 2025 de jaarrekening 2024 volgens de BBC-reglementering vast.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 (artikel 243 § 2) voorziet dat de gemeenteraad advies moet uitbrengen bij de jaarrekening van het AGB volgens de BBC-reglementering.
De gemeenteraad brengt gunstig advies uit bij deze jaarrekening 2024.
Artikel 1
De gemeenteraad brengt gunstig advies uit bij de jaarrekening 2024 volgens de BBC-reglementering van het AGB stad Deinze zoals gezien in bijlage.
Artikel 2
Dit besluit over het gunstige advies bij de jaarrekening 2024 volgens de BBC-reglementering van het AGB stad Deinze wordt bezorgd aan het AGB stad Deinze.
Artikel 3
De jaarrekening 2024 volgens de BBC-reglementering van het AGB stad Deinze zal in uitvoering van artikel 250 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 in digitale vorm aan de Vlaamse Regering worden bezorgd, en deze beslissing zal in uitvoering van artikel 286 § 1 3° van het decreet lokaal bestuur bekend gemaakt worden via de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking in uitvoering van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Het wetboek van vennootschappen van 7 mei 1999 en latere wijzigingen, in het bijzonder artikel 92.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder de artikels 286 § 1 3°, 287, 330 en 397.
De jaarrekening 2024 volgens de vennootschapswetgeving van het AGB stad Deinze.
Het verslag van de commissaris van de vennootschap van 13 mei 2025, zoals opgenomen als bijlage in de jaarrekening 2024 volgens de vennootschapswetgeving van het AGB stad Deinze.
Het jaarverslag van de Raad van Bestuur van 6 mei 2025, zoals opgenomen als bijlage in de jaarrekening 2024 volgens de vennootschapswetgeving van het AGB stad Deinze.
De beslissing van de Raad van Bestuur van het AGB stad Deinze van 17 juni 2025 over de vaststelling van de jaarrekening 2024 volgens de vennootschapswetgeving.
De jaarrekening 2024 volgens de vennootschapswetgeving van het AGB stad Deinze is opgemaakt overeenkomstig de bepalingen van het wetboek van vennootschappen.
De Raad van Bestuur van het AGB stad Deinze stelde in zitting van 17 juni 2025 de jaarrekening 2024 volgens de vennootschapswetgeving vast.
De gemeenteraad keurt deze jaarrekening 2024 volgens de vennootschapswetgeving goed, en verleent kwijting aan de bestuurders en de commissaris van de vennootschap voor het uitoefenen van hun opdracht tijdens het afgelopen boekjaar.
Artikel 1
De jaarrekening 2024 volgens de vennootschapswetgeving van het AGB stad Deinze wordt goedgekeurd zoals gezien in bijlage, met een balanstotaal van 18.139.115 euro en met een winst na belastingen van 459.236 euro.
Artikel 2
De gemeenteraad verleent kwijting aan de bestuurders van de vennootschap voor het uitoefenen van hun opdracht tijdens het afgelopen boekjaar.
Artikel 3
Dit besluit over de goedkeuring van de jaarrekening 2024 volgens de vennootschapswetgeving van het AGB stad Deinze wordt bezorgd aan het AGB stad Deinze.
Artikel 4
Dit besluit zal in uitvoering van artikel 286 § 1 3° van het decreet lokaal bestuur bekend gemaakt worden via de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking in uitvoering van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder de artikels 249, 250, 257, 259, 286 § 1 3°, 287 en 330.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van stad en O.C.M.W. Deinze - deel 1.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van stad en O.C.M.W. Deinze - deel 2.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 is opgemaakt volgens de bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen en de regels, schema's en rekeningstelsels volgens het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
De initiële looptijd van het meerjarenplan loopt over de periode 2020 tot en met 2025. Het decreet lokaal bestuur voorziet dat de financiële nota van het meerjarenplan altijd minstens 3 jaar vooruitblikt. Bijgevolg is de looptijd van het financiële meerjarenplan verlengd tot 2027.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 bestaat uit een strategische nota, een financiële nota en een toelichting. Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 voorziet in een geïntegreerde planning van het beleid van de gemeente en het O.C.M.W. Dit beleidsrapport omvat dus de beleidsdoelstellingen en ramingen van zowel de stad als het O.C.M.W., maar beide hebben hiervoor wel afzonderlijke kredieten. Gezien beide entiteiten als aparte rechtspersonen blijven bestaan, stemmen de gemeenteraad en de O.C.M.W.-raad in uitvoering van artikel 249 § 3 van het decreet lokaal bestuur elk over hun deel van de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025, waarna de gemeenteraad het deel van de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de O.C.M.W.-raad, goedkeurt. Hierdoor is het geïntegreerde beleidsrapport definitief vastgesteld. De goedkeuring door de gemeenteraad is nodig omdat de gemeente de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes van de O.C.M.W.-raad.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 is financieel in evenwicht (schema M2) gezien:
Aangezien de stad en het O.C.M.W. een geïntegreerd aangepast meerjarenplan 2020-2025 hebben opgemaakt, is het financiële evenwicht beoordeeld voor de stad en het O.C.M.W. samen. Bij de berekening van het geconsolideerd financieel evenwicht is rekening gehouden met de cijfers van het aangepaste meerjarenplan 2020-2025 van het AGB stad Deinze.
De gemeenteraad stelt het deel van de stad van de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 vast.
Artikel 1
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 deel stad Deinze wordt vastgesteld zoals gezien in bijlage.
Artikel 2
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 zal in uitvoering van artikel 250 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 in digitale vorm aan de Vlaamse Regering worden bezorgd na goedkeuring van de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 deel O.C.M.W Deinze, en deze beslissing zal in uitvoering van artikel 286 § 1 3° van het decreet lokaal bestuur bekend gemaakt worden via de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking in uitvoering van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder de artikels 249, 250, 257, 259, 286 § 1 3°, 287 en 330.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van stad en O.C.M.W. Deinze - deel 1.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van stad en O.C.M.W. Deinze - deel 2.
De beslissing van de O.C.M.W.-raad van 19 juni 2025 over de vaststelling van de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 deel O.C.M.W. Deinze.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 voorziet in een geïntegreerde planning van het beleid van de gemeente en het O.C.M.W. Dit beleidsrapport omvat dus de beleidsdoelstellingen en ramingen van zowel de stad als het O.C.M.W., maar beide hebben hiervoor wel afzonderlijke kredieten. Gezien beide entiteiten als aparte rechtspersonen blijven bestaan, stemmen de gemeenteraad en de O.C.M.W.-raad in uitvoering van artikel 249 § 3 van het decreet lokaal bestuur elk over hun deel van de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025, waarna de gemeenteraad het deel van de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025, vastgesteld door de O.C.M.W.-raad, goedkeurt. Hierdoor is het geïntegreerde beleidsrapport definitief vastgesteld. De goedkeuring door de gemeenteraad is nodig omdat de gemeente de financiële gevolgen moet dragen van de keuzes van de O.C.M.W.-raad.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 is opgemaakt volgens de bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen en de regels, schema's en rekeningstelsels volgens het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen. De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 bestaat uit een strategische nota, een financiële nota en een toelichting.
De initiële looptijd van het meerjarenplan loopt over de periode 2020 tot en met 2025. Het decreet lokaal bestuur voorziet dat de financiële nota van het meerjarenplan altijd minstens 3 jaar vooruitblikt. Bijgevolg is de looptijd van het financiële meerjarenplan verlengd tot 2027.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 is financieel in evenwicht (schema M2) gezien:
Aangezien de stad en het O.C.M.W. een geïntegreerd aangepast meerjarenplan 2020-2025 hebben opgemaakt, is het financiële evenwicht beoordeeld voor de stad en het O.C.M.W. samen. Bij de berekening van het geconsolideerd financieel evenwicht is rekening gehouden met de cijfers van het aangepaste meerjarenplan 2020-2025 van het AGB stad Deinze.
De O.C.M.W.-raad stelde de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 deel O.C.M.W. Deinze vast in zitting van 19 juni 2025.
De gemeenteraad keurt het deel van het O.C.M.W. van de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 goed. Door deze goedkeuring is de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 in zijn geheel definitief vastgesteld.
Artikel 1
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 deel O.C.M.W. Deinze wordt goedgekeurd zoals gezien in bijlage.
Artikel 2
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 zal in uitvoering van artikel 250 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 in digitale vorm aan de Vlaamse Regering worden bezorgd, en deze beslissing zal in uitvoering van artikel 286 § 1 3° van het decreet lokaal bestuur bekend gemaakt worden via de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking in uitvoering van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder de artikels 231, 241, 242, 249, 250, 257, 259, 286 § 1 3°, 287 en 330.
Het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
Het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB stad Deinze.
De beslissing van de raad van bestuur van het AGB stad Deinze van 17 juni 2025 waarbij de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 AGB stad Deinze wordt vastgesteld.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB stad Deinze is opgemaakt volgens de bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen en de regels, schema's en rekeningstelsels volgens het ministerieel besluit van 26 juni 2018 tot vaststelling van de modellen en de nadere voorschriften van de beleidsrapporten, de rekeningstelsels en de digitale rapportering van de beleids- en beheerscyclus van de lokale besturen. De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB stad Deinze bestaat uit een strategische nota, een financiële nota en een toelichting.
De initiële looptijd van het meerjarenplan loopt over de periode 2020 tot en met 2025. Het decreet lokaal bestuur voorziet dat de financiële nota van het meerjarenplan altijd minstens 3 jaar vooruitblikt. Bijgevolg is de looptijd van het financiële meerjarenplan verlengd tot 2027.
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 is financieel in evenwicht (schema M2) gezien:
De Raad van Bestuur van het AGB stad Deinze stelde de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB stad Deinze vast in zitting van 17 juni 2025.
De gemeenteraad keurt de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB stad Deinze goed.
Artikel 1
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB stad Deinze wordt goedgekeurd zoals gezien in bijlage.
Artikel 2
De aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 van het AGB stad Deinze zal in uitvoering van artikel 250 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 in digitale vorm aan de Vlaamse Regering worden bezorgd, en deze beslissing zal in uitvoering van artikel 286 § 1 3° van het decreet lokaal bestuur bekend gemaakt worden via de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking in uitvoering van artikel 330 van het decreet lokaal bestuur.
De wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus (WGP), in het bijzonder de artikels 77-80.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder de artikels 40 § 1 en 41 9°.
Het koninklijk besluit van 5 september 2001 houdende het algemeen reglement op de boekhouding van de politiezones.
De ministeriële omzendbrief PLP33 van 27 oktober 2003 houdende de opmaak van de rekening van de politiezones.
Het besluit van de politieraad van de Lokale Politiezone Deinze-Zulte-Lievegem van 16 juni 2025 over de vaststelling van de jaarrekening 2024.
De jaarrekening 2024 van de Lokale Politiezone Deinze-Zulte-Lievegem.
De politieraad van de Lokale Politiezone Deinze-Zulte-Lievegem stelde op 16 juni 2025 de jaarrekening 2024 vast.
De gemeenteraad neemt kennis van de jaarrekening 2024 van de Lokale Politiezone Deinze-Zulte-Lievegem.
Artikel 1
De gemeenteraad neemt kennis van de jaarrekening 2024 van de Lokale Politiezone Deinze-Zulte-Lievegem.
Artikel 2
Dit besluit wordt overgemaakt aan de Lokale Politiezone Deinze-Zulte-Lievegem, Stadionlaan 22a, 9800 Deinze.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, en in het bijzonder artikel 177.
Het kwartaalrapport van de Stad Deinze op 31 maart 2025.
De kastoestand en rekeninguittreksels op 31 maart 2025.
De standopgaven van het exploitatiebudget op 31 maart 2025.
De proef- en saldibalans op 31 maart 2025.
De geboekte investeringsuitgaven en -ontvangsten op 31 maart 2025.
Het overzicht van de openstaande lokale belastingkohieren en hun saldo's op 31 maart 2025.
De dashboards van de lokale belastingkohieren op 31 maart 2025.
De statuslijsten van de subsidies op 31 maart 2025.
De beschrijving van de financiële risico's van de stad en OCMW Deinze.
Artikel 177 van het decreet lokaal bestuur bepaalt dat de financieel directeur in volle onafhankelijkheid rapporteert aan de gemeenteraad, aan de raad voor maatschappelijk welzijn, aan het college van burgemeester en schepenen, aan het vast bureau en aan de algemeen directeur over de thesaurietoestand, de liquiditeitsprognose, de beheerscontrole, de evolutie van de budgetten en de financiële risico's.
Artikel 1
De gemeenteraad neemt kennis van het kwartaalrapport van de Stad Deinze op 31 maart 2025.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen).
De gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994, artikel 173.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, artikel 41, 2de lid, 14°, over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het gemeenteraadsbesluit van 23 december 2023 over de vaststelling van de machtiging aan het college van burgemeester en schepenen tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan - aanpassing.
Vergelijkende tabel oude en nieuwe machtiging.
Het vaststellen van retributies zijn een bevoegdheid van de gemeenteraad, tenzij het college van burgemeester en schepenen onder bepaalde voorwaarden gemachtigd wordt door de gemeenteraad om bepaalde retributies vast te stellen. Deze machtiging kan verleend worden overeenkomstig artikel 41, 14° van het decreet lokaal bestuur.
Deze delegatie aan het college van burgemeester en schepenen maakt het mogelijk dat er vlotter kan worden ingespeeld op situaties die onderhevig zijn aan wijzigende omstandigheden.
De huidige machtiging verloopt pas op 31 december 2025, maar de nieuwe machtiging wordt reeds gevraagd met ingang van 1 juli 2025 omdat sommige retributies op basis van deze machtiging een vroegere ingangsdatum hebben dan 1 januari 2026.
In deze optiek wordt voorgesteld om het college van burgemeester en schepenen te machtigen in volgende gevallen de retributies vast te stellen, binnen de voorwaarden zoals bepaald in dit gemeenteraadsbesluit en dit vanaf 1 juli 2025 tot en met 31 december 2031.
De financiële impact wordt opgenomen in de retributiereglementen die het college van burgemeester en schepenen zal goedkeuren op basis van deze machtiging.
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd in volgende gevallen de retributies vast te stellen, binnen de voorwaarden zoals bepaald in dit gemeenteraadsbesluit en dit vanaf 1 juli 2025 tot en met 31 december 2031.
A) Bibliotheek
1. Auteurslezingen – bibliotheek avondlezingen
2. Schoollezingen en educatieve lezingen
3. Kinder- en jeugdjury: gratis
4. Workshop: gratis, maar bijdrage materiaal 5,00 tot 20,00 euro.
5. Afgevoerde tijdschriften
6. Afgevoerde boeken in de ruimste zin van het woord
7. Afgevoerde CD-Rom’s, CD’s en DVD’s
8. Kopies/kopiekaarten/prints internet en scans/3D-prints
9. Koffie / thee / chocomelk voor bezoekers : 1,00 tot 2,00 euro
B) Cultuur
1. Inkomprijs/deelnameprijs diverse activiteiten: 0,00 tot 100,00 euro.
2. Verkoop boeken : Geschiedenis van Deinze, Kaart- en landboek van Deinze (niet limitatief) : 35,00 tot 80,00 euro
3. Verkoop catalogussen, bv. Biënnale amateurskunsten : 5,00 tot 10,00 euro
C) KADE
1. toegang voor alle producties : 8,00 tot 15,00 euro
2. Uitstappen, schoolreizen (ook meerdaagse): reële kostprijs, met een minimum van 7,00 en een maximum van 175,00 euro.
3. Verkoop CD, DVD en andere opnamen: 0,00 tot 55,00 euro
4. Verkoop klein materiaal: reële kostprijs
5. Koffie / thee / chocomelk voor bezoekers : 1,00 tot 2,00 euro
6. Verkoop leerboeken : reële kostprijs
7. Huur instrumenten:
8. Inschrijvingsgeld : het officieel tarief vastgelegd door het Departement Onderwijs, verhoogd met een toeslag van 12,00 tot 15,00 euro om de administratiekosten te dekken
D/ Sport
1 Inkomprijs/deelnameprijs diverse activiteiten: 0,00 tot 100,00 euro.
2. Visverloven
E) Dranken
1. dranken en versnaperingen met bediening tijdens een stedelijk evenement of in een cafetaria, bibliotheek,...
F) Toerisme en Evenementen
1. Evenementen en activiteiten in de ruimste zin van het woord (nader te bepalen door het college van burgemeester en schepenen): 0,00 tot 250,00 euro
2. Afname elektriciteit voor pleziervaart aan de Leiekade : 9,00 tot 12,00 euro per 24 uur
3. Huurprijs Kerstkraampjes:
4. Wandel- en fietsroutes: 0,00 tot 25,00 euro
5. Promotiemateriaal: 1,00 tot 100,00 euro, afhankelijk van prijs aankoop
G) Jeugd, Onderwijs en Samenleven, Zorg en Gezondheid, Huis van het Kind
1. Inkomprijs/deelnameprijs diverse activiteiten: 0,00 tot 100,00 euro.
2. Promo- en preventiemateriaal: 0,00 tot 30,00 euro
3. Huur uitleen kampmateriaal (jeugd) : gratis, maar bij verlies of schade: van 10,00 tot 135,00 euro ter compensatie van beschadigd of verloren stuk kampmateriaal
4. Huur speelgoed van spelotheek: gratis maar bij verlies of schade: oorspronkelijke prijs van het spelmateriaal of kostprijs voor de vervanging van het onderdeel of reële kostprijs van de herstelling
H) Gemeentelijke basisscholen
1. Eéndaagse extra-muros activiteiten (schoolreis, sportdag, uitstappen, …): 0,00 tot 70,00 euro
2. Meerdaagse uitstappen: 0,00 tot 400,00 euro
3. Zwemmen: 0,00 tot 4,00 euro
4. Warme maaltijden: 0,00 tot 10,00 euro
5. Soep : 0,00 tot 2,00 euro
6. Middagopvang: 0,00 tot 4,00 euro
7. Abonnementen tijdschriften: 0,00 tot 30,00 euro
8 Schoolfoto's: 0,00 tot 30,00 euro
9. Nieuwjaarsbrieven: 0,00 tot 10,00 euro
10. Turnkledij en -accessoires: 0,00 tot 25,00 euro per stuk
11. Fluohesje of -hoes: 0,00 tot 25,00 euro
I) Burgerzaken
1. Kiezerslijst digitaal exemplaar: 20,00 tot 35,00 euro
J) Archief
1. Dozen archief: 1,00 tot 5,00 euro
2. Koffie voor bezoekers stadsarchief: 0,50 tot 1,50 euro
3. Opzoekingen in stadsarchief en dienst burgerzaken
K) Stedelijk infoblad
1. Advertenties in het stedelijk infoblad (en andere publicaties): 3.000,00 tot 3.500,00 euro
L) Technische uitvoeringsdienst
1. Verkoop brandhout voor personeelsleden:
2. Boomsteunpalen : 4,00 tot 10,00 euro
M) Mobiliteit
1. Buurtfietsenstalling: gebruik 30,00 tot 40,00 euro per jaar
N) Kortingen/Vrijstellingen
Artikel 2
1. UiTPAS kansentarief
Geldig voor :
A1 Bibliotheek - auteurslezingen – bibliotheekavondlezingen
B1 Cultuur - inkomprijs/deelnameprijs diverse activiteiten
C1 KADE – toegang producties
C2 KADE - uitstappen, schoolreizen (ook meerdaagse)
C7 KADE – huur instrumenten
C8 KADE – inschrijvingsgeld (op het volledig tarief incl. toeslag)
D1 Sport – inkomprijs/deelnameprijs diverse activiteiten
F1 Toerisme en evenementen - evenementen en activiteiten in de ruimste zin van het woord
G1 Jeugd, Onderwijs en Samenleven, Zorg en Gezondheid, Huis van het Kind – inkomprijs/deelnameprijs diverse activiteiten
Doelgroep UiTPAS Leie Schelde met kansentarief : 80 % korting op de prijs per ticket / activiteit. Deze doelgroep moet aan volgende voorwaarden voldoen:
2. Aan begeleiders van houders van een EDC (European Disabilty Card) kan een korting toegestaan worden van 0 tot 80%
Geldig voor :
A1 Bibliotheek - auteurslezingen – bibliotheekavondlezingen
B1 Cultuur - inkomprijs/deelnameprijs diverse activiteiten
C1 KADE – toegang producties
D1 Sport – inkomprijs/deelnameprijs diverse activiteiten
F1 Toerisme en evenementen - evenementen en activiteiten in de ruimste zin van het woord
G1 Jeugd, Onderwijs en Samenleven, Zorg en Gezondheid, Huis van het Kind – inkomprijs/deelnameprijs diverse activiteiten
3.Bij activiteiten die worden georganiseerd in samenwerking met verenigingen kunnen leden van deze vereniging van een korting genieten van 5 tot 50%.
O) Maatregelen bij weigering van betaling
Artikel 3
Bij weigering of nalatigheid om de retributie te betalen, geschiedt de invordering volgens de regels van de burgerlijke rechtspleging voor het betwiste gedeelte.
Voor het niet-betwiste gedeelte van de niet-fiscale vorderingen geschiedt de invordering overeenkomstig artikel 177 van het decreet van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het lokaal bestuur.
Op de retributies opgemaakt op basis van deze machtiging is steeds het retributiereglement van 19 juni 2024 en latere wijzigingen ter invordering van fiscale en niet-fiscale ontvangsten van toepassing (vanaf 1 januari 2026).
Artikel 1
Het college van burgemeester en schepenen wordt gemachtigd de retributies vast te stellen, binnen de voorwaarden zoals bepaald in dit gemeenteraadsbesluit, en dit vanaf 1 juli 2025 tot en met 31 december 2031.
Artikel 2
Het gemeenteraadsbesluit van 21 december 2023 over het vaststellen van de machtiging tot het heffen van retributies en de voorwaarden ervan – aanpassing wordt opgeheven vanaf 1 juli 2025 en vervangen door dit besluit.
Artikel 3
Een kopie van dit besluit wordt aan de financieel directeur bezorgd en aan de betrokken dienst belast met de toepassing van dit reglement.
Artikel 4
Dit besluit en de inhoud ervan wordt bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 286 § 1 en artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
De gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994, artikel 173.
De wet van 13 april 2019 tot invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen.
De wet van 4 mei 2023 houdende invoeging van boek XIX "schulden van de consument" in het Wetboek van economisch recht.
Het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, met latere aanvullingen en wijzigingen.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, artikelen 41, 2de lid, 14°, over de bevoegdheden van de gemeenteraad en artikel 177, 2° over het debiteurenbeheer, in het bijzonder de bevoegdheid in volle onafhankelijkheid van de financieel directeur voor de invordering van de fiscale en niet-fiscale ontvangsten en het verlenen van kwijting.
Het gemeenteraadsbesluit van 21 december 2023 over het retributiereglement ter invordering van niet-fiscale ontvangsten.
Het retributiereglement ter invordering van niet-fiscale ontvangsten vervalt op 31 december 2025. Alle retributies moeten vernieuwd worden met ingang van 1 januari 2026.
De vernieuwing wordt nu reeds ter goedkeuring aan de gemeenteraad voorgelegd, zodat in alle nieuwe retributies naar dit retributiereglement ter invordering van niet-fiscale ontvangsten kan verwezen worden.
Vanaf 2026 zal de retributie ook van toepassing zijn op de invordering van fiscale ontvangsten, en zal hiernaar verwezen worden in alle belastingreglementen.
De tarieven zijn gereglementeerd en geplafonneerd door de wijziging van het wetboek van economisch recht. Dit wetboek voorziet in de verplichting om een kosteloze eerste herinnering te sturen en de verplichting om 14 dagen te wachten alvorens eventuele sancties vanwege laattijdige betaling toe te passen. De forfaitaire vergoeding voor de invorderingskosten is geplafonneerd, en stijgt gradueel afhankelijk van de hoogte van het verschuldigde bedrag :
Er wordt voorgesteld om het tarief van het huidige retributiereglement op te trekken van 15,00 naar 20,00 euro :
Na de tweede (aangetekende) aanmaning volgt de gedwongen invordering via gerechtsdeurwaarder.
De nieuwe wet is enkel van toepassing op consumenten, en niet op ondernemingen. Voor de eenvormigheid zullen de tarieven van het retributiereglement wel op beide categorieën worden toegepast.
Het nieuwe retributiereglement wordt vastgesteld voor de periode 1 januari 2026 - 31 december 2031.
De ontvangsten van deze beslissing zullen geboekt worden op:
meerjarenplan 2026-2031 |
Exploitatie |
jaar |
2026-2031 |
beleidsitem |
011100 - fiscale en financiële diensten |
algemene rekening |
706000 - andere verkopen en dienstprestaties |
actie |
geen |
krediet |
Te voorzien in nieuw meerjarenplan |
Periode
Artikel 1
Er wordt voor een termijn aanvangend op 1 januari 2026 en eindigend op 31 december 2031 een retributiereglement geheven ter invordering van fiscale en niet-fiscale ontvangsten.
Schuldenaar
Artikel 2
De retributie is verschuldigd door de ondernemingen en personen aan wie een betalingsherinnering wordt gestuurd.
Definities
Artikel 3
Voor de toepassing van dit reglement wordt verstaan onder:
Procedure
Artikel 4 § 1 - vordering
Artikel 4 § 2 - eerste aanmaning
Indien de betaling niet gebeurd is binnen de gestelde termijn zoals bepaald in § 1 hiervoor, zal een kosteloze aanmaning verstuurd worden.
De betaling moet gebeuren binnen een termijn van 14 dagen volgend op de datum van deze eerste aanmaning.
Artikel 4 § 3 - tweede aanmaning
Artikel 4 § 4 - dwangbevel
Tarieven
Artikel 5
Artikel 6
Bij gedeeltelijke betaling worden eerst de eventuele aangerekende invorderingskosten aangezuiverd en vervolgens de verschuldigde hoofdsom.
Bevoegde rechtbank
Artikel 7
Alle geschillen voortvloeiend uit deze voorwaarden behoren tot de uitsluitende bevoegdheid van de rechtbanken van het arrondissement Gent of het vredegerecht van Deinze.
Publicatie
Artikel 8
Deze beslissing zal terug te vinden zijn op de website van de stad Deinze onder www.deinze.be/retributies.
Artikel 1
Er wordt voor een termijn aanvangend op 1 januari 2026 en eindigend op 31 december 2031 een retributiereglement geheven ter invordering van fiscale en niet fiscale ontvangsten.
Artikel 2
Een kopie van dit besluit wordt aan de financieel directeur bezorgd en aan de betrokken dienst belast met de toepassing van dit reglement.
Artikel 3
Dit besluit en de inhoud ervan wordt bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 286 § 1, 1° en artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen).
Bart Vermaercke, Bram Stroobandt (raadsleden), Jan Vermeulen (schepen), Rutger De Reu (burgemeester)
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017, in het bijzonder de artikels 41 23°, 285 § 1, 1° en § 3, 287 en 330.
De aangepaste lijst van de werkingssubsidies 2025 (nominatieve subsidies en subsidies via een samenwerkingsovereenkomst).
De aangepaste lijst van de investeringssubsidies 2025 (allen nominatief).
In het aangepaste meerjarenplan 2020-2025 (10) zijn de werkings- en investeringssubsidies voor 2025 opgenomen. Via de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025, zijn een aantal werkings- en investeringssubsidies voor 2025 gewijzigd. Alle werkings- en investeringssubsidies voor 2025 zijn overgenomen op de aangepaste lijsten zoals in bijlage geviseerd.
Het komt toe aan de gemeenteraad om de aangepaste lijsten van de werkings- en investeringssubsidies voor 2025 goed te keuren.
Er wordt de aandacht op gevestigd dat deze lijsten enkel de nominatieve subsidies en subsidies via een samenwerkingsovereenkomst bevatten. De subsidies die via een subsidiereglement worden toegekend zijn niet in deze lijsten opgenomen, en kunnen worden geconsulteerd in de aanpassing van het meerjarenplan 2020-2025 (10) op blz. 317-324 (werkingssubsidies) en blz. 327 (investeringssubsidies).
Het krediet voor de uitbetaling van de werkings- en investeringssubsidies voor 2025 is opgenomen in de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025 onder de artikels zoals vermeld naast iedere subsidie in de lijsten in bijlage.
Artikel 1
De aangepaste lijsten van de werkingssubsidies 2025 (nominatieve subsidies en subsidies via een samenwerkingsovereenkomst) en investeringssubsidies 2025 (allen nominatief) na de aanpassing 2025/1 van het meerjarenplan 2020-2025, zoals gezien in bijlage, worden goedgekeurd.
Artikel 2
Alle gesubsidieerde verenigingen / instellingen / organisaties engageren zich om het belang van het gebruik van het Nederlands te erkennen bij het uitvoeren van de gesubsidieerde activiteiten (zoals bedoeld in artikel 41 van het decreet lokaal bestuur - wijziging 17 februari 2023).
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 235 §1 over de bevoegdheden van de raad van bestuur.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
De huidige statuten.
De beslissing BTW nr. E.T.129.288 van 19 januari 2016, later vervangen door Circulaire 2022/C/100 waarin de fiscus het standpunt inneemt dat vanaf 2016 enkel met prijssubsidies kan worden gewerkt in het kader van het winstoogmerk van het AGB.
De gemeenteraadsbeslissing van 28 november 2024 waarin het prijssubsidiereglement 2025 gedeelte 6% BTW werd goedgekeurd (factor 5,35)
De verklarende nota met een raming van de werkingsresultaten van 2025 waaruit blijkt dat een aanpassing van de factor van het prijssubsidiereglement wenselijk is (van 5,35 naar 3,70)
Een tabel waaruit een oplijsting blijkt van de gehanteerde tarieven waarvoor de prijssubsidie wordt bepaald, incl het bedrag van de prijssubsidie per tarief.
In een AGB is een winstoogmerk uiterst belangrijk. Prijssubsidies, toegekend door de stad, die rechtstreeks verband houden met de prijs behoren tot de maatstaf van heffing van de btw en mogen aldus bij de ontvangsten van het autonoom gemeentebedrijf gerekend worden om te bepalen of de doelstellingen inzake het winstoogmerk en het doel winsten uit te keren bereikt worden.
Om dus economisch leefbaar te zijn is het noodzakelijk dat het AGB Stad Deinze vanwege de stad prijssubsidies ontvangt als vergoeding voor het recht van toegang.
De berekeningswijze werd vanaf 2024 n.a.v. een controle gewijzigd. Er dient een toewijzing van de prijssubsidie te gebeuren over de diverse deficitaire verrichtingen van het AGB wat inhoudt dat er zowel een prijssubsidie moet zijn onderhevig aan 6% btw, als één aan 21% btw als één aan 0% btw conform de diverse omzetten. Op basis van de kredieten ingeschreven in het gewijzigde MJP werd bepaald dat er zo'n 77% omzet is aan 6% btw voor 2025, zo'n 22% omzet aan 21% btw voor 2025 en zo'n 1% omzet aan 0% btw voor 2025. N.a.v. de cijfers van de Emile Claus tentoonstelling in januari werden de werkingsresultaten herberekend. Gezien het grote succes heeft het AGB minder behoefte aan prijssubsidies. Daarom wordt voorgesteld om de diverse prijssubsidies te laten zakken en dit conform de diverse omzetten. Voor het gedeelte 6% BTW wordt voorgesteld om de factor van de prijssubsidie te laten zakken van 5.35 naar 3.70 vanaf 1 juli wat voor een lagere opbrengst zorgt van € 228.797.
Artikel 1
De gemeenteraad keurt het aangepaste prijssubsidiereglement, vermeld in artikel 2 van huidige beslissing, ten voordele van het Autonoom Gemeentebedrijf Stad Deinze goed.
Artkel 2
De aangepaste factor 3.7 i.p.v. 5.35 gaat in vanaf 1 juli 2025 en eindigt op 31 december 2025. De factor 5.35 blijft behouden voor de periode 1 januari 2025 tot 30 juni 2025.
Artikel 3
PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT (1) ONDERHEVIG AAN 6% BTW (berekend op de toegangsgelden van het zwembad Palaestra)
Tussen
STADSBESTUUR DEINZE, hier vertegenwoordigd door de voorzitter van de gemeenteraad, zijnde mevrouw Tess Minnens, woonplaatskeuze te 9800 Deinze, Brielstraat 2 en de algemeen directeur, zijnde mevrouw Stefanie DE VLIEGER, met woonplaatskeuze te 9800 Deinze, Brielstraat 2, enerzijds;
En
Het AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STAD DEINZE, hier vertegenwoordigd door de voorzitter van de raad van bestuur, zijnde de heer Rutger DE REU, met woonplaatskeuze te 9800 Deinze, Brielstraat 2 anderzijds;
wordt overeengekomen dat de stad Deinze voor de omzet onderhevig aan 6% een prijssubsidie zal toekennen aan het Autonoom Gemeentebedrijf Stad Deinze en dit berekend op het verlenen van recht van toegang tot het zwembad Palaestra. Dit prijssubsidiereglement legt de toekenning van deze prijssubsidie vast en geldt voor de periode vanaf 1 juli 2025 tot 31 december 2025. Het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het kalenderjaar 2025 (zie bijlage). Op basis van deze ramingen heeft het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze vastgesteld dat voor het kalenderjaar 2025 de inkomsten voor het gehele autonoom gemeentebedrijf, minstens EUR 6.685.914 (exclusief btw) moeten bedragen om economisch rendabel te zijn. Naast de prijssubsidie onderhevig aan 6% btw, zal er tevens een prijssubsidie toegekend worden onderhevig aan 21% btw als aan 0% btw dit om economisch rendabel te zijn.
Wat betreft het gedeelte 6% wenst het Autonoom Gemeentebedrijf Stad Deinze vanaf 01 juli 2025 de huidige toegangsprijzen (exclusief btw) voor recht op toegang tot het zwembad Palaestra te vermenigvuldigen met een factor 3,70. De eerder goedgekeurde factor 5,35 blijft van toepassing voor de periode 01 januari 2025 tot 30 juni 2025.
De stad Deinze erkent dat het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze, op basis van deze ramingen, de voorziene toegangsgelden (exclusief btw) voor recht op toegang tot het zwembad Palaestra moet vermenigvuldigen met een factor 3,7 voor de periode 01 juli 2025 tot en met 31 december 2025 en met een factor 5,35 voor de periode 01 januari 2025 tot 30 juni 2025 om samen met de prijssubsidies onderhevig aan 21% en aan 0% economisch rendabel te zijn.
De Stad Deinze wenst de toegangsgelden te beperken opdat het zwembad Palaestra toegankelijk zou zijn voor iedereen. De stad Deinze verbindt er zich toe om voor de periode vanaf 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 deze beperkte toegangsgelden te subsidiëren middels toekenning van prijssubsidies. De waarde van de prijssubsidie toegekend door de stad Deinze bedraagt de prijs (exclusief btw) die de bezoeker voor recht op toegang tot het zwembad Palaestra betaalt vermenigvuldigd met een factor 5,35 voor de periode 01 januari 2025 tot 30 juni 2025 en met een factor 3,7 voor de periode 01 juli 2025 tot en met 31 december 2025.
Deze gesubsidieerde inkomgelden kunnen steeds geherevalueerd worden tijdens het kalenderjaar 2025 in het kader van een periodieke evaluatie van de exploitatieresultaten van het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze. In de mate er een prijssubsidieaanpassing noodzakelijk is, zal de stad Deinze deze steeds documenteren (aan de hand van een gemeenteraadsbeslissing).
Het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze moet op de 15e werkdag volgend op elke maand de stad Deinze een overzicht bezorgen van de bezoekers waaraan recht op toegang tot het zwembad Palaestra is verleend. Dit overzicht dient tevens het bedrag aan te betalen prijssubsidies te bevatten. De afrekening van deze prijssubsidie zal gebeuren middels de uitreiking van een debet nota die het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze uitreikt aan de stad Deinze. De stad Deinze dient deze debet nota te betalen aan het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze binnen de maand na ontvangst van het vermelde document.
Een nieuw prijssubsidiereglement geldig vanaf 1 januari 2026 zal worden onderhandeld tussen de stad Deinze en het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 va het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 235 §1 over de bevoegdheden van de raad van bestuur.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
De huidige statuten.
De beslissing BTW nr. E.T.129.288 van 19 januari 2016, later vervangen door Circulaire 2022/C/100 waarin de fiscus het standpunt inneemt dat vanaf 2016 enkel met prijssubsidies kan worden gewerkt in het kader van het winstoogmerk van het AGB.
De gemeenteraadsbeslissing van 28 november 2024 waarin het prijssubsidiereglement 2025 gedeelte 21% BTW werd goedgekeurd (factor 11,50)
De verklarende nota met een raming van de werkingsresultaten van 2025 waaruit blijkt dat een aanpassing van de factor van het prijssubsidiereglement wenselijk is (van 11,50 naar 8,00)
Een tabel waaruit een oplijsting blijkt van de gehanteerde tarieven waarvoor de prijssubsidie wordt bepaald, incl het bedrag van de prijssubsidie per tarief.
In een AGB is een winstoogmerk uiterst belangrijk. Prijssubsidies, toegekend door de stad, die rechtstreeks verband houden met de prijs behoren tot de maatstaf van heffing van de btw en mogen aldus bij de ontvangsten van het autonoom gemeentebedrijf gerekend worden om te bepalen of de doelstellingen inzake het winstoogmerk en het doel winsten uit te keren bereikt worden.
Om dus economisch leefbaar te zijn is het noodzakelijk dat het AGB Stad Deinze vanwege de stad prijssubsidies ontvangt als vergoeding voor het recht van toegang.
De berekeningswijze werd vanaf 2024 n.a.v. een controle gewijzigd. Er dient een toewijzing van de prijssubsidie te gebeuren over de diverse deficitaire verrichtingen van het AGB wat inhoudt dat er zowel een prijssubsidie moet zijn onderhevig aan 6% btw, als één aan 21% btw als één aan 0% btw conform de diverse omzetten. Op basis van de kredieten ingeschreven in het gewijzigde MJP werd bepaald dat er zo'n 77% omzet is aan 6% btw voor 2025, zo'n 22% omzet aan 21% btw voor 2025 en zo'n 1% omzet aan 0% btw voor 2025. N.a.v. de cijfers van de Emile Claus tentoonstelling in januari werden de werkingsresultaten herberekend. Gezien het grote succes heeft het AGB minder behoefte aan prijssubsidies. Daarom wordt voorgesteld om de diverse prijssubsidies te laten zakken en dit conform de diverse omzetten. Voor het gedeelte 21% BTW wordt voorgesteld om de factor van de prijssubsidie te laten zakken van 11.50 naar 8.00 vanaf 1 juli wat voor een lagere opbrengst zorgt van € 126.530.
Artikel 1
De gemeenteraad keurt het aangepaste prijssubsidiereglement, vermeld in artikel 2 van huidige beslissing, ten voordele van het Autonoom Gemeentebedrijf Stad Deinze goed.
Artkel 2
De aangepaste factor 8,00 i.p.v. 11.50 gaat in vanaf 1 juli 2025 en eindigt op 31 december 2025. De factor 11.50 blijft behouden voor de periode 1 januari 2025 tot 30 juni 2025.
Artikel 3
PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT (1) ONDERHEVIG AAN 21% BTW (berekend op de verhuur van de Brielpoort)
Tussen
STADSBESTUUR DEINZE, hier vertegenwoordigd door de voorzitter van de gemeenteraad, zijnde mevrouw Tess Minnens, woonplaatskeuze te 9800 Deinze, Brielstraat 2 en de algemeen directeur, zijnde mevrouw Stefanie DE VLIEGER, met woonplaatskeuze te 9800 Deinze, Brielstraat 2, enerzijds;
En
Het AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STAD DEINZE, hier vertegenwoordigd door de voorzitter van de raad van bestuur, zijnde de heer Rutger DE REU, met woonplaatskeuze te 9800 Deinze, Brielstraat 2 anderzijds;
wordt overeengekomen dat de stad Deinze voor de omzet onderhevig aan 21% een prijssubsidie zal toekennen aan het Autonoom Gemeentebedrijf Stad Deinze en dit berekend op het verlenen van recht van toegang tot de Brielpoort. Dit prijssubsidiereglement legt de toekenning van deze prijssubsidie vast en geldt voor de periode vanaf 1 juli 2025 tot 31 december 2025. Het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het kalenderjaar 2025 (zie bijlage). Op basis van deze ramingen heeft het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze vastgesteld dat voor het kalenderjaar 2025 de inkomsten voor het gehele autonoom gemeentebedrijf, minstens EUR 6.685.914 (exclusief btw) moeten bedragen om economisch rendabel te zijn. Naast de prijssubsidie onderhevig aan 21% btw, zal er tevens een prijssubsidie toegekend worden onderhevig aan 6% btw als aan 0% btw dit om economisch rendabel te zijn.
Wat betreft het gedeelte 21% wenst het Autonoom Gemeentebedrijf Stad Deinze vanaf 01 juli 2025 de huidige toegangsprijzen (exclusief btw) voor recht op toegang tot de Brielpoort te vermenigvuldigen met een factor 8,00. De eerder goedgekeurde factor 11,50 blijft van toepassing voor de periode 01 januari 2025 tot 30 juni 2025.
De stad Deinze erkent dat het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze, op basis van deze ramingen, de voorziene toegangsgelden (exclusief btw) voor recht op toegang tot de Brielpoort moet vermenigvuldigen met een factor 8,00 voor de periode 01 juli 2025 tot en met 31 december 2025 en met een factor 11,50 voor de periode 1 januari 2025 tot 30 juni 2025 om samen met de prijssubsidies onderhevig aan 6% en aan 0% economisch rendabel te zijn.
De Stad Deinze wenst de toegangsgelden te beperken opdat de Brielpoort toegankelijk zou zijn voor iedereen. De stad Deinze verbindt er zich toe om voor de periode vanaf 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 deze beperkte toegangsgelden te subsidiëren middels toekenning van prijssubsidies. De waarde van de prijssubsidie toegekend door de stad Deinze bedraagt de prijs (exclusief btw) die de bezoeker voor recht op toegang tot de Brielpoort betaalt vermenigvuldigd met een factor 11,50 voor de periode 01 januari 2025 tot 30 juni 2025 en met een factor 8,00 voor de periode 1 juli 2025 tot en met 31 december 2025.
Deze gesubsidieerde inkomgelden kunnen steeds geherevalueerd worden tijdens het kalenderjaar 2025 in het kader van een periodieke evaluatie van de exploitatieresultaten van het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze. In de mate er een prijssubsidieaanpassing noodzakelijk is, zal de stad Deinze deze steeds documenteren (aan de hand van een gemeenteraadsbeslissing).
Het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze moet op de 15e werkdag volgend op elke maand de stad Deinze een overzicht bezorgen van de bezoekers waaraan recht op toegang tot het zwembad Palaestra is verleend. Dit overzicht dient tevens het bedrag aan te betalen prijssubsidies te bevatten. De afrekening van deze prijssubsidie zal gebeuren middels de uitreiking van een debet nota die het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze uitreikt aan de stad Deinze. De stad Deinze dient deze debet nota te betalen aan het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze binnen de maand na ontvangst van het vermelde document.
Een nieuw prijssubsidiereglement geldig vanaf 01 januari 2026 zal worden onderhandeld tussen de stad Deinze en het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikel 235 §1 over de bevoegdheden van de raad van bestuur.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
De huidige statuten.
De beslissing BTW nr. E.T.129.288 van 19 januari 2016, later vervangen door Circulaire 2022/C/100 waarin de fiscus het standpunt inneemt dat vanaf 2016 enkel met prijssubsidies kan worden gewerkt in het kader van het winstoogmerk van het AGB.
De gemeenteraadsbeslissing van 28 november 2024 waarin het prijssubsidiereglement 2025 gedeelte 0% BTW werd goedgekeurd (factor 2,00)
De verklarende nota met een raming van de werkingsresultaten van 2025 waaruit blijkt dat een aanpassing van de factor van het prijssubsidiereglement wenselijk is (van 2,00 naar 1,50)
Een tabel waaruit een oplijsting blijkt van de gehanteerde tarieven waarvoor de prijssubsidie wordt bepaald, incl het bedrag van de prijssubsidie per tarief.
In een AGB is een winstoogmerk uiterst belangrijk. Prijssubsidies, toegekend door de stad, die rechtstreeks verband houden met de prijs behoren tot de maatstaf van heffing van de btw en mogen aldus bij de ontvangsten van het autonoom gemeentebedrijf gerekend worden om te bepalen of de doelstellingen inzake het winstoogmerk en het doel winsten uit te keren bereikt worden.
Om dus economisch leefbaar te zijn is het noodzakelijk dat het AGB Stad Deinze vanwege de stad prijssubsidies ontvangt als vergoeding voor het recht van toegang.
De berekeningswijze werd vanaf 2024 n.a.v. een controle gewijzigd. Er dient een toewijzing van de prijssubsidie te gebeuren over de diverse deficitaire verrichtingen van het AGB wat inhoudt dat er zowel een prijssubsidie moet zijn onderhevig aan 6% btw, als één aan 21% btw als één aan 0% btw conform de diverse omzetten. Op basis van de kredieten ingeschreven in het gewijzigde MJP werd bepaald dat er zo'n 77% omzet is aan 6% btw voor 2025, zo'n 22% omzet aan 21% btw voor 2025 en zo'n 1% omzet aan 0% btw voor 2025. N.a.v. de cijfers van de Emile Claus tentoonstelling in januari werden de werkingsresultaten herberekend. Gezien het grote succes heeft het AGB minder behoefte aan prijssubsidies. Daarom wordt voorgesteld om de diverse prijssubsidies te laten zakken en dit conform de diverse omzetten. Voor het gedeelte 0% BTW wordt voorgesteld om de factor van de prijssubsidie te laten zakken van 2.00 naar 1.50 vanaf 1 juli wat voor een lagere opbrengst zorgt van € 3.500.
Artikel 1
De gemeenteraad keurt het aangepaste prijssubsidiereglement, vermeld in artikel 2 van huidige beslissing, ten voordele van het Autonoom Gemeentebedrijf Stad Deinze goed.
Artkel 2
De aangepaste factor 2,00 i.p.v. 1,50 gaat in vanaf 1 juli 2025 en eindigt op 31 december 2025. De factor 2,00 blijft behouden voor de periode 1 januari 2025 tot 30 juni 2025.
Artikel 3
PRIJSSUBSIDIEREGLEMENT (1) ONDERHEVIG AAN 0% BTW (berekend op de verhuur van het museum Fonds De Smet)
Tussen
STADSBESTUUR DEINZE, hier vertegenwoordigd door de voorzitter van de gemeenteraad, zijnde mevrouw Tess Minnens, woonplaatskeuze te 9800 Deinze, Brielstraat 2 en de algemeen directeur, zijnde mevrouw Stefanie DE VLIEGER, met woonplaatskeuze te 9800 Deinze, Brielstraat 2, enerzijds;
En
Het AUTONOOM GEMEENTEBEDRIJF STAD DEINZE, hier vertegenwoordigd door de voorzitter van de raad van bestuur, zijnde de heer Rutger DE REU, met woonplaatskeuze te 9800 Deinze, Brielstraat 2 anderzijds;
wordt overeengekomen dat de stad Deinze voor de omzet onderhevig aan 0% een prijssubsidie zal toekennen aan het Autonoom Gemeentebedrijf Stad Deinze en dit berekend op het verlenen van recht van toegang tot het museum Fonds De Smet. Dit prijssubsidiereglement legt de toekenning van deze prijssubsidie vast en geldt voor de periode vanaf 1 juli 2025 tot 31 december 2025. Het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze heeft haar inkomsten en uitgaven geraamd voor het kalenderjaar 2025 (zie bijlage). Op basis van deze ramingen heeft het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze vastgesteld dat voor het kalenderjaar 2025 de inkomsten voor het gehele autonoom gemeentebedrijf, minstens EUR 6.685.914 (exclusief btw) moeten bedragen om economisch rendabel te zijn. Naast de prijssubsidie onderhevig aan 0% btw, zal er tevens een prijssubsidie toegekend worden onderhevig aan 6% btw als aan 21% btw dit om economisch rendabel te zijn.
Wat betreft het gedeelte 0% wenst het Autonoom Gemeentebedrijf Stad Deinze vanaf 1 juli 2025 de huidige toegangsprijzen (exclusief btw) voor recht op toegang tot het museum Fonds De Smet te vermenigvuldigen met een factor 1,50. De eerder goedgekeurde factor 2,00 blijft van toepassing voor de periode 1 januari 2025 tot 30 juni 2025.
De stad Deinze erkent dat het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze, op basis van deze ramingen, de voorziene toegangsgelden (exclusief btw) voor recht op toegang tot het museum Fonds De Smet moet vermenigvuldigen met een factor 1,50 voor de periode 1 juli 2025 tot en met 31 december 2025 en met een factor 2,00 voor de periode 1 januari 2025 tot 30 juni 2025 om samen met de prijssubsidies onderhevig aan 6% en aan 21% economisch rendabel te zijn.
De Stad Deinze wenst de toegangsgelden te beperken opdat het museum Fonds De Smet toegankelijk zou zijn voor iedereen. De stad Deinze verbindt er zich toe om voor de periode vanaf 1 januari 2025 tot en met 31 december 2025 deze beperkte toegangsgelden te subsidiëren middels toekenning van prijssubsidies. De waarde van de prijssubsidie toegekend door de stad Deinze bedraagt de prijs (exclusief btw) die de bezoeker voor recht op toegang tot het museum Fonds De Smet betaalt vermenigvuldigd met een factor 2,00 voor de periode 01 januari 2025 tot 30 juni 2025 en met een factor 1,50 voor de periode 1 juli 2025 tot en met 31 december 2025.
Deze gesubsidieerde inkomgelden kunnen steeds geherevalueerd worden tijdens het kalenderjaar 2025 in het kader van een periodieke evaluatie van de exploitatieresultaten van het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze. In de mate er een prijssubsidieaanpassing noodzakelijk is, zal de stad Deinze deze steeds documenteren (aan de hand van een gemeenteraadsbeslissing).
Het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze moet op de 15e werkdag volgend op elke maand de stad Deinze een overzicht bezorgen van de bezoekers waaraan recht op toegang tot het zwembad Palaestra is verleend. Dit overzicht dient tevens het bedrag aan te betalen prijssubsidies te bevatten. De afrekening van deze prijssubsidie zal gebeuren middels de uitreiking van een debet nota die het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze uitreikt aan de stad Deinze. De stad Deinze dient deze debet nota te betalen aan het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze binnen de maand na ontvangst van het vermelde document.
Een nieuw prijssubsidiereglement geldig vanaf 1 januari 2026 zal worden onderhandeld tussen de stad Deinze en het Autonoom Gemeentebedrijf AGB Stad Deinze.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Bram Stroobandt (raadslid)
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 36.
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen.
Bestek.
De aankoop van een bandenkraan voor de Technische uitvoeringsdienst is gewenst. Deze kraan zal ingezet worden voor het onderhoud van grachten en diverse opdrachten binnen de ploeg gebouwen. De voorkeur gaat uit om een 2de hands model aan te kopen.
In het kader van de opdracht “Leveren 2de hands bandenkraan” werd een bestek met nr. 2025/1598 - TUD - opgesteld door de Aankoopdienst.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 154.050,00 euro excl. btw of 186.400,50 euro incl. 21% btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de openbare procedure.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2025 op budgetcode IP007/19006/39/230000/011903/19006/AP027 van Stad Deinze.
Gunstig visum 2025/134 van Sabine Vermeersch van 27 mei 2025
Artikel 1
Het bestek met nr. 2025/1598 - TUD - en de raming voor de opdracht “Leveren 2de hands bandenkraan”, opgesteld door de Aankoopdienst worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 154.050,00 euro excl. btw of 186.400,50 euro incl. 21% btw.
Artikel 2
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de openbare procedure.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 40 en 41, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad.
De wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen.
Het Bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het Decreet Lokaal Bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, meer bepaald artikelen 326 tot en met 341 betreffende het bestuurlijk toezicht.
De wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten en concessies, en latere wijzigingen.
De wet van 17 juni 2016 en latere wijzigingen inzake overheidsopdrachten, meer bepaald artikel 42, § 1, 1° a) (de goed te keuren uitgave excl. btw bereikt de drempel van 143.000,00 euro niet).
Het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten, en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, meer bepaald artikel 90, 1°.
Het bestek.
De technische dienst wenst een nieuwe veegmachine aan te kopen ter vervanging van het huidige exemplaar, dat dateert uit 2012. De veegmachine zal ingezet worden voor het opruimen van zwerfvuil op voetpaden, fietspaden, stadspleinen, parkeerplaatsen, speelpleinen, winkelstraten en andere openbare ruimtes in de stadskern.
In het kader van de opdracht “Aankoop van een 1m³ veegmachine in het kader van proper Deinze ” werd een bestek met nr. 2025/1535 - TUD - veegmachine opgesteld door de aankoopdienst.
De uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op 130.000 euro excl. btw of 157.300 euro incl. 21% btw.
Er wordt voorgesteld de opdracht te gunnen bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Verwijzend naar het CBS van 1/04/2025 waarin de lastvoorwaarden en gunningswijze reeds werden goedgekeurd. Aangezien de offertes uiteindelijk hoger lagen dan verwacht en de drempel van 125.000 euro excl. btw bereiken, dient dit ook nog langs de gemeenteraad te passeren conform het decreet lokaal bestuur. De plaatsingsprocedure wijzigt niet.
De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het investeringsbudget van 2025 op budgetcode IP007/19006/34/230000/011903/19006/AP027 van Stad Deinze.
Het tekort zal met een interne kredietaanpassing verplaatst worden van budgetcode IP007/19010/02/243000/011903/19010/AP027 naar budgetcode IP007/19006/34/230000/011903/19006/AP027 van Stad Deinze.
Gunstig visum 2025/135 van Sabine Vermeersch van 27 mei 2025
Artikel 1
Het bestek met nr. 2025/1535 - TUD - veegmachine en de raming voor de opdracht “Aankoop van een 1m³ veegmachine in het kader van proper Deinze”, opgesteld door de aankoopdienst worden goedgekeurd. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten voor aannemingen van werken, leveringen en diensten. De raming bedraagt 130.000 euro excl. btw of 157.300 euro incl. 21% btw.
Artikel 2
Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Ronny Vermeulen, Bram Stroobandt (raadsleden), Bart Van Thuyne (schepen), Peter Parmentier (raadslid), Sofie D'hondt (schepen)
Het Gecodificeerd Decreet Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
Het decreet betreffende de omgevingsvergunningen van 25 april 2014 en latere wijzigingen, artikel 31.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en later wijzigingen.
Het gemeentewegendecreet van 3 mei 2019.
Besluit van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Inplantingsplan bestaande toestand
Inplantingsplan nieuwe toestand
Rooilijnplan
Legende
Foto’s
a. Voorgaanden en situering van het dossier
Op datum van 25/02/2025 werd een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend voor het slopen van een zendmast, opslagloods en overige constructies, het bouwen van een nieuwe mast voor mobiele telefonie met bijhorende constructies, het bouwen van een commerciële ruimte met kantoor, het bouwen van een meergezinswoning met 2 kantoorruimtes, 45 woonentiteiten, ondergrondse parking , omgevingsaanleg en het exploiteren van warmtepompen.
De percelen van de aanvraag zijn gelegen in het woongebied volgens het gewestplan.
In het woongebied gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt: "De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving" (artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp gewestplannen en de gewestplannen).
De aanvraag voor het bouwen van een nieuwe mast voor mobiele telefonie met bijhorende constructies, het bouwen van een commerciële ruimte met kantoor, het bouwen van een meergezinswoning met 2 kantoorruimtes en 45 woonentiteiten met omgevingsaanleg is bijgevolg principieel in overeenstemming met de gewestplanbestemming.
De voorliggende aanvraag betreft een omgevingsvergunning voor uitvoering van werken in fases:
FASE 1 (AFBRAAK): de afbraak van de bestaande zendmast, opslagloods en overige constructies gelegen op de site; (PYLOON): de opbouw van een nieuwe mast/ zendinstallatie met bijhorende constructies;
FASE 2 (COMM): de nieuwbouw van een winkel van 600 m² onder een kantoor van 600 m², inclusief de bijhorende ruimtes en omgevingswerken;
FASE 3 (RES): de nieuwbouw van een residentieel complex met 2 werkunits (kantoren/diensten) en 45 woonunits, inclusief de bijhorende ruimtes, een ondergrondse parking en omgevingswerken.
De aanvraag is een stedelijke ontwikkeling in de stationsomgeving. De stationsomgeving heeft te weinig publiek groen. Met het masterplan van de stationsomgeving is er gezocht naar meer leefkwaliteit voor de stationsomgeving met meer publiek groen en de heraanleg van de bestaande straten naar leefstraten waarbij de principes van ontharden zullen toegepast worden.
Dergelijke ontwikkelingen zoals in deze aanvraag moeten een katalysator zijn om meer leefkwaliteit in de publieke ruimte te brengen. Vanuit de stad Deinze is het een voorwaarde om een publiek groen park te creëren in uitbreiding op het autovrije woonerf (de actuele Liefkemeirestraat) als een aantrekkelijk poortpark bij de inkom van het centrum die ook via de fietstunnel onder de spoorweg toegankelijk is. In de aanvraag wordt een nieuw rooilijnplan voorgesteld waarbij de realisatie van het publiek park mogelijk wordt.
Op de hoek van het residentieel gebouw wordt een commerciële of publieke functie voorzien. Hoeken zijn brandpunten in de buurt en deze functie draagt bij tot de sociale controle bij het parkje.
In het verlengde van de Ommegangstraat is er een groene doorsteek enkel voor zachte mobiliteit, voor fietsers, voetgangers en occasioneel de hulpdiensten. De doorwaadbaarheid van de site verbindt hierdoor de Ommegangstraat richting Volhardingslaan. De aanvraag bouwt hiermee verder een netwerk van paden en de doorwaadbaarheid van de stad uit. De aangepaste integratie van de zendmast zorgt ervoor dat de publieke ruimte kwalitatiever kan ingevuld worden.
Het project is fietsinclusief ontworpen. Er zijn verschillende fietsenbergingen op het gelijkvloers die direct aan de toegang voorzien zijn. Door de fietsenstallingen daar te voorzien is het gemakkelijker om te voet of met de fiets te gaan. Hierdoor wordt er verder ingezet op een modal shift.
Het gebouw aan de Volhardingslaan heeft geen verkeersgenererende functie. De oprit via de volhardingslaan is een bestaande oprit. Het is verkeerskundig niet aangewezen om extra verkeer via de Volhardingslaan aan te trekken.
Het verplaatsen van de pyloon en het creëren van meer publiek groen zijn een meerwaarde voor de stedelijke omgeving. De nieuwe locatie heeft minder ruimtelijke impact op de omgeving.
De kosteloze grondafstand binnen de rooilijn, inclusief de groenzone, is onderdeel van de omgevingsvergunning en de gemeenteraadsbeslissing.
De rooilijn beslaat alle voorziene wegenis en de groenzone zoals aangeduid op inplantingsplan.
Alle gronden gelegen binnen de rooilijn komen bij het openbaar domein.
Volgens artikel 12 § 2 Decreet gemeentewegen kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden.
Die mogelijkheid geldt volgens artikel 12 § 2 voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat. Een decretaal correct rooilijnplan werd aan de omgevingsvergunningsaanvraag toegevoegd en aan het openbaar onderzoek onderworpen.
b. Motivering vaststelling rooilijnplan en gedeeltelijke opheffing rooilijn Liefkemeirestraat
b.1. Motivering van de vaststelling van de rooilijn op basis van de artikels drie en vier van het Decreet gemeentewegen
Artikel 3
Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.
Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
Artikel 4
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
De wijziging van de rooilijn wordt hierna afdoende gemotiveerd (artikel 4, 2° Decreet gemeentewegen) vanuit het algemeen belang (artikel 4, 1° Decreet gemeentewegen).
De stad voert een geïntegreerd beleid met als doel de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren. Een gemeentelijk rooilijnplan is een grafisch verordenend plan waarbij de huidige en toekomstige grenzen van een of meer gemeentewegen worden bepaald. Het gemeentelijk rooilijnplan geeft een openbare bestemming aan de gronden die in de gemeenteweg opgenomen zijn of opgenomen zullen worden.
De wijziging van de rooilijn kadert in een betere aanleg van het fietspad en een groene openbare verblijfsplek in de stationsomgeving.
De Liefkemeirestraat is ten hoogte van het project een relatief smalle straat. De as Velostraat – Liefkemeirestraat – Antoon Van Paryspad is één van de belangrijkste fietstoegangspoorten tot het centrum van de stad vanuit Petegem (de grootste deelgemeente van Deinze) en de fietssnelweg F7.
Het mobiliteitsbeleid van de stad Deinze zet volop in op duurzame mobiliteit – het stimuleren van fietsen voor functionele verplaatsingen is één van de centrale pijlers van dit beleid. Vanuit dit oogpunt is het belangrijk om de fietsroutes zo veilig en rechtstreeks mogelijk te maken en om de fietser maximaal comfort en veiligheid te kunnen bieden.
De aanleg van een publiek parkje in de stationsomgeving zorgt ervoor dat fietsers (waaronder bijzonder veel schoolgaande jongeren) komende uit de Velostraat een directe, veilige route hebben richting centrum Deinze. Dit is het verder uitbouwen van een veilig wegennet voor fietsers en wandelaars op lokaal niveau. Het is tevens een opwaardering en verder uitbouwen van een fijnmazig netwerk van de trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak. De huidige Liefkemeirestraat is weinig kwalitatief.
Om de Liefkemeirestraat en Ommegangstraat in de toekomst te kunnen omvormen naar een aantrekkelijke, groene en verkeersveilige straat dient er bijkomende ruimte te worden gecreëerd (artikel 4, 5° Decreet gemeentewegen). Het bijgevoegd rooilijnplan voorziet - ter hoogte van het projectgebied – de nieuwe rooilijn die aansluit op de rooilijn van de Liefkemeirestraat en Ommegangstraat. De grond tussen de huidige en de nieuwe rooilijn, met een oppervlakte van 1094m2 (936+95+63), wordt kosteloos overgedragen aan de stad Deinze en zal worden opgenomen in het openbaar domein. Deze zone zal in de toekomst worden ingericht ter bevordering van de leefbaarheid en de verkeersveiligheid van de Liefkemeirestraat en Ommegangstraat (artikel 3,1° en 2° Decreet gemeentewegen en artikel 4, 1° Decreet gemeentewegen) als fietspad en groen aangelegd park.
De realisatie van een buurtpark kadert in het algemeen belang, namelijk de realisatie van recreatieve groene zones die de stedelijke belevingswaarde en leefbaarheid versterken.
Huidige aanvraag is gelegen op het grondgebied van de stad Deinze en de voorziene infrastructuur verbindt het project niet met andere gemeenten. Er is dus geen sprake van een gemeentegrensoverschrijdend perspectief (artikel 4, 4e Decreet gemeentewegen).
Deze groene verblijfszone en de buurtweg kaderen in de verdere uitwerking van het fijnmazig netwerk van de stad. (artikel 4, 3° Decreet gemeentewegen).
Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen. In casu worden de noden aan stedelijke wooninbreiding verzoend met de bevordering van de verkeersveiligheid voor zwakke weggebruikers in een centrum met hoge verkeersdensiteit en met de behoefte aan meer buurtgroen in de stedelijke kern.
Er wordt voldaan aan de principes van het gemeentewegendecreet.
b.2. Openbaar onderzoek
De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11-14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. De gewone procedure is van toepassing. Er werd een openbaar onderzoek gehouden met startdatum 4/03/2025 en einddatum 02/04/2025. Er werden geen bezwaarschriften ingediend.
c. Motivering voor het aanleggen van de gemeenteweg
c.1. Motivering van de wijziging van de gemeenteweg op basis van de artikels drie en vier van het Decreet gemeentewegen
Artikel 3:
Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen. Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
Artikel 4
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
Het aanleggen van de gemeenteweg wordt hierna afdoende gemotiveerd (artikel 4, 2° Decreet gemeentewegen) vanuit het algemeen belang (artikel 4, 1° Decreet gemeentewegen).
De stad voert een geïntegreerd beleid met als doel de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren. Een gemeentelijk rooilijnplan is een grafisch verordenend plan waarbij de huidige en toekomstige grenzen van een of meer gemeentewegen worden bepaald. Het gemeentelijk rooilijnplan geeft een openbare bestemming aan de gronden die in de gemeenteweg opgenomen zijn of opgenomen zullen worden.
De wijziging van de gemeenteweg, namelijk deze van Liefkemeirestraat, kadert in een betere aanleg van het fietspad en een groene openbare verblijfsplek in de stationsomgeving. De Liefkemeirestraat ter hoogte van het project is een relatief smalle straat. De as Velostraat – Liefkemeirestraat – Antoon Van Paryspad is één van de belangrijkste fietstoegangspoorten tot het centrum van de stad vanuit Petegem (de grootste deelgemeente van Deinze) en de fietssnelweg F7.
Het mobiliteitsbeleid van de stad Deinze zet volop in op duurzame mobiliteit – het stimuleren van fietsen voor functionele verplaatsingen is één van de centrale pijlers van dit beleid. Vanuit dit oogpunt is het belangrijk om de fietsroutes zo veilig en rechtstreeks mogelijk te maken en om de fietser maximaal comfort en veiligheid te kunnen bieden.
De heraanleg van de Liefkemeirestraat zorgt voor een directe, veilige route richting centrum Deinze. Dit is het verder uitbouwen van een veilig wegennet voor fietsers en wandelaars op lokaal niveau. Het is tevens een opwaardering en verder uitbouwen van een fijnmazig netwerk van de trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak. De huidige Liefkemeirestraat is weinig kwalitatief. De wijziging van de Liefkemeirestraat wordt hierna grondig gemotiveerd (artikel 4, Decreet gemeentewegen) vanuit het algemeen belang (artikel 4, 1°, 2° en 5° Decreet gemeentewegen).
Om de Liefkemeirestraat en Ommegangstraat in de toekomst te kunnen omvormen naar een aantrekkelijke, groene en verkeersveilige straat dient er bijkomende ruimte te worden gecreëerd (artikel 4, 5° Decreet gemeentewegen). Het bijgevoegd rooilijnplan voorziet - ter hoogte van het projectgebied – de nieuwe rooilijn die aansluit op de rooilijn van de Liefkemeirestraat en Ommegangstraat. De grond tussen de huidige en de nieuwe rooilijn, met een oppervlakte van 1094m2 (936+95+63), wordt kosteloos overgedragen aan de stad Deinze en zal worden opgenomen in het openbaar domein. Deze zone zal in de toekomst worden ingericht ter bevordering van de leefbaarheid en de verkeersveiligheid van de Liefkemeirestraat en Ommegangstraat (artikel 3,1° en 2° Decreet gemeentewegen en artikel 4, 1° Decreet gemeentewegen) als fietspad en groen aangelegd park.
Huidige aanvraag is gelegen op het grondgebied van de stad Deinze (deelgemeente Deinze). Er is dus geen sprake van een gemeentegrensoverschrijdend perspectief (artikel 4, 4e Decreet gemeentewegen)
Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.n casu worden de noden aan stedelijke wooninbreiding verzoend met de bevordering van de verkeersveiligheid voor zwakke weggebruikers in een centrum met hoge verkeersdensiteit en met de behoefte aan meer buurtgroen in de stedelijke kern.
Er wordt voldaan aan de principes van het gemeentewegendecreet.
c.2. Motivering aanleg nieuwe gemeenteweg op basis van artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet
Artikel 31 §1 Omgevingsvergunningsdecreet bepaalt het volgende: “Als de aanvraag (voor de omgevingsvergunning) de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.” In dit dossier dient de gemeenteraad zich uit te spreken.
“De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging (1.1.), de breedte (1. 2) en de uitrusting van de gemeenteweg (1.3.), en over de eventuele opname in het openbaar domein (1.4). Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt.”
De wijziging van de nieuwe gemeenteweg is gesitueerd in de Liefkemeirestraat ter hoogte van het project. De uitbreiding van het openbaar domein en de opname van een deel van de grond voor de heraanleg van de gemeenteweg Liefkemeirestraat. De gemeenteweg dient te worden uitgerust conform het typebestek 250 voor wegenbouw en conform de beeldkwaliteit in het stadscentrum van Deinze en het ontwerp van de stationsomgeving.
Volgens artikel 3.45, 1e lid Nieuw burgerlijk Wetboek behoren publieke goederen tot het privaat domein, behalve indien ze tot het openbaar domein zijn bestemd.
Volgens artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet spreekt de gemeenteraad zich uit over de eventuele opname van de gemeenteweg in het openbaar domein.
Aan uw raad wordt voorgesteld om de zone binnen de toekomstige grenzen van de nieuwe gemeenteweg te bestemmen tot het openbaar domein.
C.2. Openbaar onderzoek
De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11-14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. De gewone procedure is van toepassing. Er werd een openbaar onderzoek gehouden met startdatum 04/03/2025 en einddatum 02/04/2025. Er werd geen bezwaarschrift ingediend.
Artikel 1
Het rooilijnplan als bijlage bij dit gemeenteraadsbesluit wordt goedgekeurd en de zone binnen de toekomstige grenzen van de aan te leggen gemeenteweg wordt conform artikel 31 omgevingsvergunningsdecreet bestemd tot het openbaar domein.
Artikel 2
De wijziging van de gemeenteweg wordt, door uitbreiding van het openbaar domein ter realisatie van een buurtpark en de heraanleg van de Liefkemeirestraat conform het typebestek 250 voor wegenbouw, conform de beeldkwaliteit van de stadskernvernieuwing in het stadscentrum van Deinze en volgens het ontwerp van de stationsomgeving, goedgekeurd.
Artikel 3
Conform het rooilijnplan wordt de grond kosteloos overgedragen aan de stad Deinze als last bij de omgevingsvergunning. Deze grond wordt deze bestemd tot het openbaar domein.
Artikel 4
De vergunningverlenende overheid en het Departement Omgeving krijgen een kopie van deze beslissing.
Artikel 5
De kosten voor het verlijden van de notariële akte met betrekking tot de kosteloze grondafstand zijn volledig ten laste van de aanvrager
Artikel 6
De beslissing van de gemeenteraad wordt integraal opgenomen in het besluit van de vergunningverlenende overheid voor de omgevingsvergunningsaanvraag.
Artikel 7
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het Gecodificeerd Decreet Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
Het decreet betreffende de omgevingsvergunningen van 25 april 2014 en latere wijzigingen, artikel 31.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en later wijzigingen.
Het gemeentewegendecreet van 3 mei 2019.
Besluit van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Verkavelingsplan bestaande toestand
Verkavelingsplan nieuwe toestand
Rooilijnplan
Belofte van grondafstand
Beplantingsplan
Wegenisplan
Motivatienota
Legende
Foto’s
bezwaren
overeenkomst Aquafin
a. Voorgaanden en situering van het dossier
Op datum van 16/12/2024 werd een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend voor het verkavelen van een grond in 14 loten met wegenisaanleg en de goedkeuring van een rooilijn. De verkaveling is gelegen tussen de Graaf van Hoornestraat, Wallenbulk, Marie Comparéstraat en het Stelplaatspad.
De percelen zijn gelegen in het woongebied volgens het gewestplan. In het woongebied gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt: De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp gewestplannen en de gewestplannen). De aanvraag voor het verkavelen van de grond voor 14 loten in open, halfopen en gesloten bebouwing en het bijkomend aanleggen van wegenisinfrastructuur is bijgevolg principieel in overeenstemming met de gewestplanbestemming.
Het ontwerp kwam in samenspraak met het stadsbestuur van Deinze als uitwerking van een projectzone van de Conceptstudie dorpskern Nevele waarin de duurzame dorpskernvernieuwing het uitgangspunt vormt. In deze conceptstudie werd de leegstaande site opgenomen als te herwaarderen en herontwikkelen gebied. Naast een invulling voor de gebouwen met erfgoedwaarde werd eveneens opgelegd een deel als groene ruimte te herstellen met het Poekebeekpad als drager. Deze globale visie (conceptstudie Nevele) stelt dat de Poekebeek de drager is voor een publiek parkstructuur en de ruggengraat van een vertakt netwerk van zachte verbindingen.
Het project 'Poekebeekpad' brengt waterhuishouding en beleving samen, door beekkamers en trage verbindingen te voorzien. Dit project takt aan het project van het Poekebeekpad, maakt deel uit van de herwaardering van de Poekebeek en creëert een nieuwe, verrassende en frisse groene long voor Nevele.
De site is de oude stelplaats van De Lijn te Nevele. Momenteel is nog een oude wachterswoning aanwezig evenals de oude werkplaats van De Lijn. De wachterswoning is een woning van bij het buurtspoorwegstation van circa 1911-1912 op de lijn Gent Rabot-Nevele-Ruiselede van de buurtspoorweg, daterend van 1907. Het is een typisch bakstenen breedhuis met dubbelhuisopstand van drie traveeën en twee bouwlagen onder zadeldak. Deze woning blijft in het ontwerp behouden. Ook staan er nog gebouwen op de site die door De Lijn tot 2012 gebruikt werden. Rechts achter de te behouden wachterswoning wordt een gebouw gesloopt met een oppervlakte van +/- 120m². De achterste loods blijft ook behouden in het verkavelingsontwerp en zal omgevormd worden tot maximaal 10 woongelegenheden. Een gedeelte van dit gebouw wordt eveneens gesloopt aan de zuidoostelijke zijde met een oppervlakte van +/- 400m². Deze bestaande gebouwen zijn door hun architecturale kwaliteiten en historische waarde van beeldbepalend belang en mogen niet afgebroken worden. De gebouwen krijgen een nieuwe bestemming zijnde wonen.
De site is momenteel hoofdzakelijk verhard, doch zijn er eveneens bomen aanwezig die zoveel als mogelijk behouden blijven in het ontwerp. In het ontwerp wordt ingezet op ontharding van de site. Aan de kant van Wallenbulk ligt een braakliggend perceel dat mee opgenomen wordt in deze aanvraag. Dit betreft een onbebouwd lot uit een verkaveling goedgekeurd op 08/11/1999. Vanuit hier wordt er ook een doorsteek voorzien naar het parkje. Ter hoogte van de Graaf Van Hoornestraat 13 wordt interne wegenis voorzien voor de bereikbaarheid van de loten. Deze wegenis voorziet toegang tot de woongelegenheden van de verkaveling. Deze wegenis wordt niet voorzien als doorgaand verkeer voor wagens. Voor fietsers en voetgangers zijn er doorsteken naar het park, Poekebeekpad, Wallenbulk, De Marie Comparéstraat en het Stelplaatspad.
In totaal worden 14 loten voorzien, waarvan 6 loten in gesloten bebouwing, 3 loten in open bebouwing, 4 loten voor halfopen bebouwing en lot 14 (bestaande stelplaats) bestemd voor 10 woonentiteiten binnen de bestaande gebouwen van de stelplaats. In totaal kunnen er 23 nieuwe woonentiteiten komen op de site. Op lot 1 wordt de oude wachterswoning behouden. Ook worden de bomen ter hoogte van de parkzone en op de loten behouden waar mogelijk.
Er is geopteerd voor een ontwerp met een centrale parkzone die aansluit aan de zone van de Poekebeek waarop verschillende woonerven uitgeven. De centrale parkzone is niet toegankelijk voor gemotoriseerd verkeer. Er wordt een woonerf gecreëerd dat aantakt op de Graaf van Hoornestraat. Hier worden 8 woningen voorzien waarvan 5 loten ontsluiten via de nieuwe wegenis en 3 loten (loten 2, 3 en 4) rechtstreeks aan de Graaf van Hoornestraat ontsluiten. Om het autoluw karakter van het woonerf te benadrukken wordt de auto maar toegelaten tot aan de parkeerhaven. Voor de loten 7 en 8 wordt een carport voorzien t.h.v. de parkeerhaven. In deze zone wordt de elektriciteitscabine achteraan lot 3 ingeplant, palend aan het openbaar domein. Zodoende wordt de cabine uit het zicht van het woonerf getrokken. Na de parkeerhaven gaat de weg over in een pad dat uitgeeft op het centrale park. Aan de Wallenbulk wordt eveneens een woonerf gecreëerd waarop 5 woningen geënt worden. Deze woningen krijgen elke een carport op eigen terrein. Ook hier gaat de weg over in een pad dat uitgeeft op het centrale park.
De woongelegenheden in de oude loods worden ontsloten via de Marie Comparéstraat en het bestaande Stelplaatspad. De parkeerzone voor deze woningen worden in de bestaande gebouwen voorzien. Er is ook nog een zone voorzien voor bezoekersparking. Centraal wordt een parkzone voorzien met een oppervlakte van +/- 2400 m² waarin we een intensievere groenzone (ten noorden van het pad) en een extensievere groenzone (ten zuiden van het pad) voorzien. De groenzone zal een glooiing bevatten waar het water van de gehele site zal worden opgevangen. Door met verschillende hoogtes te werken zal bij kleine buien maar een zeer beperkte zone tijdelijk waterhoudend zijn. Bij zeer hevige regenval kan dan iets meer groenzone tijdelijk als infiltratiezone dienen. Zo worden twee functies optimaal gecombineerd en kan al het regenwater ter plaatse infiltreren.
Binnen de verkaveling wordt er gekozen voor materialisatie conform andere verkavelingen in Deinze. De wegenis wordt voorzien in uitgewassen beton gecombineerd met waterdoorlatende straatstenen met een variërende breedte tussen 6,50m en 4m met een plaatselijke verbreding ter hoogte van de Graaf van Hoornestraat. De wegenis in het verlengde van de Wallenbulk wordt voorzien in betonklinkers met een breedt van 4 meter.
Ter hoogte van de parkzone wordt een pad voorzien in uitgewassen beton met een breedte van 2m aangevuld met een strook van 2m grindgazon. Deze weg kan gebruikt worden als brandweerweg. Aan de zuidzijde en de westzijde van lot 14 wordt een pad voorzien in uitgewassen beton met een breedte van 1,5m.
In de verkaveling zal er een gescheiden rioleringsstelsel aangelegd worden. Het hemelwater wordt afgevoerd naar de wadi. Het hemelwater zal binnen de verkaveling blijven om er ter plaatse te infiltreren. Alle loten zullen met het vuil water aansluiten op de nieuwe afvalwaterriolering; deze zal aansluiten op de gemengde riolering ter hoogte van Wallenbulk en de Graaf van Hoornestraat. Het vuilwater van lot 14 wordt afgevoerd via een collector langs het Poekebeekpad.
Er wordt geopteerd om het gebied zo autoluw als mogelijk te maken door de inrichting als woonerf met een mix aan gemotoriseerd en traag verkeer. Het traag verkeer (fietsers en voetgangers) kan ook langs het Poekebeekpad met doorsteken naar Wallenbulk, het Stelplaatspad en de Marie Comparéstraat.
De werken worden uitgevoerd met hedendaagse en duurzame materialen, waardoor een hoge kwaliteit van het toekomstig openbaar domein wordt nagestreefd en gerealiseerd. De interne wegenis behoort in de toekomst tot het openbaar domein en is kosteloos over te dragen. Hierin kunnen alle werken van algemeen nut voorzien worden, naast de nodige nutsvoorzieningen en toegangen tot de aanpalende percelen. De kosteloze grondafstand van de grond binnen de rooilijn, inclusief de groenzone is onderdeel van de Omgevingsvergunning en de gemeenteraadbeslissing.
De rooilijn beslaat alle voorziene wegenis en de groenzone zoals aangeduid op het inplantingsplan. Alle gronden gelegen binnen de rooilijn komen bij het openbaar domein.
Volgens artikel 12 § 2 Decreet gemeentewegen kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 over de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden.
Die mogelijkheid geldt volgens artikel 12 § 2 voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat. Een decretaal correct rooilijnplan werd aan de omgevingsvergunningsaanvraag toegevoegd en aan het openbaar onderzoek onderworpen.
b. Motivering vaststelling rooilijnplan
b.1. Motivering van de vaststelling van de rooilijn op basis van de artikels drie en vier van het Decreet gemeentewegen
Artikel 3
Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.
Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
1. de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau
2. de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.
Artikel 4
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
1. wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang
2. een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd
3. de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen
4. wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief
5. bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
De wijziging van de rooilijn wordt hierna afdoende gemotiveerd (artikel 4, 2° Decreet gemeentewegen) vanuit het algemeen belang (artikel 4, 1° Decreet gemeentewegen).
De omgeving betreft een woonwijk met in hoofdzaak woningen in open bebouwing met ruime tuinen ten westen van de site en een woonzorgcentrum Ter Leenen. Anderzijds bevinden er zich ook enkele woningen in open en halfopen bebouwing ter hoogte van de Graaf van Hoornestraat. Ten oosten bevindt zich een park langs de Poekebeek. De doorsteek voor fietsers en voetgangers tussen de Graaf van Hoornestraat, Wallenbulk, de Marie Comparéstraat, het Stelplaatspad en het Poekebeekpad past in de visie van de stad Deinze waarbij er een fijnmazig fiets- en voetgangersnetwerk ontstaat in de dorpskern van Nevele.
Deze verbinding is zowel recreatief als functioneel en zal ook veel gebruikt worden door schoolgaande jeugd. De rooilijn wordt voorzien in functie van de voorziene bebouwing binnen de verkaveling. Ze bakent het openbaar domein af van het privatieve domein.
De groene zone maakt eveneens deel uit van het openbaar domein en bevindt zich binnen de voorziene rooilijn. Deze zone zal ingericht worden als buurtpark. Dit kadert in het algemeen belang waarbij de stad verder inzet op publieke groene zones die recreatief kunnen gebruikt worden en waarbij de belevingswaarde van de woonkern Nevele wordt versterkt. Deze groene verblijfszone en de buurtweg kaderen in de verdere uitwerking van het fijnmazig netwerk van de woonkern Nevele. (Artikel 4, 3° Decreet gemeentewegen). Huidige aanvraag is gelegen op het grondgebied van Deinze (deelgemeente Nevele). Er is dus geen sprake van een gemeentegrensoverschrijdend perspectief (artikel 4, 4e Decreet gemeentewegen)
Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
Er wordt voldaan aan de principes van het gemeentewegendecreet.
b.2. Openbaar onderzoek
De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11-14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. De gewone procedure is van toepassing.
Er werd een openbaar onderzoek gehouden met startdatum 25/02/2025 en einddatum 26/03/2025. Na een gewijzigde projectinhoud werd een tweede openbaar onderzoek gehouden met startdatum 29/04/2025 en einddatum 28/05/2025.
Er werden 5 bezwaarschriften ingediend tijdens het eerste openbaar onderzoek.
Er werden 3 bezwaarschriften ingediend tijdens het tweede openbaar onderzoek.
De bezwaren hebben geen betrekking op het voorziene rooilijnplan.
De gemeenteraad behandelt enkel de bezwaren voor zover zij betrekking hebben op het rooilijnplan. De betreffende bezwaarschriften bevatten geen opmerkingen of bezwaren met betrekking tot het rooilijnplan.
c. Motivering voor het aanleggen van de gemeenteweg
c.1. Motivering van de wijziging van de gemeenteweg op basis van de artikels drie en vier van het Decreet gemeentewegen
De aanleg van de nieuwe gemeenteweg behelst een toegangsweg tot woningen binnen een nieuwe verkaveling. De verkaveling is gelegen tussen de Graaf van Hoornestraat, Wallenbulk, Marie Comparéstraat en het Stelplaatspad.
Het ontwerp kwam in samenspraak met het stadsbestuur van Deinze als uitwerking van een projectzone van de Conceptstudie dorpskern Nevele waarin de duurzame dorpskernvernieuwing het uitgangspunt vormt. In deze conceptstudie werd de leegstaande site opgenomen als te herwaarderen en her ontwikkelen gebied. Naast een invulling voor de gebouwen met erfgoedwaarde werd eveneens opgelegd een deel als groene ruimte te herstellen met het Poekebeekpad als drager.
Artikel 3:
Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen. Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
1. de uitbouw van een veilig wegennet op lokaal niveau
2. de herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.
Artikel 4
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
1. wijzigingen van het gemeentelijk wegennet staan steeds ten dienste van het algemeen belang
2. een wijziging, verplaatsing of afschaffing van een gemeenteweg is een uitzonderingsmaatregel die afdoende wordt gemotiveerd
3. de verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen
4. wijzigingen aan het wegennet worden zo nodig beoordeeld in een gemeentegrensoverschrijdend perspectief
5. bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
Het aanleggen van de gemeenteweg wordt hierna afdoende gemotiveerd (artikel 4, 2° Decreet gemeentewegen) vanuit het algemeen belang (artikel 4, 1° Decreet gemeentewegen). De stad voert een geïntegreerd beleid met als doel de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren. Een gemeentelijk rooilijnplan is een grafisch verordenend plan waarbij de huidige en toekomstige grenzen van een of meer gemeentewegen worden bepaald. Het gemeentelijk rooilijnplan geeft een openbare bestemming aan de gronden die in de gemeenteweg opgenomen zijn of opgenomen zullen worden.
De nieuwe weg in de verkaveling verschaft toegang tot de nieuwgevormde loten.
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
De verkeersveiligheid en de ontsluiting van aangrenzende percelen worden steeds in acht genomen.
De herwaardering en bescherming van een fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.
Ter hoogte van de Graaf Van Hoornestraat 13 wordt interne wegenis als woonerf ingericht. Deze wegenis voorziet toegang tot de woongelegenheden van de verkaveling. In het verlengde van de Wallenbulk wordt nieuwe wegenis voorzien voor de loten voor wonen.
Er wordt geen doorgaand autoverkeer voorzien. Voor fietsers en voetgangers zijn er doorsteken richting het park, het Poekebeekpad, Wallenbulk, De Marie Comparéstraat en het Stelplaatspad.
Deze groene zone en de doorsteek voor voetgangers en fietsers kaderen in de verdere uitwerking van het fijnmazig netwerk van de stad voor zacht verkeer. (Artikel 4, 3° Decreet gemeentewegen).
Huidige aanvraag is gelegen op het grondgebied van de stad Deinze (deelgemeente Nevele). Er is dus geen sprake van een gemeentegrensoverschrijdend perspectief (artikel 4, 4e Decreet gemeentewegen)
Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
Er wordt voldaan aan de principes van het gemeentewegendecreet.
c.2. Motivering aanleg nieuwe gemeenteweg op basis van artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet
Artikel 31 §1 Omgevingsvergunningsdecreet bepaalt het volgende: “Als de aanvraag (voor de omgevingsvergunning) de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.” In dit dossier dient de gemeenteraad zich uit te spreken.
“De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging (1.1.), de breedte (1. 2) en de uitrusting van de gemeenteweg (1.3.), en over de eventuele opname in het openbaar domein (1.4). Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt.”
1.1. DE LIGGING
1.1.1. De planologische ligging
De aanvraag is volgens het gewestplan gelegen in woongebied
“De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.”
1.1.2. De ligging ten opzichte van de rooilijnplannen
De nieuwe rooilijn, voorwerp gemeenteraadsbeslissing van huidige zitting, is voorzien op een variabele breedte zoals voorzien op het plan in bijlage. De nieuwe rooilijn sluit aan op de Graaf van Hoornestraat, de Marie Comparéstraat, Wallenbulk en Stelplaatspad
1.1.3. Motivatie voor deze ligging
Deze ligging wordt bepaald door de positionering van de voorziene kavels, de oriëntering, en het behoud van de groene zone met ruimte voor infiltratie van hemelwater. De grote meerwaarde is voor de stad om dit binnengebied te ontwikkelen voor wonen, meer toegankelijk te maken en op te nemen in het fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak. De kosteloze grondafstand en aanleg zijn onderdeel van de omgevingsvergunningsaanvraag en het gemeenteraadbesluit waarbij deze zone wordt opgenomen in het openbaar domein zoals aangegeven in het gewijzigd rooilijnplan. Dit kadert binnen een projectmatige ontwikkeling in de woonkern van Nevele waarbij bovenstaande ambities worden mee opgenomen in een private ontwikkeling. De aanvraag voorziet een kwalitatieve woonontwikkeling met eveneens een ruime onbebouwde zone met groen en ruimte voor waterretentie en -infiltratie.
1.2. DE BREEDTE
1.2.1. De breedte
De wegenis wordt voorzien in uitgewassen beton gecombineerd met waterdoorlatende straatstenen met een variërende breedte tussen 6,50m en 4m met een plaatselijke verbreding ter hoogte van de Graaf van Hoornestraat. Ter hoogte van de parkzone wordt een pad voorzien in uitgewassen beton met een breedte van 2m aangevuld met een strook van 2m grindgazon. Deze weg kan gebruikt worden als brandweerweg. Aan de zuidzijde en de westzijde van lot 14 wordt een pad voorzien in uitgewassen beton met een breedte van 1,5m. De wegenis in het verlengde van de Wallenbulk wordt voorzien in betonklinkers met een breedt van 4 meter.
1.2.2. Motivatie breedte
De voorziene breedte kadert in de huidige tendensen waarbij de breedte van wegenis beperkt blijft. Hierdoor blijft de onverharde groene ruimte zoveel mogelijk behouden. Dit biedt voordelen voor de infiltratie van hemelwater op natuurlijke wijze. Daarnaast wordt deze onverharde ruimte op een ecologisch verantwoorde manier ingericht met gras, kruidachtige, vaste planten, struiken en bomen. De kosteloze grondafstand en aanleg zijn onderdeel van de omgevingsvergunningsaanvraag en het gemeenteraad besluit waarbij deze zone wordt opgenomen in het openbaar domein zoals aangegeven in het gewijzigd rooilijnplan.
1.3. DE UITRUSTING
De wegenis wordt voorzien in uitgewassen beton gecombineerd met waterdoorlatende straatstenen met een variërende breedte tussen 6,50m en 4m met een plaatselijke verbreding ter hoogte van de Graaf van Hoornestraat. Ter hoogte van de parkzone wordt een pad voorzien in uitgewassen beton met een breedte van 2m aangevuld met een strook van 2m grindgazon. Deze weg kan gebruikt worden als brandweerweg. Aan de zuidzijde en de westzijde van lot 14 wordt een pad voorzien in uitgewassen beton met een breedte van 1,5m. De wegenis in het verlengde van de Wallenbulk wordt voorzien in betonklinkers met een breedt van 4 meter.
1.4. OPENBAAR DOMEIN
Volgens artikel 3.45, 1e lid Nieuw burgerlijk Wetboek behoren publieke goederen tot het privaat domein, behalve als ze tot het openbaar domein zijn bestemd.
Volgens artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet spreekt de gemeenteraad zich uit over de eventuele opname van de gemeenteweg in het openbaar domein.
Aan uw raad wordt voorgesteld om de zone binnen de toekomstige grenzen van de nieuwe gemeenteweg te bestemmen tot het openbaar domein.
c.3. Openbaar onderzoek
De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11-14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. De gewone procedure is van toepassing. Er werd een openbaar onderzoek gehouden met startdatum 25/02/2025 en einddatum 26/03/2025. Na een gewijzigde projectinhoud werd een tweede openbaar onderzoek gehouden met startdatum 29/04/2025 en einddatum 28/05/2025.
Er werden 5 bezwaarschriften ingediend tijdens het eerste openbaar onderzoek.
Er werden 3 bezwaarschriften ingediend tijdens het tweede openbaar onderzoek.
De bezwaren met betrekking tot de rooilijn en de wegenis worden door de gemeenteraad behandeld.
Hierna de elementen met betrekking tot de wegenis.
De eigenaar van het links aanpalend perceel, Aquafin, wil steeds een erfdienstbaarheid van doorgang over het belendend perceel. Op het perceel ligt een ondergronds pompstation. Dit pompstation dient te allen tijde per wagen bereikbaar te zijn.
Een omliggende bewoner merkt op dat het bestaande Stelplaatspad en de Marie Comparéstraat aangepast dient te worden inzake signalisatie, wegmarkeringen en weginfrastructuur.
Bijkomende parkeerdruk aan de Marie Comparéstraat zal toenemen door het project.
Daarnaast zal de verkeersdruk aan het Stelplaatspad toenemen en de veiligheid van wandelaars en fietsers afnemen.
Op 10/07/2024 werd een overeenkomst opgemaakt met Aquafin betreffende de doorgang en ondergrondse erfdienstbaarheid. Hierin worden alle modaliteiten beschreven. zie bijlage
Het ontwerp voorziet een aanpassing van de breedte van het pad ter hoogte van lot 14 naar 4m om het voorziene verkeer op te vangen.
In alle redelijkheid is het aantal voertuigbewegingen beperkt tot bewoners, bezoekers, huisvuilophaling en desgevallend hulpdiensten.
Voor lot 14 worden er maximaal 10 woonentiteiten voorzien in het bestaande gebouw waarbij er een gedeelte van de bestaande stelplaats ingericht zal worden als garage. Er wordt per woonentiteit een garage voorzien, volgens de stedenbouwkundige verordening Deinze.
Er kan gesteld worden dat dit voldoende is om het bijkomende verkeer op een veilige manier op te vangen. Dit zal in alle redelijkheid niet leiden tot onveilige situaties.
In verband met de mogelijke parkeerdruk ter hoogte van de Marie Comparéstraat kan gesteld worden dat er dient voldaan te worden aan de verordening Deinze.
Hierbij dienen er per schijf van 6 woningen minstens 1 bezoekersparking voorzien te worden.
Op het verkavelingsplan is ter hoogte van lot 14 een zone voorzien met dubbele arcering. Deze zone dient ingericht te worden met 3 parkeerplaatsen voor bezoekers. Dit wordt opgelegd als last bij de vergunning en wordt mee opgenomen in het gemeenteraadsbesluit.
Er kan gesteld worden dat de bezwaren met betrekking tot de gemeenteweg beschouwd kunnen worden als ontvankelijk doch ongegrond op voorwaarde dat er 3 bezoekersparkeerplaatsen voorzien worden ter hoogte van de gearceerde zone aan lot 14.
Artikel 1
Het rooilijnplan wordt goedgekeurd en de zone binnen de toekomstige grenzen van de aan te leggen gemeenteweg worden conform artikel 31 omgevingsvergunningsdecreet bestemd tot het openbaar domein.
Artikel 2
De aanleg en uitrusting van de gemeenteweg wordt goedgekeurd.
Artikel 3
De gemeenteraad neemt akte van de bezwaren met betrekking tot de rooilijn en de wegenis.
De bezwaren met betrekking tot de rooilijn en de gemeenteweg worden beschouwd als ontvankelijk doch ongegrond op voorwaarde dat er op lot 14 3 openbare bezoekersparkeerplaatsen dienen aangelegd te worden ter hoogte van de dubbel gearceerde zone op het verkavelingsplan.
Artikel 4
De vergunningverlenende overheid en het Departement Omgeving krijgen een kopie van deze beslissing.
Artikel 5
De kosten voor het verlijden van de notariële akte met betrekking tot de kosteloze grondafstand en de erfdienstbaarheid zijn volledig ten laste van de aanvrager.
Artikel 6
De beslissing van de gemeenteraad wordt integraal opgenomen in het besluit van burgemeester en schepenen inzake de omgevingsvergunningsaanvraag.
Artikel 7
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het Gecodificeerd Decreet Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO) van 15 mei 2009.
Het decreet betreffende de omgevingsvergunningen van 25 april 2014 en latere wijzigingen, artikel 31.
Het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en later wijzigingen.
Het gemeentewegendecreet van 3 mei 2019.
Besluit van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de handelingen in de zin van artikel 4.1.1, 5°, artikel 4.4.7, § 2, en artikel 4.7.1, § 2, tweede lid, van de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening.
Verkavelingsplan bestaande toestand
Verkavelingsplan nieuwe toestand
Rooilijnplan
Beplantingsplan
Wegenisplan
Legende
Foto’s
bezwaren
a. Voorgaanden en situering van het dossier
Op datum van 29/11/2024 werd een omgevingsvergunningsaanvraag ingediend voor het verkavelen van een grond in 15 loten met wegenisaanleg en de goedkeuring van een rooilijn.
Ter hoogte van de bestaande wegenis aan de Herman Lovelingstraat worden 3 loten voorzien voor geschakelde bebouwing. Rechts van deze bebouwing wordt wegenis voorzien die de achtergelegen gronden bereikbaar maakt.
Een groot gedeelte van de achtergelegen zone is gelegen in overstromingsgevoelig gebied volgens de meest recente kaarten van de VMM. Deze zone met een oppervlakte van 4211m² wordt niet ontwikkeld en wordt ingericht als groenzone en retentie- en infiltratieruimte voor water.
De percelen zijn gelegen in het woongebied volgens het gewestplan.
In het woongebied gelden de stedenbouwkundige voorschriften van art. 5.1.0. van het koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen. Deze voorschriften luiden als volgt: De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving (artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting en de toepassing van de ontwerp gewestplannen en de gewestplannen).
De aanvraag voor het verkavelen van de grond voor 15 loten voor grondgebonden woningen in open, half open en gesloten bebouwing en het bijkomend aanleggen van wegenisinfrastructuur is bijgevolg principieel in overeenstemming met de gewestplanbestemming.
In de verkaveling zal er een gescheiden rioleringsstelsel aangelegd worden.
Alle loten zullen met het vuil water aansluiten op de nieuwe afvalwaterriolering; deze zal aansluiten op de gemengde riolering in de Ijsbeerlaan.
Het hemelwater zal binnen de verkaveling blijven om er ter plaatse te infiltreren.
De aanvraag is gelegen aan de Herman Lovelingstraat (gemeenteweg). Het goed van de aanvraag is op heden bebouwd met één woning in half open bebouwing. Deze woning wordt gesloopt. Het goed is omgeven door woningen in open en gesloten bebouwing met tuinen enerzijds en een school anderzijds.
De aanvraag beoogt het verkavelen van de gronden door de opsplitsing van de percelen in 15 loten met bijhorende wegenis, waarvan 11 loten voor half open bebouwing en 4 loten voor gesloten bebouwing.
Tussen lot 8 en de loten 9 tot en met 11 worden parkeerplaatsen voorzien.
De rijbaan wordt voorzien op een breedte van 4 m voorzien in een karrespoor in uitgewassen beton met een breedte van elk 1,40m. Tussenin wordt een zone van 1,20m voorzien in betonsgrasdallen.
Rechts of links worden stroken voorzien in grasdallen met een breedte van 60 cm.
Er worden 4 parkeerplaatsen voorzien voor bezoekers, uitgevoerd in betongrasdallen.
Loten 9 tot en met 15 zijn toegankelijk via een pad in uitgewassen beton met een breedte van 2m en een toegangspad naar de kavel in waterdoorlatende betonstraatsteen.
Binnen de verkaveling wordt dan gekozen voor materialisatie cfr andere verkavelingen in Deinze.
Er wordt geopteerd om het gebied zo autoluw als mogelijk te maken door de inrichting als woonerf met een mix aan gemotoriseerd en traag verkeer. Er wordt geen doorgaand verkeer voorzien.
Vanaf de Herman Lovelingstraat wordt voor het traag verkeer ( fietsers en voetgangers) een doorsteek voorzien naar de Ijsbeerlaan met een breedte van 2m. De aansluiting naar de Ijsbeerlaan wordt enkel toegankelijk voor fietsers en voetgangers.
Tussen de Ijsbeerlaan en de loten 14, 15 en 9 tot en met 11 wordt een kwalitatieve groene ruimte ingericht. Er wordt aanplant voorzien van vaste planten, kruidachtigen, struiken en bomen. Er worden reliëfverschillen voorzien met 3 taluds. Het overstromingsgevoelig gedeelte van het terrein wordt uitgebreid. Er is ruimte voor retentie- en infiltratie van hemelwater.
De werken worden uitgevoerd met hedendaagse en duurzame materialen, waardoor een hoge kwaliteit van het toekomstig openbaar domein wordt nagestreefd en gerealiseerd.
De interne wegenis behoort in de toekomst tot het openbaar domein en is kosteloos over te dragen. Hierin kunnen alle werken van algemeen nut voorzien worden, naast de nodige nutsvoorzieningen en toegangen tot de aanpalende percelen.
Ter hoogte van de Ijsbeerlaan en de Herman Lovelingstraat wordt de rooilijn beperkt opgeheven. Dit in kader van een beperkte verbreding van de Herman Lovelingstraat ter hoogte van de loten 1 tot en met 3. De rooilijn wordt hier verbreed met 1,85m. Ter hoogte van de Ijsbeerlaan betreft de opheffing de toegang tot de verkaveling, over een breedte van 8,75m.
De kosteloze grondafstand van de grond binnen de rooilijn, inclusief de groenzone is onderdeel van de omgevingsvergunning en de gemeenteraadbeslissing.
De rooilijn beslaat alle voorziene wegens en de groenzone zoals aangeduid op inplantingsplan.
Alle gronden gelegen binnen de rooilijn komen bij het openbaar domein.
Volgens artikel 12 § 2 Decreet gemeentewegen kan de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg met overeenkomstige toepassing van artikel 31 van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning opgenomen worden in een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden, voor zover die wijziging past in het kader van de realisatie van de bestemming van de gronden.
Die mogelijkheid geldt volgens artikel 12 § 2 voor zover het aanvraagdossier een ontwerp van rooilijnplan bevat dat voldoet aan de bij en krachtens dit decreet gestelde eisen op het vlak van de vorm en inhoud van gemeentelijke rooilijnplannen of voor zover het een grafisch plan met aanduiding van de op te heffen rooilijn bevat. Een decretaal correct rooilijnplan werd aan de omgevingsvergunningsaanvraag toegevoegd en aan het openbaar onderzoek onderworpen.
b. Motivering vaststelling rooilijnplan en gedeeltelijke opheffing rooilijn Herman Lovelingstraat en Ijsbeerlaan
b.1. Motivering van de vaststelling van de rooilijn op basis van de artikels drie en vier van het Decreet gemeentewegen
Artikel 3
Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen.
Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
Artikel 4
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
De wijziging van de rooilijn wordt hierna afdoende gemotiveerd (artikel 4, 2° Decreet gemeentewegen) vanuit het algemeen belang (artikel 4, 1° Decreet gemeentewegen).
De omgeving betreft een woonwijk met in hoofdzaak woningen in open bebouwing met ruime tuinen. Anderzijds bevinden er zich ook enkele woningen in half open bebouwing of geschakelde bebouwing ten zuiden van het goed.
De uitbreiding van het wegennet is ten behoeve van de ontwikkeling van een binnengebied voor wonen.
De doorsteek voor fietsers en voetgangers tussen de Herman Lovelingstraat en de Ijsbeerlaan past in de visie van de stad Deinze waarbij er een fijnmazig fiets- en voetgangersnetwerk ontstaat in de dorpskern van Nevele.
Deze verbinding zal ook gebruikt kunnen worden door schoolgaande jeugd.
De rooilijn wordt voorzien in functie van de voorziene bebouwing binnen de verkaveling. Ze bakent het openbaar domein af van het privatieve domein.
De groene zone maakt eveneens deel uit van het openbaar domein en bevindt zich binnen de voorziene rooilijn.
Deze zone zal ingericht worden als buurtpark. Dit kadert in het algemeen belang waarbij de stad verder inzet op publieke groene zones die recreatief kunnen gebruikt worden en waarbij de belevingswaarde van de woonkern Nevele wordt versterkt.
Deze groene verblijfszone en de buurtweg kaderen in de verdere uitwerking van het fijnmazig netwerk van de woonkern Nevele. (artikel 4, 3° Decreet gemeentewegen).
Huidige aanvraag is gelegen op het grondgebied van Deinze (deelgemeente Nevele). Er is dus geen sprake van een gemeentegrensoverschrijdend perspectief (artikel 4, 4e Decreet gemeentewegen)
Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
Er wordt voldaan aan de principes van het gemeentewegendecreet.
b.2. Openbaar onderzoek
De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11-14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. De gewone procedure is van toepassing. Er werd een openbaar onderzoek gehouden met startdatum 18/02/2025 en einddatum 19/03/2025. Er werden 2 bezwaarschriften ingediend.
De gemeenteraad behandelt enkel de bezwaren voor zover zij betrekking hebben op het rooilijnplan. De betreffende bezwaarschrift bevatten geen opmerkingen of bezwaren met betrekking tot het rooilijnplan.
c. Motivering voor het aanleggen van de gemeenteweg
c.1. Motivering van de wijziging van de gemeenteweg op basis van de artikels drie en vier van het Decreet gemeentewegen
De aanleg van de nieuwe gemeenteweg behelst een toegangsweg tot woningen binnen een nieuwe verkaveling. Daarnaast wordt een doorsteek voorzien tussen de Herman Lovelingstraat en de Ijsbeerlaan voor voetgangers en fietsers.
Dit in het kader van een inbreidingsproject van een binnengebied met de ontwikkeling van grondgebonden ééngezinswoningen. Daarnaast is er een groene zone met ruimte voor waterretentie.
Artikel 3:
Dit decreet heeft tot doel om de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren, in het bijzonder om aan de huidige en toekomstige behoeften aan zachte mobiliteit te voldoen. Om de doelstelling, vermeld in het eerste lid, te realiseren voeren de gemeenten een geïntegreerd beleid, dat onder meer gericht is op:
Artikel 4
Bij beslissingen over wijzigingen van het gemeentelijk wegennet wordt minimaal rekening gehouden met de volgende principes:
Het aanleggen van de gemeenteweg wordt hierna afdoende gemotiveerd (artikel 4, 2° Decreet gemeentewegen) vanuit het algemeen belang (artikel 4, 1° Decreet gemeentewegen). De stad voert een geïntegreerd beleid met als doel de structuur, de samenhang en de toegankelijkheid van de gemeentewegen te vrijwaren en te verbeteren. Een gemeentelijk rooilijnplan is een grafisch verordenend plan waarbij de huidige en toekomstige grenzen van een of meer gemeentewegen worden bepaald. Het gemeentelijk rooilijnplan geeft een openbare bestemming aan de gronden die in de gemeenteweg opgenomen zijn of opgenomen zullen worden.
De nieuwe weg in de verkaveling verschaft toegang tot de nieuw gevormde loten in het binnengebied.
Daarnaast wordt een doorgang voorzien voor fietsers en voetgangers tussen de Herman Lovelingstraat en de Ijsbeerlaan. Er wordt geen doorgaand autoverkeer voorzien. De doorsteek voor voetgangers en fietsers voorziet in een fijnmazig netwerk voor traag verkeer. De nieuwe wegenis biedt ontsluiting voor de nieuw gecreëerde loten voor woningen.
Deze groene zone en de buurtweg kaderen in de verdere uitwerking van het fijnmazig netwerk van de stad. (artikel 4, 3° Decreet gemeentewegen).
Huidige aanvraag is gelegen op het grondgebied van de stad Deinze (deelgemeente Nevele). Er is dus geen sprake van een gemeentegrensoverschrijdend perspectief (artikel 4, 4e Decreet gemeentewegen)
Bij de afweging voor wijzigingen aan het wegennet wordt rekening gehouden met de actuele functie van de gemeenteweg, zonder daarbij de behoeften van de toekomstige generaties in het gedrang te brengen. Daarbij worden de ruimtelijke behoeften van de verschillende maatschappelijke activiteiten gelijktijdig tegen elkaar afgewogen.
Er wordt voldaan aan de principes van het gemeentewegendecreet.
c.2. Motivering aanleg nieuwe gemeenteweg op basis van artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet
Artikel 31 §1 Omgevingsvergunningsdecreet bepaalt het volgende: “Als de aanvraag (voor de omgevingsvergunning) de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van een gemeenteweg omvat, roept het college van burgemeester en schepenen, in voorkomend geval op verzoek van de bevoegde overheid, vermeld in artikel 15, de gemeenteraad samen om te beslissen over de aanleg, wijziging, verplaatsing of opheffing van de gemeenteweg.” In dit dossier dient de gemeenteraad zich uit te spreken.
“De gemeenteraad spreekt zich uit over de ligging (1.1.), de breedte (1. 2) en de uitrusting van de gemeenteweg (1.3.), en over de eventuele opname in het openbaar domein (1.4). Hierbij wordt rekening gehouden met de doelstellingen en principes, vermeld in artikel 3 en 4 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen, en in voorkomend geval met het gemeentelijk beleidskader en afwegingskader, vermeld in artikel 6 van het decreet van 3 mei 2019 houdende de gemeentewegen. De gemeenteraad kan daarbij voorwaarden opleggen en lasten verbinden, die de bevoegde overheid in de eventuele vergunning opneemt.”
1.1. DE LIGGING
1.1.1. De planologische ligging
De aanvraag is volgens het gewestplan gelegen in woongebied
“De woongebieden zijn bestemd voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische voorzieningen, voor agrarische bedrijven.
Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke omgeving.”
1.1.2. De ligging ten opzichte van de rooilijnplannen
De nieuwe rooilijn, voorwerp gemeenteraadsbeslissing van huidige zitting, is voorzien op een variabele breedte zoals voorzien op het plan in bijlage. De nieuwe rooilijn sluit aan op de Ijsbeerlaan en op de Herman Lovelingstraat.
Ter hoogte van de Herman Lovelingstraat wordt de rooilijn verbreed met een breedte van 1,85m.
De breedte ter hoogte van Herman Loverlingstraat is voorzien op 9,78m, versmallend naar 7,62m en 8,75m ter hoogte van de Ijsbeerlaan. Ter hoogte van de groenzone bedraagt de maximale breedte +/- 48,25m.
1.1.3. Motivatie voor deze ligging
Deze ligging wordt bepaald door de positionering van de voorziene kavels, de oriëntering, en het overstromingsgevoelig gebied.
De grote meerwaarde is voor de stad om dit binnengebied te ontwikkelen voor wonen, meer toegankelijk te maken en op te nemen in het fijnmazig netwerk van trage wegen, zowel op recreatief als op functioneel vlak.
De kosteloze grondafstand en aanleg zijn onderdeel van de omgevingsvergunningsaanvraag en het gemeenteraadbesluit waarbij deze zone wordt opgenomen in het openbaar domein zoals aangegeven in het gewijzigd rooilijnplan.
Dit kadert binnen een projectmatige ontwikkeling in de woonkern van Nevele waarbij bovenstaande ambities worden mee opgenomen in een private ontwikkeling. De aanvraag voorziet een kwalitatieve woonontwikkeling met eveneens een ruime onbebouwde zone met groen en ruimte voor waterretentie en -infiltratie.
1.2. DE BREEDTE
1.2.1. De breedte
Ter hoogte van de Herman Lovelingstraat wordt de rooilijn verbreed met een breedte van 1,85m.
De breedte ter hoogte van Herman Loverlingstraat is voorzien op 9,78m, versmallend naar 7,62m en 8,75m ter hoogte van de Ijsbeerlaan. Ter hoogte van de groenzone bedraagt de maximale breedte +/- 48,25m.
De rijbaan heeft een breedte van 4 meter.
1.2.2. Motivatie breedte
De voorziene breedte kadert in de huidige tendensen waarbij de breedte en de wegenis beperkt blijft. Hierdoor blijft de onverharde groene ruimte zoveel mogelijk behouden. Dit biedt voordelen voor de infiltratie van hemelwater op natuurlijke wijze. Daarnaast wordt deze onverharde ruimte op een ecologisch verantwoorde manier ingericht met gras, kruidachtigen, vaste planten, struiken en bomen.
De kosteloze grondafstand en aanleg zijn onderdeel van de omgevingsvergunningsaanvraag en het gemeenteraadbesluit waarbij deze zone wordt opgenomen in het openbaar domein zoals aangegeven in het gewijzigd rooilijnplan.
1.3. DE UITRUSTING
De rijbaan wordt voorzien op een breedte van 4 m voorzien in een karrespoor in uitgewassen beton met een breedte van elk 1,40m. Tussenin wordt een zone van 1,20m voorzien in betongrasdallen.
Rechts of links worden stroken voorzien in grasdallen met een breedte van 60 cm.
Er worden 4 parkeerplaatsen voorzien voor bezoekers, uitgevoerd in betongrasdallen.
Loten 9 tot en met 15 zijn toegankelijk via een pad in uitgewassen beton met een breedte van 2m en een toegangspad naar de kavel in waterdoorlatende betonstraatsteen.
1.4. OPENBAAR DOMEIN
Volgens artikel 3.45, 1e lid Nieuw burgerlijk Wetboek behoren publieke goederen tot het privaat domein, behalve indien ze tot het openbaar domein zijn bestemd.
Volgens artikel 31 Omgevingsvergunningsdecreet spreekt de gemeenteraad zich uit over de eventuele opname van de gemeenteweg in het openbaar domein.
Aan uw raad wordt voorgesteld om de zone binnen de toekomstige grenzen van de nieuwe gemeenteweg te bestemmen tot het openbaar domein.
C.2. Openbaar onderzoek
De aanvraag werd getoetst aan de criteria van artikels 11-14 van het Besluit van de Vlaamse Regering tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning. De gewone procedure is van toepassing. Er werd een openbaar onderzoek gehouden met startdatum 31/12/2024 en einddatum 29/01/2025. Er werd één bezwaarschrift ingediend.
De gemeenteraad behandelt enkel de bezwaren voor zover zij betrekking hebben op het gemeenteweg. Het betreffende bezwaarschrift bevat geen opmerkingen of bezwaren met betrekking tot de gemeenteweg.
Artikel 1
Het rooilijnplan wordt goedgekeurd en de zone binnen de toekomstige grenzen van de aan te leggen gemeenteweg worden conform artikel 31 omgevingsvergunningsdecreet bestemd tot het openbaar domein.
Artikel 2
De aanleg en uitrusting van de gemeenteweg wordt goedgekeurd.
Artikel 3
De vergunningverlenende overheid en het Departement Omgeving krijgen een kopie van deze beslissing.
Artikel 4
De kosten voor het verlijden van de notariële akte met betrekking tot de kosteloze grondafstand en de erfdienstbaarheid zijn volledig ten laste van de aanvrager.
Artikel 5
De beslissing van de gemeenteraad wordt integraal opgenomen in het besluit van burgemeester en schepenen inzake de omgevingsvergunningsaanvraag.
Artikel 6
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Matthias Neirynck, Peter Parmentier (raadsleden), Rutger De Reu (burgemeester)
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het lokaal bestuur, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Beschrijvende nota dorpshuis architectuur.
Totale raming definitief ontwerp dorpshuis.
Plan gevel noord dorpshuis.
Plan gevel oost dorpshuis.
Plan gevel west dorpshuis.
Plan gevel zuid dorpshuis.
Snede AA dorpshuis.
Snede BB dorpshuis.
Snede CC dorpshuis.
Snede DD dorpshuis.
Inplantingsplan dorpshuis.
Dakenplan dorpshuis.
Funderingsplan dorpshuis.
Grondplan niveau 0 dorpshuis.
Grondplan niveau 1 dorpshuis.
Dakenplan stille ruimte.
Dwarse snede stille ruimte.
Funderingsplan stille ruimte.
Plan gevel noord stille ruimte.
Plan gevel oost stille ruimte.
Plan gevel west stille ruimte.
Plan gevel zuid stille ruimte.
Grondplan stille ruimte.
Visualisatie dorpshuis.
Visualisatie dorpshuis met gordijnen.
Nota stabiliteit.
Plan elektriciteit gelijkvloers dorpshuis.
Plan elektriciteit verdieping dorpshuis.
Plan elektriciteit zolder dorpshuis.
Legende plannen elektriciteit dorpshuis.
Plan structuur gelijkvloers dorpshuis.
Langse snede structuur dorpshuis.
Plan sanitair gelijkvloers dorpshuis.
Plan sanitair verdieping dorpshuis.
Plan ventilatie gelijkvloers dorpshuis.
Plan ventilatie verdieping dorpshuis.
Dwarse snede ventilatie.
Langse snede ventilatie.
Plan verwarming gelijkvloers.
Nota technieken.
Raming technieken.
Nota akoestiek.
Afwijkingsaanvraag PTI.
Definitief ontwerp omgevingsaanleg met columbaria.
beslissingen gemeenteraad en college van burgemeester en schepenen waarnaar verwezen wordt.
Op 24 augustus 2017 werd het kerkenbeleidsplan Deinze goedgekeurd door de gemeenteraad.
In kader van het kerkenbeleidsplan zijn in 2019 en 2020 enkele overlegmomenten doorgegaan tussen de stad en de kerkfabriek van Zeveren m.b.t. de visie op de toekomst van de Sint-Amanduskerk in Zeveren.
De kerkraad heeft op 24 maart 2021 beslist akkoord te gaan met het voorstel om de procedure op te starten om de kerk te onttrekken aan de eredienst en het voorstel om de kerk te herbestemmen als dorpshuis. Op 17 mei 2021 heeft de kerkraad deze beslissing toegelicht aan het stadsbestuur.
Het college van burgemeester en schepenen heeft op 25 mei 2021 beslist de herbestemming van de Sint-Amanduskerk in Zeveren als dorpshuis ter goedkeuring voor te leggen aan de gemeenteraad en de procedure op te starten om de Sint-Amanduskerk in Zeveren te onttrekken aan de eredienst.
Verwijzend naar de zitting van de gemeenteraad van 22 juni 2021 waar goedkeuring werd gegeven aan de nieuwe functie voor het kerkgebouw van Zeveren.
Verwijzend naar de zitting van het college van burgemeester en schepenen van 22 maart 2022 waar de kennisgeving van de verdere plan van aanpak van het project werd uiteengezet.
Verwijzend naar de zitting van 27 september 2022 waar het college van burgemeester en schepenen het procesontwerp voor de samenwerkingsovereenkomst tussen de provincie Oost-Vlaanderen en het stadsbestuur Deinze voor het project Toren-Breed goedkeurde.
Verwijzend naar de zitting van 24 januari 2023 van het college van burgemeester en schepenen waar een terugkoppeling werd gemaakt van de eerste bijeenkomst van de trekkersgroep herbestemming kerk Zeveren i.k.v. het project Toren-Breed.
Het college van burgemeester en schepenen keurde in de zitting van 21 maart 2023 de projectdefinitie goed.
De gemeenteraad keurde in de zitting van 20 juni 2023 het principe goed en verleende machtiging aan het college van burgemeester en schepenen om een ontwerper aan te stellen.
Het college van burgemeester en schepenen keurde in de zitting van 11 juli 2023 de selectieleidraad en bestek goed.
Het college van burgemeester en schepenen stelde in de zitting van 16 april 2024 de ontwerper aan, zijnde Generiek architects bv, Zeugsteeg 18 te 9000 Gent.
Het ontwerpteam Generiek heeft een voorontwerp van het dorpshuis en stille ruimte opgemaakt.
Dienstomgeving heeft het voorontwerp van de omgevingsaanleg opgemaakt. Er worden eveneens columbarium elementen geïntegreerd op de begraafplaats.
Het voorontwerp van het dorpshuis, voorplein/omgevingsaanleg en stille ruimte werd aan de trekkersgroep en huidige gebruikers van zaal Te Lande voorgelegd op 29 april 2025. Op basis van de feedback werd het voorontwerp verder aangepast.
De betrokken adviesverlenende instanties zijn geraadpleegd.
Er werd een afwijkingsaanvraag inzake preventie van brand en ontploffing van de publiek toegankelijke inrichtingen (PTI) ingediend bij de brandweer aangezien het gaat om een bestaand gebouw (kerkgebouw). Er werd een gunstig advies afgeleverd. Het advies is te vinden in bijlage.
Het college van burgemeester en schepenen keurde in de zitting van 27 mei 2025 het voorontwerp van het dorpshuis, de stille ruimte en het voorplein/omgevingsaanleg goed.
Het voorontwerp van de stille ruimte werd op 4 juni 2025 voorgelegd aan de werkgroep stille ruimte (werkgroep binnen de trekkersgroep).
Er wordt een herdenkingsmuur voorzien op een muur van de stille ruimte.
Het voorontwerp werd door het ontwerpteam Generiek doorvertaald naar een definitief ontwerp. Het definitief ontwerp van het dorpshuis en de stille ruimte wordt ter goedkeuring voorgelegd.
Het definitief ontwerp van het voorplein/omgevingsaanleg werd door dienst omgeving opgemaakt en wordt ter goedkeuring voorgelegd. Het definitief ontwerp van het dorpshuis, het voorplein/omgevingsaanleg en de stille ruimte is in bijlage te vinden.
De opdracht wordt opgedeeld in volgende percelen:
De totale uitgave voor de bouw van het dorpshuis wordt indicatief geraamd op 1.322.026,64 euro excl. btw, studiekosten, stille ruimte en omgevingsaanleg of 1.599.652,23 euro incl. 21% btw, excl. studiekosten, stille ruimte en omgevingsaanleg.
Er wordt voorgesteld de diverse percelen afzonderlijk te gunnen bij wijze van open procedure of onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking of onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
In april 2025 werd bij EFRO (Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling) een vooraanmelding ingediend voor het dorpshuis van Zeveren. We ontvingen feedback op deze vooraanmelding. Tegen 10 juli zal de subsidieaanvraag ingediend worden. De subsidie bedraagt 220.000 euro op een investeringskost van 340.000 euro (bedrag onder voorbehoud van de toekenning van de subsidie).
Na goedkeuring van het definitief ontwerp zal de omgevingsaanvraag ingediend worden.
In kader van de opdracht zal het ontwerpteam Generiek het uitvoerend ontwerp opmaken en wordt het uitvoerend ontwerp opgemaakt door Generiek.
Er wordt gevraagd machtiging te geven aan het college van burgemeester en schepenen om het uitvoerend ontwerp, de administratieve bepalingen en het bestek goed te keuren.
De uitgave voor de bouw van het dorpshuis is voorzien op budgetcode IP007 20135/03 221007 070500, verdeeld als volgt: 600.000 euro in 2025 en 1.200.000 in 2026.
Gunstig visum 2025/137 van Sabine Vermeersch van 04 juni 2025
Artikel 1
Goedkeuring wordt verleend aan het definitief ontwerp voor de opdracht “bouwproject dorpshuis Zeveren”.
Artikel 2
Goedkeuring wordt verleend aan de raming voor de opdracht “bouwproject dorpshuis Zeveren”. De opdracht wordt opgedeeld in volgende percelen:
De totale uitgave voor de bouw van het dorpshuis wordt indicatief geraamd op 1.322.026,64 euro excl. btw, studiekosten, stille ruimte en omgevingsaanleg of 1.599.652,23 euro incl. 21% btw, excl. studiekosten, stille ruimte en omgevingsaanleg.
Artikel 3
Bovengenoemde opdracht wordt per perceel of deelperceel afzonderlijk gegund bij wijze van open procedure of onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking of onderhandelingsprocedure met voorafgaande bekendmaking.
Artikel 4
De gemeenteraad geeft machtiging aan het college van burgemeester en schepenen om het uitvoerend ontwerp, de administratieve bepalingen en het bestek goed te keuren.
Artikel 5
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen).
De Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening (VCRO), Titel I Inleidende bepalingen, Hoofdstuk III Adviesorganen, Afdeling 4 De gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening, art. 1.3.3. & 1.3.4.
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening.
De regelingen inzake evenwichtige vertegenwoordiging van vrouwen en mannen, vermeld in artikel 304, § 3, tweede lid, van het decreet van 22 december 2017 over het lokaal bestuur, zijn van overeenkomstige toepassing op de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening.
De gemeenteraadsbeslissing van 27 februari 2025 – artikel 2 waarbij de gemeenteraad beslist om de samenstelling van de GECORO van de Stad Deinze te bepalen als volgt:
totaal aantal leden: | 17 |
aantal deskundigen, de voorzitter inbegrepen: | 5 |
aantal vertegenwoordigers uit de maatschappelijke geledingen: | 12 |
een vaste secretaris: | 1 |
De kandidaturen voor deskundige.
De kandidaturen vanuit de maatschappelijke geledingen.
Mail Algemeen Boerensyndicaat vzw
Mail ACLVB
Mail ABVV
Mail ABVV 17 juni 2025
Mail Nico Debels inzake plaatsvervanger
Het Besluit van de Vlaamse Regering van 19 mei 2000 tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening.
De beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 10 juni 2025 met een voordracht van de samenstelling van de GECORO.
Artikel 304, § 3, tweede lid, van het decreet lokaal bestuur voorziet dat minimum 6 van de 17 effectieve leden van het andere geslacht zijn. Tevens is bepaald dat in de totaliteit van de GECORO (effectieve leden en plaatsvervangende leden samen) minimum 11 van de 31 leden van het andere geslacht dienen te zijn.
Rekening houdend met de verplichte man-vrouw verhouding en de binnengekomen kandidaturen is het aangewezen om bij de deskundigen:
bij de geledingen:
Volgende personen hebben zich kandidaat gesteld voor een plaats als deskundige:
1 |
De heer |
MORLION |
Korneel |
deskundige |
2 |
De heer |
BULTINCK |
Eddy |
deskundige |
3 |
Mevrouw |
HAECK |
Annelies |
deskundige |
4 |
Mevrouw |
DEWULF |
Loes |
deskundige |
5 |
De heer |
THERRY |
Tjomme |
deskundige |
6 |
De heer |
COPPENS |
Tieme |
deskundige |
7 |
De heer |
PIRA |
Wim |
deskundige |
8 |
De heer |
DE CLERCQ |
Frederik |
deskundige |
9 |
De heer |
OCKIER |
Joris |
deskundige |
Deze kandidaturen zijn ontvankelijk.
Het is aangewezen een rangschikking op te maken van de ontvankelijke kandidaturen waarbij rekening gehouden wordt met de volgende criteria waaraan de volgende puntenquotering wordt toegekend:
a) |
Voeling met de stad Deinze / Betrokkenheid met de Deinse gemeenschap |
|
2 punten |
|
b) |
Graad deskundigheid inzake RO, behaalde diploma's: |
|
|
|
|
- |
Ruimtelijk planner, stedenbouwkundige |
|
3 punten |
|
- |
(landschaps- en tuin)architect, ind. of burg. ingenieurs, lic. of doctors in de rechten, lic. notariaat, bijkomende opleidingen stedenbouw/ruimtelijke ordening... |
2 punten |
|
c) |
Ervaring in de materie RO ingevolge professionele activiteit |
|
2 punten |
|
d) |
Ervaring als lid van een (gemeentelijke) adviesraad |
|
2 punten |
De ontvankelijke kandidaten hebben duiding gegeven met betrekking tot de 4 bovenvermelde criteria.
Bij toepassing van het bovenvermelde ontstaat de volgende rangschikking:
Kandidaat |
Criteria A |
Criteria B |
Criteria C |
Criteria D |
Totaal aantal punten |
1. Korneel Morlion |
2 |
3 |
2 |
2 |
9 |
2. Eddy Bultinck |
2 |
3 |
2 |
2 |
9 |
3. Annelies Haeck |
2 |
2 |
2 |
2 |
8 |
4. Loes Dewulf |
2 |
2 |
2 |
2 |
8 |
5. Tjomme Therry |
2 |
2 |
2 |
2 |
8 |
6. Frederik De Clercq |
2 |
2 |
1 |
2 |
7 |
7. Wim Pira |
2 |
2 |
2 |
0 |
6 |
8. Tieme Coppens |
2 |
2 |
2 |
0 |
6 |
9. Joris Ockier |
2 |
0 |
2 |
0 |
4 |
Overzicht / motivatie kandidaturen:
1. Korneel Morlion
Dhr. Korneel Morlion is van opleiding burgerlijk-ingenieur architect en heeft aanvullend een bijkomende studie in de ruimtelijke planning genoten. Hij woont in Landegem en is werkzaam als stadsontwikkelaar bij de stad Roeselare. Hij was evenzeer effectief lid van de GECORO tijdens de afgelopen legislatuur. Hij is bovendien actief als plaatsvervangend expert stedenbouw en ruimtelijke planning binnen de regionale kwaliteitskamer Vakwerk, en als lid van de commissie Actieplan Bouwkundig Erfgoed in Oostende.
2. Eddy Bultinck
Dhr. Eddy Bultinck heeft een diploma industrieel ingenieur en is werkzaam bij de firma Camino group - Durabrik als aankoopmanager. Hij woont in Vosselare en was voorzitter en ondervoorzitter van de GECORO in de gemeente Nevele, resp. in de legislatuur 2006-2012 en 2012-2018. Tijdens de vorige legislatuur was hij voorzitter van de GECORO en gaf hij steeds mee vorm aan diverse adviezen, vertrekkend vanuit het algemeen belang. Hij volgde diverse opleidingen over omgevingsvergunningen (stand van zaken), gebiedsgerichte ontwikkeling, ruimtelijke planning, kernversterking en de bouwshift.
3. Annelies Haeck
Mevr. Annelies Haeck is houder van een diploma master in de rechten, afstudeerrichting burgerlijk recht en strafrecht. Ze woont in Landegem en is zelfstandig advocaat bij het advocatenkantoor Meersman-Van Keer te Gent. Dit advocatenkantoor is gespecialiseerd in alle aspecten van eigendomsrecht (het merendeel van de dossiers heeft betrekking op pacht- en agrarisch recht, goederenrecht en omgevingsrecht). Ze is voornamelijk vertrouwd met de juridische kant van de ruimtelijke ordening. Ze was reeds plaatsvervangend lid van de GECORO in de gemeente Nevele in de periode 2015-2018.
4. Loes Dewulf
Mevr. Loes Dewulf is criminologe van opleiding en is sinds 2017 regioconsulent Gent-Eeklo bij Boerenbond. Ze staat in voor de vertegenwoordiging van leden in de regio, de organisatie van regionale activiteiten en vormingen en belangenbehartiging op lokaal niveau. Ze is woonachtig te Nevele en de afgelopen twee jaar was ze plaatsvervangend lid van de provinciale commissie voor ruimtelijke ordening in Oost-Vlaanderen (PROCORO). In haar functie als regioconsulent Gent-Eeklo bij Boerenbond volgt ze heel wat dossiers op rond ruimtelijke ordening in Oost-Vlaanderen, vnl. met een focus op het Meetjesland. Ze is bovendien als erkend lesgever betrokken bij opleidingen, georganiseerd i.s.m. het Agentschap Landbouw en Zeevisserij, waar ze haar kennis deelt over uiteenlopende thema's binnen haar vakgebied.
5. Tjomme Therry
Dhr. Tjomme Therry is woonachtig in Deinze en projectleider bij woonmaatschappij Dimensa bv. Hij heeft een opleiding tot architect-assistent en een voortgezette opleiding stedenbouw genoten. Als projectleider is hij professioneel actief in de projectontwikkeling van sociale woonprojecten, met een bijzondere focus op de regio Deinze, Zulte en Nazareth-De Pinte. Hij draagt in zijn functie de verantwoordelijkheid voor het realiseren van kwalitatieve, betaalbare en duurzame woonprojecten.
6. Frederik De Clercq
Dhr. Frederik De Clercq is van opleiding jurist en woont in Deinze. Hij is sedert 1991 werkzaam bij de Federale Overheidsdienst Financiën (momenteel bij de Centrale Diensten van de Algemene Administratie van de Fiscaliteit). Sinds 2000 is hij evenzeer deeltijds academisch personeelslid van de Faculteit Recht en Criminologie van de Universiteit Gent en is vertrouwd met de regelgeving i.v.m. ruimtelijke ordening. Hij was ook meerdere jaren lid van de Jeugdraad.
7. Wim Pira
Dhr. Wim Pira woont in Landegem en heeft een diploma industrieel ingenieur bouwkunde en architectuur. Na zijn studies werd hij dorpsontwikkelaar voor de gemeente Ursel met als resultaat een plan dat de krijtlijnen van de toekomst van Ursel uitzette en dat gedragen werd door de Urselnaren en door alle betrokken partijen. Hij werkte ook mee aan de ontwikkeling van het project Oude Dokken voor het Gentse stadsontwikkelingsbedrijf (sogent). Momenteel draagt hij bij tot het onderhoud en de restauratie van het patrimonium van de Commonwealth War Graves Commission.
8. Tieme Coppens
Dhr. Tieme Coppens uit Grammene heeft een diploma landschaps- en tuinarchitectuur. Als zelfstandig tuin- en landschapsarchitect en tuinaannemer voelt hij zich nauw verbonden met de ruimtelijke ontwikkeling van Deinze. Een essentieel aandachtspunt daarbij is, volgens hem, de kwaliteit van de openbare ruimte met bijzondere aandacht voor groen en natuur. Hij is bovendien actief als lid van de beroepsvereniging Pro4Green en volgt de ontwikkelingen rond duurzaam ruimtegebruik op de voet.
9. Joris Ockier
Dhr. Joris Ockier heeft Germaanse Filologie gestudeerd en vervolgens nog een aantal postgraduaten behaald (bedrijfskunde en marketing & communicatie). Hij woont in Vosselare en is sinds 2015 zelfstandig consultant en makelaar in projectgrondwaardering en projectgrondverkoop bij Immpower BV. Hij beschikt over een grote bagage projectontwikkeling waardoor hij goed doorgrond wat een project mogelijk en niet mogelijk maakt. Hij wenst door een GECORO ervaring een breder beeld te krijgen op de werking van ruimtelijke ordening in een gemeente.
Bij toepassing van de man – vrouwverhouding resulteert dit in volgende rangschikking, opgemaakt en gescheiden per geslacht:
Mannelijke kandidaturen – (3 effectieven en 4 plaatsvervangers aan te duiden):
Naam |
Totaal punten |
Korneel Morlion |
9 |
Eddy Bultinck |
9 |
Tjomme Therry |
8 |
Frederik De Clercq |
7 |
Wim Pira |
6 |
Tieme Coppens |
6 |
Joris Ockier |
4 |
Vrouwelijke kandidaturen (2 effectieven en 0 plaatsvervangers aan te duiden):
Naam |
Totaal punten |
Annelies Haeck |
8 |
Loes Dewulf |
8 |
Volgende personen hebben zich kandidaat gesteld vanuit de maatschappelijke geledingen:
|
EFFECTIEF |
PLAATSVERVANGER |
|
Milieu- en natuurverenigingen
|
Natuurpunt Toon Spanhove Grote Heirenthoek 13 9850 Deinze |
Natuurpunt Valérie Lehouck Grote Heirenthoek 13 9850 Deinze |
|
Milieufront Omer WattezWim Bracke Tonnestraat 33 9800 Deinze |
Milieufront Omer WattezEva Martens Sluiskouter 50 9800 Deinze |
||
Verenigingen van werkgevers of zelfstandigen
|
UnizoSimon Eggermont Wierookstraat 21 9800 Deinze |
UnizoValérie De Ruyck Emiel Clauslaan 135 9800 Deinze |
|
VOKASimon Lefèvre Jan Palfijnstraat 12 (021) 8500 Kortrijk |
VOKAJulie Van Der Gucht Rasphuisstraat 15G 9000 Gent |
||
Verenigingen van landbouwers
|
BoerenbondDirk De Wulf Markettestraat 26 9800 Deinze |
BoerenbondStefaan Christiaens Parijsestraat 56 9800 Deinze |
|
Algemeen boerensyndicaatKris Van Steenkiste Te Bastis 1 9800 Deinze |
Algemeen boerensyndicaatMia Rogghe Lotenhullestraat 33 9800 Deinze |
||
Jeugdverenigingen | Jeugdraad Sil De Nys Vierboomstraat 29 9850 Nevele |
Jeugdraad Anna De Nys Vierboomstraat 29 9850 Nevele |
|
Geïnteresseerde jongere Maja Dehamers Stationstraat 106 9850 Landegem |
/ |
||
Verenigingen van werknemers | ACVEtienne Wandels Centrumlaan 127 9800 Deinze |
/ |
|
ABVVWouter De Schepper Nieuwgoedlaan 88 9800 Deinze |
ABVVKatrien Neyt / |
||
ACLVB Yoran Bassez /
|
ACLVB Christophe Cornelis / |
||
Verenigingen van handelaars |
HandelaarsNico Debels Kouter 240 9800 Deinze |
HandelaarsValerie Coppenolle Kouter 240 9800 Deinze |
Deze kandidaturen zijn ontvankelijk.
Omwille van de te behalen man-vrouwverhouding wordt voorgesteld om voor de geledingen van milieu- en natuurverenigingen (Natuurpunt), verenigingen van landbouwers (Algemeen boerensyndicaat) en verenigingen van werkgevers of zelfstandigen (Unizo) volgende switch uit te voeren:
Dit geeft dan de volgende voorgestelde samenstelling:
|
EFFECTIEF |
PLAATSVERVANGER |
|
Milieu- en natuurverenigingen
|
Natuurpunt Valérie Lehouck Grote Heirenthoek 13 9850 Deinze |
Natuurpunt Toon Spanhove Grote Heirenthoek 13 9850 Deinze |
|
Milieufront Omer WattezWim Bracke Tonnestraat 33 9800 Deinze |
Milieufront Omer WattezEva Martens Sluiskouter 50 9800 Deinze |
||
Verenigingen van werkgevers of zelfstandigen
|
UnizoSimon Eggermont Wierookstraat 21 9800 Deinze |
UnizoValérie De Ruyck Emiel Clauslaan 135 9800 Deinze |
|
VOKAJulie Van Der Gucht Rasphuisstraat 15G 9000 Gent |
VOKASimon Lefèvre Jan Palfijnstraat 12 (021) 8500 Kortrijk |
||
Verenigingen van landbouwers
|
BoerenbondDirk De Wulf Markettestraat 26 9800 Deinze |
BoerenbondStefaan Christiaens Parijsestraat 56 9800 Deinze |
|
Algemeen boerensyndicaatMia Rogghe Lotenhullestraat 33 9800 Deinze |
Algemeen boerensyndicaatKris Van Steenkiste Te Bastis 1 9800 Deinze |
||
Jeugdverenigingen | Jeugdraad Sil De Nys Vierboomstraat 29 9850 Nevele |
Jeugdraad Anna De Nys Vierboomstraat 29 9850 Nevele |
|
Geïnteresseerde jongere Maja Dehamers Stationstraat 106 9850 Landegem |
/ |
||
Verenigingen van werknemers | ACVEtienne Wandels Centrumlaan 127 9800 Deinze |
/ |
|
ABVVWouter De Schepper Nieuwgoedlaan 88 9800 Deinze |
ABVV Katrien Neyt / |
||
ACLVBYoran Bassez /
|
ACLVB Christophe Cornelis / |
||
Verenigingen van handelaars |
HandelaarsNico Debels Kouter 240 9800 Deinze |
HandelaarsValerie Coppenolle Kouter 240 9800 Deinze |
Een Gecoro samengesteld met 2 vertegenwoordigers van de geledingen van milieu- en natuur, 2 vertegenwoordigers van de geleding werkgevers of zelfstandigen, 1 vertegenwoordiger van de geleding handelaars, 2 vertegenwoordigers van de geleding landbouw, 3 vertegenwoordigers van de geleding werknemers en 2 vertegenwoordigers van de geleding jeugd biedt een representatieve weergave van de maatschappelijke samenstelling van de stad Deinze.
Het college van burgemeester en schepenen draagt de voorzitter en de vaste secretaris voor.
De voorzitter dient één van de deskundigen te zijn. Voor deze deskundigen is hierboven een rangschikking opgemaakt.
Op voorwaarde dat hij/zij als effectief lid wordt benoemd draagt het college van burgemeester en schepenen de heer Korneel Morlion voor als voorzitter van de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening van de stad Deinze.
De niet-stemgerechtigde secretaris wordt voorgedragen uit de personeelsleden van de stad. Het college van burgemeester en schepenen draagt mevrouw Pauline Van de Keere (ruimtelijk planner) voor als vaste secretaris van de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening van de stad Deinze.
Gelet op hoofdstuk 2, artikel 2 van het besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van nadere regels voor de samenstelling, de organisatie en de werkwijze van de provinciale, intergemeentelijke en gemeentelijke commissies voor ruimtelijke ordening worden de leden van de gemeentelijke commissie voor ruimtelijke ordening presentiegelden, reis en verblijfsvergoedingen toegekend. Het bedrag van die vergoedingen wordt vastgesteld door de gemeenteraad.
Deze beslissing valt niet onder de visumplicht en heeft geen financiële gevolgen.
De bezoldiging zal voorzien worden in de opmaak meerjarenplanning 2026-2031 onder personeelsbudget.
Beleidsitem: 060000
Algemene rekening: 620040
De geheime stemming heeft volgend resultaat:
Met 30 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 1 stem onthouden.
De geheime stemming heeft volgend resultaat:
Met 30 stemmen voor, 0 stemmen tegen, 1 stem onthouden.
Artikel 1
De volgende personen worden benoemd als deskundige in de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (GECORO) van de Stad Deinze:
1° effectief lid | Korneel Morlion |
2° effectief lid | Eddy Bultinck |
3° effectief lid | Annelies Haeck |
4° effectief lid | Loes Dewulf |
5° effectief lid | Tjomme Therry |
Artikel 2
De heer Korneel Morlion wordt benoemd tot voorzitter van de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (GECORO) van de Stad Deinze.
Artikel 3
De volgende personen worden benoemd als plaatsvervangers van de deskundigen in de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (GECORO) van de Stad Deinze:
Plaatsvervanger 2de effectief lid Frederik De Clercq
Plaatsvervanger 3de effectief lid Wim Pira
Plaatsvervanger 4de effectief lid Tieme Coppens
Plaatsvervanger 5de effectief lid Joris Ockier
Artikel 4
De volgende personen worden benoemd als vertegenwoordigers van een maatschappelijke geleding in de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (GECORO) van de Stad Deinze:
Maatschappelijke geleding |
|
|
|
Milieu- en natuurverenigingen |
Natuurpunt
|
1° effectief lid |
Valérie Lehouck |
|
Milieufront Omer Wattez
|
2° effectief lid |
Wim Bracke |
|
|||
|
Natuurpunt
|
1° plaatsvervangend lid |
Toon Spanhove |
|
Milieufront Omer Wattez
|
2° plaatsvervangend lid |
Eva Martens |
|
|||
Verenigingen van werkgevers of zelfstandigen |
Unizo |
1° effectief lid |
Simon Eggermont |
|
VOKA
|
2° effectief lid |
Julie Van Der Gucht |
|
|||
|
Unizo
|
1° plaatsvervangend lid |
Valérie De Ruyck |
|
VOKA
|
2° plaatsvervangend lid |
Simon Lefèvre |
|
|||
Verenigingen van handelaars |
Handelaars
|
1° effectief lid |
Nico Debels |
|
|||
Handelaars |
1° plaatsvervangend lid |
Valerie Coppenolle
|
|
|
|||
Verenigingen van landbouwers |
Algemeen boerensyndicaat |
1° effectief lid |
Mia Rogghe |
|
Boerenbond
|
2° effectief lid |
Dirk De Wulf |
|
|||
|
Algemeen boerensyndicaat |
1° plaatsvervangend lid |
Kris Van Steenkiste |
|
Boerenbond
|
2° plaatsvervangend lid |
Stefaan Christiaens |
|
|||
Verenigingen van werknemers |
ACV
|
1° effectief lid |
Etienne Wandels |
ABVV |
2° effectief lid |
Wouter De Schepper
|
|
ACLVB |
3° effectief lid |
Yoran Bassez
|
|
ABVV |
1° plaatsvervangend lid |
Katrien Neyt
|
|
ACLVB |
2° plaatsvervangend lid |
Christophe Cornelis
|
|
|
|||
Jeugdverenigingen |
Jeugdraad
|
1° effectief lid |
Sil De Nys |
|
Geïnteresseerde jongere
|
2° effectief lid |
Maja Dehamers |
|
|||
|
Jeugdraad
|
1° plaatsvervangend lid |
Anna De Nys |
Artikel 5
Pauline Van de Keere (ruimtelijk planner) wordt benoemd tot vaste secretaris van de Gemeentelijke Commissie voor Ruimtelijke Ordening (GECORO) van de Stad Deinze.
Artikel 6
Aan de effectief aanwezige leden worden zitpenningen toegekend op basis van de ondertekende aanwezigheidslijst. De voorzitter, secretaris en leden worden vergoed voor hun prestaties en eventuele reis- en verblijfsvergoedingen. De zitpenningen worden vastgesteld op 150 euro voor de voorzitter, 75 euro voor de secretaris en 75 euro voor de leden van de GECORO.
Artikel 7
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het uittreksel kad. plan en legger.
De verkavelingswijziging afgeleverd door de deputatie op 29 augustus 2013.
Het vergunde verkavelingsplan.
Het bodemattest afgeleverd door de OVAM.
Het opmetingsplan.
De ontwerpakte opgemaakt door notaris P. De Proft te Deinze.
Op 29 augustus 2013 werd door de deputatie een vergunning afgeleverd voor de uitbreiding en wijziging van een verkavelingsvergunning tot ontwikkeling van een binnengebied op een terrein gelegen langsheen de Kortrijkstraat en destijds kadastraal gekend te Deinze, 1e Afd., sectie B, nrs. 450k2, 454e3, 456n, 461g en 454a3 (deel).
Aan de verkavelaar werd bij gemeenteraadsbeslissing van 28 februari 2013, en bestendigd bij voormelde verkavelingswijziging, opgelegd tot het afstaan van een grondstrook.
Overeenkomstig het opmetingsplan van landmeter-expert Frank Reyné van 14 december 2016 te Nazareth blijkt dat de over te dragen grondstrook, thans kadastraal gekend te Deinze, 1e Afd., sectie A, deel nr. 816a, een oppervlakte heeft van 544,03 m².
De ontwerpakte met betrekking tot de kosteloze grondafstand opgemaakt door notariaat Peter De Proft te Deinze ligt thans ter goedkeuring voor.
Na bespreking.
Artikel 1
De ontwerpakte, opgemaakt door notaris Peter De Proft te Deinze met betrekking tot de kosteloze overname door de Stad van een grondstrook gelegen langsheen de Kortrijkstraat en kadastraal gekend te Deinze, 1e Afd., sectie B, deel nr. 816a met een opgemeten oppervlakte van 544, 03 m², overeenkomstig het opmetingsplan van 14 december 2016 van landmeter-expert Frank Reyné te Nazareth, ter inlijving in het openbaar domein, wordt goedgekeurd.
Artikel 2
De Algemene Administratie van de Patrimoniumdocumentatie te ontslaan van de verplichting ambtshalve inschrijving te nemen bij de overschrijving van de authentieke akte.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Ronny Vermeulen, Freija Dhondt (raadsleden), Sofie D'hondt (schepen)
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het koninklijk besluit van 16 maart 1968 tot coördinatie van de wetten betreffende de politie op het wegverkeer en latere wijzigingen.
Het koninklijk besluit van 1 december 1975 betreffende het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg en latere wijzigingen.
Het ministerieel besluit van 11 oktober 1976 waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald en latere wijzigingen.
Het besluit van de Vlaamse regering van 23 januari 2009 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens.
Het decreet van 16 mei 2008 betreffende de aanvullende reglementen op het wegverkeer en de plaatsing en bekostiging van de verkeerstekens en latere wijzigingen.
De omzendbrief MOB/2009/01 van 3 april 2009 van de Vlaamse minister van mobiliteit, sociale economie en gelijke kansen.
Het standaardbestek 250 voor de wegenbouw, hoofdstuk X.
Het algemeen politiereglement Deinze-Zulte-Lievegem goedgekeurd 20 februari 2020.
Het document met titel: Een nieuwe code van de openbare weg, voor een rustigere mobiliteit.
Op vraag van de bewoner van Molenstraat 18 een parkeerplaats voor personen met een beperking ingericht ter hoogte van Molenstraat 18. Het Geïllustreerd reglement van de wegbeheerder stelt dat het niet mogelijk is parkeerplaatsen voor gehandicapten te reserveren in straten met een systeem van halfmaandelijks beurtelings parkeren.
Daarenboven komt het halfmaandelijks beurtelings/ alternerend parkeren niet meer voor in de nieuwe Code van de openbare weg. De invoering van de Code van de openbare weg staat gepland voor 1 september 2026.
Om deze redenen wordt het systeem van halfmaandelijks beurtelings parkeren in de Molenstraat (gedeelte tussen de Sint-Hubertstraat en de spoorweg) dus afgeschaft.
Artikel 1
Opheffen van het halfmaandelijks beurtelings (alternerend) parkeren in de Molenstraat het deel gelegen tussen het spoor en de Sint-Hubertstraat.
Deze verkeersmaatregel wordt ter kennis van de weggebruikers gebracht door het WEGNEMEN van de verkeersborden E5 en E7.
Artikel 2
Invoer van een parkeerverbod zijde oneven huisnummers in de Molenstraat het deel gelegen tussen het spoor en de Sint-Hubertstraat.
Deze verkeersmaatregel wordt ter kennis van de weggebruikers gebracht door het plaatsen van de verkeerssignalisatie:
Artikel 3
In de Molenstraat wordt een parkeerplaats voorbehouden voor personen met een handicap, ingericht ter hoogte van:
Deze verkeersmaatregel wordt ter kennis gebracht van de weggebruikers door het plaatsen van een verkeersbord E9a + symbool overeenkomstig artikel 70.2.1.3°c van het Koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg en met een onderbord GXc (opwaartse pijl) met opschrift ‘5m’.
Artikel 4
Naast het overmaken aan de Vlaamse Overheid wordt tevens een afschrift van dit besluit gestuurd naar:
Artikel 5
Dit besluit en de inhoud ervan wordt bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 286 § 1 en artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Karlien De Paepe, Freija Dhondt (raadsleden), Rutger De Reu (burgemeester)
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het lokaal bestuur, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het decreet lokaal bestuur artikel 304$5 verplicht de opmaak van een participatiereglement. Sinds 2019 is er een participatiereglement van kracht.
Er zijn een aantal aanpassingen aan het participatiereglement doorgevoerd:
Artikel 304 § 5 van het decreet lokaal bestuur stelt dat "De gemeenteraad bepaalt bij reglement de wijze waarop concreet vorm gegeven wordt aan de inspraak, vermeld in paragraaf 1 tot en met 4, voor de gemeente en haar organen." Het is aan de gemeenteraad om de indiening van verzoekschriften te regelen.
Een voorbeeld van een andere stad die voor deze invulling van de verzoekschriften kiest is de stad Brugge.
Niet van toepassing
I. Contextualisering
Artikel 1
Het participatiereglement van Deinze geeft, in toepassing van artikel 304$5 van het Decreet Lokaal Bestuur, nadere invulling aan een aantal vormen van inspraak, betrokkenheid en participatie vanwege de burgers en diverse doelgroepen ten aanzien van het beleid, de besluitvorming en de dienstverlening.
Artikel 2
Het participatiereglement benoemt de doelen, de voorwaarden en een aantal spelregels om een kwaliteitsvolle participatie in Deinze te bewerkstelligen. Het bestuur engageert zich tot het voeren van een beleid dat gericht is op participatie en heeft daarbij aandacht voor zowel participatie op initiatief van de organisatie zelf als participatie op initiatief van de burger. Deze participatie zorgt voor openheid en transparantie.
Artikel 3
Het participatiereglement is niet beperkend bedoeld: naast de participatievormen die in dit reglement uitdrukkelijk worden genoemd, zijn nog tal van andere vormen mogelijk. Hij of zij die participatie organiseert, kan zijn of haar belanghebbenden ook steeds nog op een andere manier informeren, consulteren en betrekken. De keuze van participatiemethodiek zal afhangen van de doelstelling, de stand van zaken van een bepaald project en de vigerende maatschappelijke context. Ook de graad van participatie zal per casus bepaald worden en is afhankelijk van heel wat factoren. Er bestaan verschillende versies van de participatieladder, maar vaak hanteert men zes niveaus van participatie: informeren, raadplegen, adviseren, coproduceren, meebeslissen en zelfbestuur.
Artikel 4
Participatie is een recht voor iedereen. De deelnemers brengen hun expertise in als ervaringsdeskundige. Inwoners, gebruikers of betrokkenen zijn immers degene die een bepaalde situatie ervaren en kunnen er met kennis van zaken over spreken en oordelen. Het zorgt voor een confrontatie van verschillende ideeën en levert het bestuur andere, vernieuwende en bredere inzichten op. Participatie is tevens een leerproces waarbij we ook aandacht hebben voor groepen die minder kansen hebben tot participatie omwille van diverse redenen. Het blijft een uitdaging ook hen te bereiken en hiervoor dienen steevast inspanningen geleverd te worden, te bekijken per casus in overleg met verschillende diensten die het sociaal welzijn van mensen behartigen.
Artikel 5
Deelnemen aan betekent betrokkenheid, op initiatief van burgers of op initiatief van bestuurders, in processen van dialoog en brainstorm om zodoende een degelijk beleid te vormen. Het zorgt ervoor dat deelnemers hun blik verruimen door ideeën met anderen uit te wisselen. Participatie betekent op het einde van de rit een bredere gedragenheid van de genomen beslissing(en) en een gevoel van mede-eigenaarschap waardoor de legitimiteit van de keuzes versterkt wordt.
II. Spelregels
Artikel 6
Participatie loopt transversaal doorheen de organisatie. Alle stedelijke diensten denken participatief. De dienst Strategie, Kwaliteit en Participatie werkt ondersteunend voor de diensten en ontwikkelde een participatiehandleiding en participatiedraaiboek. Daarmee kan iedere dienst aan de slag om participatie in een bepaald project uit te voeren.
Artikel 7
In het participatieproces dient er sprake te zijn van een tijdslijn waarbij het voor de participanten duidelijk is wat ze wanneer in dit proces mogen verwachten en waar ze terecht kunnen voor meer informatie. Het heeft een duidelijk begin- en eindpunt. Om vooruit te geraken in een beslissingsproces zijn mijlpalen nodig. Het moet voor iedereen duidelijk zijn waar de meet ligt. Communicatie is de smeerolie van het participatieproces, dit om alles laagdrempelig en overzichtelijk te houden. Feedback is in deze trajecten essentieel.
Artikel 8
Met participatie wordt ingespeeld op de bestaande noden en behoeften bij de burgers. Het bestuur kiest voor positieve, constructieve participatie waarin alle partijen respectvol met elkaar omgaan. Transparantie en vertrouwen zijn hierbij van essentieel belang. Tijdens het volledige participatieproces wordt aan alle actoren de mogelijkheid geboden om hun standpunt te beargumenteren en daarover in dialoog te gaan om op die manier tot een gedragen voorstel te komen.
III. Voorstellen en vragen van burgers op de agenda van de gemeenteraad of raad voor maatschappelijk welzijn
Artikel 9
De inwoners hebben het recht om de door hen in een gemotiveerde nota nader omschreven voorstel en vraag over de stedelijke beleidsvoering en dienstverlening op de agenda van de gemeenteraad/raad voor maatschappelijk welzijn in te schrijven en dit agendapunt te komen toelichten. De indiening van dit voorstel of deze vraag dient aan een aantal voorwaarden te voldoen (cfr. artikel 10).
Voorstellen en vragen die een onderwerp betreffen dat geen stedelijke bevoegdheid is, zijn niet ontvankelijk. Worden ook niet beschouwd als voorstellen of vragen in de zin van deze bepalingen, ook al zou(den) de indiener(s) ze wel zo benoemen:
(1) het alleen maar aanbrengen van feiten, meningen of kritiek, zonder een duidelijk voorstel of vraag;
(2) vragen om informatie, inlichtingen, inzage of afschriften van bestuursdocumenten;
(3) aanvragen, bezwaren of beroepen in aangelegenheden waarvoor een specifieke aanvraag-, bezwaar- of beroepsprocedure bestaat;
(4) voorstellen of vragen met onredelijke, vage inhoud of beledigend taalgebruik.
De voorzitter van de raad maakt deze beoordeling. Hij kan de indiener om een nieuw geformuleerd voorstel/vraag verzoeken dat wel aan de ontvankelijkheidseisen voldoet.
Artikel 10
De raad behandelt het voorstel of de vraag die ondertekend is door ten minste 1% van de inwoners van Deinze, minstens 16 jaar oud op de datum van indiening. Het voorstel of de vraag wordt ingediend met een modelformulier (beschikbaar op de website van stad Deinze) en wordt schriftelijk gericht aan de voorzitter van de gemeenteraad/raad voor maatschappelijk welzijn, Brielstraat 2 te 9800 Deinze. De handtekeningen worden op dit modelformulier verzameld, samen met de naam, voornaam, geboortedatum en woonplaats van iedere ondertekenaar. De stad gaat na of aan deze volwaarden voldaan is.
Het voorstel of de vraag wordt in een gemotiveerde nota nader omschreven. Bij de nota kunnen nuttige stukken toegevoegd worden die de raad kunnen voorlichten.
Artikel 11
Het voorstel of de vraag moet minstens 20 kalenderdagen voor de dag van de vergadering van de betreffende raad bij de voorzitter van de gemeenteraad/raad voor maatschappelijk welzijn ingediend worden om in de eerstvolgende raad te kunnen worden behandeld, zoniet wordt het voorstel of de vraag behandeld op de daaropvolgende vergadering van de raad.
Artikel 12
De raad doet vooraf uitspraak over zijn bevoegdheid ten aanzien van het voorstel of de vraag. Binnen zijn bevoegdheid bepaalt de raad ook welk gevolg daaraan wordt gegeven en hoe dat wordt bekendgemaakt.
De raad kan de beslissing over het gevolg/antwoord verdagen naar de eerstvolgende vergadering en het ingediende voorstel of de vraag naar het college van burgemeester en schepen of naar een gemeenteraadscommissie verwijzen met het verzoek om over de inhoud ervan uitleg te verschaffen.
IV. Verzoekschriften
Artikel 13
Overeenkomstig artikel 28 van de Grondwet heeft iedere burger het recht verzoekschriften, door een of meer personen ondertekend, schriftelijk bij de organen van de gemeente en bij de organen van het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn in te dienen.
Een verzoek is een vraag om iets te doen of te laten. Uit de tekst van het verzoekschrift moet de vraag duidelijk zijn.
De organen van de gemeente zijn de gemeenteraad, het college van burgemeester en schepenen, de voorzitter van de gemeenteraad, de burgemeester, de algemeen directeur en elk ander orgaan van de gemeente dat als overheid optreedt. Voor het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn geldt een analoge regeling.
Een verzoekschrift dat een onderwerp betreft dat geen stedelijke bevoegdheid is, is niet ontvankelijk. Wordt ook niet beschouwd als verzoekschrift in de zin van deze bepalingen, ook al zou(den) de indiener(s) het wel zo benoemen:
(1) het alleen maar aanbrengen van feiten, meningen of kritiek, zonder een duidelijk verzoek;
(2) vragen om informatie, inlichtingen, inzage of afschriften van bestuursdocumenten;
(3) aanvragen, bezwaren of beroepen in aangelegenheden waarvoor een specifieke aanvraag-, bezwaar- of beroepsprocedure bestaat;
(4) onredelijke, vage inhoud of beledigend taalgebruik.
Het orgaan, of de voorzitter van het orgaan, maakt deze beoordeling. Hij kan de indiener om een nieuw geformuleerd verzoekschrift vragen dat wel aan de ontvankelijkheidsvoorwaarden voldoet.
Om een verzoekschrift op de agenda van de gemeenteraad of de raad voor maatschappelijk welzijn te plaatsen, gelden dezelfde bepalingen als voor de vragen en voorstellen, zie artikel 10, artikel 11 en artikel 12.
Artikel 14
Het verzoekschrift wordt ingediend bij de dienst Bestuurszaken, Brielstraat 2, 9800 Deinze. Dit kan schriftelijk of digitaal met een modelformulier beschikbaar op de website van stad Deinze.
Indiening gebeurt met vermelding van naam, voornaam, adres en e-mail van de indiener. Als er meerdere indieners zijn, moet voor allen naam, voornaam en adres staan, waarbij voor de eerste indiener ook het e-mailadres vermeld wordt.
Het verzoekschrift wordt in een gemotiveerde nota nader omschreven. Men voegt alle nuttige informatie of stukken bij voor een juiste beoordeling van wat precies voorgesteld of gevraagd wordt.
Wanneer het verzoekschrift door meerdere personen is ingediend, ontvangt de eerste indiener een ontvangstmelding met vermelding welk orgaan het verzoekschrift zal behandelen.
Artikel 15
De verzoeker of, indien het verzoekschrift door meerdere personen ondertekend is, de eerste indiener van het verzoekschrift, kan worden gehoord door het betrokken orgaan van de gemeente. In dat geval heeft de verzoeker of de eerste indiener van een verzoekschrift het recht zich te laten bijstaan door een persoon naar keuze.
Artikel 16
Het betrokken bestuursorgaan bezorgt voor het door hem te behandelen verzoekschrift een gemotiveerd antwoord binnen de drie maanden na indiening aan de indiener of, wanneer door meerdere personen ondertekend, aan de eerste indiener.
V. Adviesraden
Artikel 17
De gemeenteraad bepaalt welke stedelijke adviesraden officieel ingesteld worden met als opdracht het stadsbestuur op regelmatige en systematische wijze te adviseren.
De gemeenteraad stelt voor elke adviesraad statuten vast, met daarin een nadere aanduiding van het adviesdomein, de wijze van samenstelling, de voornaamste werkingsregels alsook afsprakennota.
Artikel 18
De wijze van samenstelling wordt door de gemeenteraad bepaald in functie van voldoende representativiteit voor het betrokken domein.
Gemeenteraadsleden en leden van het college van burgemeester en schepenen kunnen geen stemgerechtigd lid zijn. Ten hoogste twee derde van de leden van een adviesraad mag van hetzelfde geslacht zijn. Als dat niet het geval is, kan niet op rechtsgeldige wijze advies worden uitgebracht. (cfr. artikel 304,§3 DLB)
Artikel 19
Aan iedere adviesraad wordt een werkingssubsidie ter beschikking gesteld voor een vlotte werking en uitvoering van de adviesopdracht. Voorts is er ook een administratieve en logistieke ondersteuning.
Artikel 20
Voor adviesraden die door een specifieke hogere regelgeving ingesteld zijn, gelden de betreffende hogere voorschriften inzake taak, bevoegdheid, samenstelling en werking.
Artikel 21
Adviesraden dienen een transparante werking te garanderen, dit zowel naar burgers als bestuur. Voor burgers moet het duidelijk zijn wat de doelstelling is van iedere adviesraad en wat hun voornaamste werking is. Iedere adviesraad dient uiterlijk 1 maand na de laatste vergadering een goedgekeurd verslag van deze vergadering te voorzien. De goedgekeurde notulen worden vervolgens zo snel mogelijk doorgegeven aan de dienst communicatie, dit voor publicatie op de website van stad Deinze.
VI. Klachtenbehandeling
Artikel 22
De gemeenteraad en de raad voor maatschappelijk welzijn organiseren bij reglement een systeem van klachtenbehandeling. Het klachtenreglement voor stad Deinze en OCMW Deinze werd goedgekeurd in de gemeenteraad van 24 januari 2019.
VII. Gemeentelijke volksraadpleging
Artikel 23
Voor gemeentelijke volksraadplegingen, op initiatief van de gemeenteraad of op verzoek van de inwoners, gelden de voorwaarden en de organisatieregels van de artikelen 305 tot en met 325 Decreet Lokaal bestuur en de uitvoeringsbesluiten daaromtrent
VIII. Andere vormen van participatie
Artikel 24
Participatie is maatwerk. Het stadsbestuur of andere initiatiefnemers organiseren zowel over algemene thema’s als over specifieke dossiers participatievergaderingen, infomarkten, enquêtes, … De praktische organisatie hiervan (methodieken, doelpubliek, aantal fasen, digitaal of analoog, …) gebeurt in functie van de beoogde doelstelling. Ook de kanalen en de inhoud van de boodschappen zijn aangepast aan zowel het onderwerp als de doelgroep(en).
Artikel 25
Stad Deinze heeft een deliberatief burgerpanel: ‘De Deinse Denkers’. 26 burgers vormen een representatief burgerpanel, geselecteerd op basis van een objectieve loting. De meerwaarde van een burgerpanel ligt in advisering rond complexe thema’s, met lange termijnimplicaties, en het verbeteren van de dienstverlening.
Adviezen van het burgerpanel behouden een adviserend karakter. Deze adviezen zijn niet bindend.
Een burgerpanel vraagt voorbereiding, uitvoering en nazorg. Dit is de verantwoordelijkheid van de dienst Strategie, Kwaliteit en Participatie.
Artikel 26
Stad Deinze beschikt over een online participatieplatform. Het stadsbestuur gebruikt dit platform om online te peilen naar de meningen en ideeën van inwoners over bepaalde onderwerpen.
Dit platform kan worden ingezet voor allerhande inspraakprocessen: ideeën ophalen, stemmen, discussiëren, enquêtes, polls, openbare onderzoeken, scenarioplanning, enzovoort.
Het bestuur publiceert op dit platform onderwerpen waarover burgers - op welke manier dan ook - hun mening kunnen geven. Dit kunnen projecten, buurten, thema's of algemene uitdagingen zijn.
Artikel 27
Openbare onderzoeken die voorgeschreven zijn door bijzondere regelgevingen (vb. inzake ruimtelijke ordening) worden georganiseerd overeenkomstig de bijzondere bepalingen daaromtrent.
IX. Slotbepalingen
Artikel 28
Dit reglement treedt onmiddellijk in werking na goedkeuring.
Artikel 29
Dit besluit wordt in uitvoering van artikel 286§1 van het Decreet Lokaal Bestuur bekend gemaakt via de lijst van de besluiten van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad.
Artikel 1
De gemeenteraad keurt het aangepaste participatiereglement van stad Deinze/OCMW Deinze goed, dit in toepassing van artikel 304 §5 DLB.
Artikel 2
Dit besluit van de gemeenteraad en de inhoud ervan wordt bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 286 § 1, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikelen 217 tot en met 220 met betrekking tot organisatiebeheersing.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
2024_Rapport Organisatiebeheersing.
2024_Verbeterinstrument_31_12_2024.
2025_06_GR_ppt_organisatiebeheersing2024.
OB_2024_federale enquête woon-werkverkeer.
OB_2024_Resultaten bevraging kinderopvang.
OB_2024_Resultaten oudertevredenheidsenquête.
OB_2024_Tevredenheidsmetingen digidummy.
OB_2024_Themaudit - geldmiddelen - Deinze.
OB_2024_WZC Karel Picque - berekening kappa.
OB_2024_ZI-2024-03711 Verslag zorginspectie.
Artikel 219 uit het decreet over het lokaal bestuur bepaalt dat er jaarlijks aan de gemeenteraad gerapporteerd wordt over organisatiebeheersing.
De rapportering 2024 werd opgemaakt en betreft de stad, het OCMW en het AGB.
Het rapport organisatiebeheersing 2024 staat stil bij:
Deze beslissing valt niet onder de visumplicht en heeft geen financiële gevolgen.
Artikel 1
De gemeenteraad neemt kennis van het rapport organisatiebeheersing 2024.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Peter Parmentier (raadslid), Jan Vermeulen (schepen), Kristof Van den Berghe, Bart Vermaercke, Olaf Evrard (raadsleden)
De gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994, artikel 170, § 4.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikelen 41, 2de lid, 14°, over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Voor het gebruik van het kerkgebouw van Poesele wordt een gebruiksreglement ter goedkeuring voorgelegd aan de gemeenteraad.
Het gebruiksreglement organiseert het gebruik door Het Land van Nevele vzw en de terbeschikkingstelling aan derden via Verenigingsleven Poesele vzw.
Het bestaande reglement, geldig tot 30 juni 2025, wordt verlengd tot 31 december 2031.
In artikel 5 is een verduidelijking toegevoegd op vraag van Het Land van Nevele vzw over het verbod op de verkoop van dranken en voeding. Dit verbod is van toepassing op de activiteiten via terbeschikkingstelling aan derden door Verenigingsleven Poesele vzw en niet op de activiteiten van Het Land van Nevele vzw.
Deze beslissing valt niet onder de visumplicht en heeft geen financiële gevolgen.
Gebruiksreglement kerkgebouw Poesele
Door de stad Deinze wordt ten aanzien van de Heemkundige Kring Het Land van Nevele vzw (vanaf 12 oktober 2023 Erfgoedvereniging Het Land van Nevele vzw), 0419.304.769, met administratieve zetel te Peperstraat 7, 9800 Deinze en Verenigingsleven Poesele vzw, 0458.873.742, met administratieve zetel te Beentjesstraat 36, 9850 Deinze onderstaand gebruiksreglement bepaald.
Gebouw en materialen
Artikel 1
Dit reglement organiseert het gebruik van het kerkgebouw van Poesele, gelegen te Poeseledorp 1A 9850 Deinze.
Het gebouw bestaat uit:
• een centrale ruimte of middenbeuk
• een linkerzijbeuk
• een rechterzijbeuk
• de sacristie
• een bergruimte
• sanitaire voorzieningen
De buitenomgeving maakt geen onderdeel uit van dit reglement, deze blijft vrij en in beheer van de stad.
Artikel 2
In het gebouw zijn volgende materialen, eigendom van de stad, aanwezig:
• tafels en stoelen
• opbergkasten
• tentoonstellingskasten
• tentoonstellingsmateriaal
Deze materialen maken onderdeel uit van het gebruiksreglement en staan ter beschikking van alle gebruikers van het gebouw. De inrichting van het gebouw kan niet worden gewijzigd zonder voorafgaande toestemming van de stad Deinze.
Doel van het gebruik
Artikel 3
Het gebouw kan in hoofddoel worden gebruikt voor de werking van Het Land van Nevele vzw met inbegrip van de huisvesting van het Erfgoedcentrum Het Land van Nevele en voor de terbeschikkingstelling aan derden via Verenigingsleven Poesele vzw.
Artikel 4
Het Land van Nevele vzw kan in het gebouw de eigen collectie bewaren, publiek ontvangen, tentoonstellingen en lezingen organiseren, vergaderen en alle andere activiteiten organiseren eigen aan hun werking.
Artikel 5
Verenigingsleven Poesele vzw mag de centrale ruimte en/of middenbeuk van het kerkgebouw ter beschikking stellen van derden via een kalendersysteem na overleg met en toestemming van Het Land van Nevele vzw. Dit wordt enkel toegestaan voor tentoonstellingen en culturele activiteiten, niet voor feestgebruik. De verkoop van dranken en voeding tijdens activiteiten van derden is niet toegestaan.
Artikel 6
De stad Deinze heeft steeds toegang tot het kerkgebouw zonder de werking van de gebruikers te verstoren. De stad kan mits afspraak met Het Land van Nevele vzw en Verenigingsleven Poesele vzw gratis gebruik maken van het kerkgebouw. In dat geval staat de stad tijdens deze activiteiten zelf in voor klaarzetten, beheren en poetsen van het gebouw.
Artikel 7
Het Land van Nevele vzw staat in voor het beheer van de permanente tentoonstellingsruimte en -materialen en het publiek ontsluiten van het religieus erfgoed dat volgens het herbestemmingsplan ter plaatse moet bewaard worden.
Artikel 8
Het Land van Nevele vzw en Verenigingsleven Poesele vzw mogen deze bestemming niet wijzigen zonder de schriftelijke en voorafgaandelijke toestemming van de stad Deinze te hebben verkregen.
Kosten en vergoedingen
Artikel 9
De vergoeding voor het gebruik door Het Land van Nevele vzw bedraagt € 50 per maand of € 600 per jaar. Aan Verenigingsleven Poesele vzw wordt geen gebruiksvergoeding gevraagd.
Artikel 10
Verenigingsleven Poesele vzw mag de centrale ruimte of middenbeuk van het kerkgebouw tegen betaling en voor eigen rekening ter beschikking stellen van derden volgens voorwaarden en prijzen gelijklopend aan het Poesele Ontmoetingscentrum (POC). Verenigingsleven Poesele vzw ontvangt hiervoor een nominatieve subsidie zoals die is vastgelegd in het meerjarenplan van de stad Deinze.
Artikel 11
De stad Deinze staat in voor het algemeen onderhoud van het kerkgebouw en de kosten van elektriciteit, gas, water en internet. Het Land van Nevele vzw en Verenigingsleven Poesele vzw staan in voor het basisonderhoud en de schoonmaak van de ruimtes, meubilair en uitrusting en het duurzaam verzamelen en het afvoeren van afval. Het Land van Nevele vzw doet dit voor het eigen gebruik, Verenigingsleven Poesele vzw in geval van ter beschikking stelling aan derden.
Artikel 12
De stad Deinze betaalt alle heffingen en belastingen die door de staat, de gemeenschap, het gewest, de provincie of de gemeente op deze eigendom worden geheven.
Schade, onderhoud en verzekeringen
Artikel 13
Het Land van Nevele vzw en Verenigingsleven Poesele vzw aanvaarden het gebouw in de staat waarin het zich bevindt en verbinden zich ertoe het goed in dezelfde staat terug te geven als deze waarin hij dit ontvangen heeft, met uitzondering van de door slijtage en ouderdom ontstane schade en behoudens verbeterings- en veranderingswerken waartoe toestemming is gegeven.
Artikel 14
De stad Deinze is verplicht het terbeschikkinggestelde goed in zodanige staat te onderhouden dat het kan dienen tot het gebruik zoals is bepaald in dit gebruiksreglement. Het Land van Nevele vzw en Verenigingsleven Poesele vzw zijn verplicht de gebreken of schade onmiddellijk te melden aan de stad Deinze. Alle herstellingen die noodzakelijk zijn geworden na foutief gedrag door de Het Land van Nevele vzw en Verenigingsleven Poesele vzw blijven ten laste van henzelf.
Artikel 15
De stad Deinze verzekert het gebouw tegen brand en aanverwante risico’s. In de verzekeringspolis wordt een afstand van verhaal voorzien tegenover de gebruiker, het verhaal van kwaadwilligheid is uitgesloten. De stad Deinze neemt geen verantwoordelijkheid op zich voor schade aan goederen en materiaal van derden.
Veiligheid en andere bepalingen
Artikel 16
De instructies inzake (brand)veiligheid dienen steeds opgevolgd te worden. Alle aanwezige voorzieningen inzake brandveiligheid (brandblussers, haspels, evacuatieplannen, alarmknoppen, interventieweg, ...) in het gebouw moeten te allen tijde gemakkelijk bereikbaar blijven en mogen in geen enkel geval verwijderd of verborgen worden.
Artikel 17
Het maximum aantal toegelaten personen in het volledige kerkgebouw bedraagt 200.
Artikel 18
Er is een totaal rookverbod (met inbegrip van de e-sigaret) in het gebouw. Het is verplicht toe te zien op de actieve naleving van het rookverbod.
Artikel 19
Er zijn geen dieren toegelaten in het gebouw, met uitzondering van assistentiedieren in functie. De toegang van blinden en slechtzienden begeleid door assistentiedieren mag in geen enkel geval geweigerd worden.
Artikel 20
Om de twee jaar zullen de verschillende partijen samen het gebruik evalueren en desgevallend de werking bijsturen. Het door dit reglement geregelde gebruik kan te allen tijde eenzijdig door een van de betrokken partijen worden stopgezet.
Artikel 1
Er wordt voor een termijn aanvangend 1 juli 2025 en eindigend op 31 december 2031 een gebruiksreglement voor de terbeschikkingstelling van het kerkgebouw van Poesele goedgekeurd.
Artikel 2
Dit besluit en de inhoud ervan wordt bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 286 § 1 en artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het lokaal bestuur, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het verslag van de Algemene Vergadering van de Interlokale Vereniging Burensportdienst Leiestreek van 23 april 2025.
De powerpoint presentaties van 23 april 2025 van de Burensportdienst en Sport Vlaanderen.
Het ontwerp van de aangepaste overeenkomst.
Op 23 mei 2019 keurde de gemeenteraad de gewijzigde overeenkomst Interlokale Vereniging Burensportdienst Leiestreek goed. Door de fusie van Nazareth en de Pinte en de inkanteling van de boekhouding van de vereniging in die van de Stad Deinze moet de overeenkomst aangepast worden. De stad Deinze treedt op als beherende gemeente van deze Interlokale Vereniging voor de legislatuur 2025 - 2031.
In de Algemene Vergadering van 23 april 2025 werd het jaarverslag 2024 en het programma en de begroting van 2025 goedgekeurd. De jaarrekening 2024 werd voorlopig goedgekeurd en zal in september voorgelegd worden aan de gemeenteraad.
Deze beslissing valt niet onder de visumplicht en heeft geen financiële gevolgen.
Artikel 1
Het jaarverslag van de Interlokale Vereniging Burensportdienst Leiestreek wordt goedgekeurd.
Artikel 2
De aangepaste overeenkomst wordt goedgekeurd.
Artikel 3
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen).
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het lokaal bestuur, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het inhoudelijk verslag van het Lokaal Activeringspact 1.
Het financieel verslag van het Lokaal Activeringspact 1.
De subsidieoproep Lokaal Activeringspact van de Vlaamse Regering had als doel lokale besturen financieel te ondersteunen die extra inspanningen leveren om leefloongerechtigden te activeren. De eerste subsidieoproep is inmiddels afgerond. Ter afsluiting van deze periode dient een eindrapport te worden opgesteld, dat zowel een inhoudelijk als een financieel eindverslag omvat. De gemeenteraad wordt verzocht beide verslagen goed te keuren.
Om in aanmerking te komen voor deze subsidie diende het lokaal bestuur van Deinze een uitstroom naar werk te realiseren die hoger ligt dan het Vlaamse gemiddelde van 20%. Dit hield concreet in dat, bovenop de gemiddelde jaarlijkse uitstroom van 60 personen met een leefloon, bijkomend 52 personen duurzaam naar werk moesten worden begeleid. Het OCMW van Deinze moest in totaal dus 112 personen activeren over de periode 2023-2024.
In samenwerking met VDAB werd een plan van aanpak uitgewerkt dat diverse acties omvatte ter ondersteuning van het uitstroomengagement.
Tijdens de projectperiode wist het OCMW 93 personen effectief naar de arbeidsmarkt toe te leiden. Hoewel hiermee een substantiële inspanning werd geleverd, werd het vooropgestelde uitstroomdoel niet volledig bereikt, waardoor de volledige subsidie niet werd toegekend. Wel werd een gedeeltelijke subsidie van €33.000 ontvangen, waarmee de loonkost van de bijkomende halftijdse arbeidstrajectbegeleider volledig kon gefinancierd worden.
Intussen werd ingetekend op de tweede oproep van het Lokaal Activeringspact. Op basis van de ervaringen en inzichten uit de eerste oproep zullen de acties worden bijgestuurd met als doel het behalen van de nieuwe volledige uitstroomdoelstelling.
budget |
exploitatie |
jaar |
2024 |
beleidsitem |
090400 - Activering van tewerkstelling |
algemene rekening |
740841 |
actie |
20164 Het activeren van steuntrekkers via tewerkstelling |
krediet |
€33.000 |
Artikel 1
De gemeenteraad keurt het inhoudelijke en financiële eindverslag in het kader van het Lokaal Activeringspact 1 goed.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen).
Hugo Schaeck (raadslid), Jan Vermeulen (schepen), Bart Vermaercke (raadslid)
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het lokaal bestuur, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het aanvullend agendapunt van raadslid Hugo Schaeck.
Bij mijn laatste bezoek aan het oorlogsmonument in Vinkt, besefte ik hoe weinig ik wist van de andere Martelaarsdorpen.
Ik stond ooit reeds bij 2 monumenten, in Bande en in d'Ascq, zonder te beseffen dat zij ook een Martelaarsdorp waren!
De bezoeker in Vinkt ziet nu de gebeitelde namen, maar weet daar meestal niets over.
QR-codes zouden hier zeer interessant kunnen zijn; of één code per dorp, of gecentraliseerd... Uiteraard met medewerking van VZW Vinkt mei 1940, en van onze erfgoedverenigingen. Na fusie verdween de website "Nevele.be", en sedert 6 jaar scant men nu tevergeefs die codes in. Graag om ook die codes actief te maken. De Erfgoedvereniging Het Land van Nevele heeft nog die informatie.
Regelgeving:
Financiële impact:
miniem
Besluit:
We vragen aan het college om hier werk van te maken.
Artikel 1
De gemeenteraad gaat akkoord om op de website een link te voorzien met een verwijzing naar de martelaarsdorpen.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen).
Karlien De Paepe (raadslid), Rutger De Reu (burgemeester), Bart Vermaercke, Matthias Neirynck (raadsleden)
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het lokaal bestuur, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het aanvullend agendapunt van raadslid Karlien De Paepe.
Toelichting:
Om de bereikbaarheid van contant geld te waarborgen, wordt ingezet op het verbeteren van de landelijke dekking van geldautomaten.
Motivatie:
Hansbeke, Merendree en Landegem hebben momenteel geen punten waar cash uit de muur kan worden gehaald. Het laatste punt was Crelan/Axa in de Stationsstraat (Landegem) maar dat is ook recent gesloten. • In het verleden is er nationaal een dekkingsplan opgemaakt door de vereniging van banken met daarop de toekomstige locaties van cashpunten van Batopin. Maar de gemeenten ten noorden van Deinze waren daar niet bij gerekend. De vermoedelijke reden was dat dit een afspraak is tussen alle banken (dus niet alleen de Batopin banken) en dat op dat moment er nog een geldautomaat was van de Axa bank in Landegem. Het probleem was toen dus minder nijpend. • Bij een specifieke vraag aan Batopin waarom er nu toch geen geldautomaat komt in Landegem is het antwoord dat het Batopin zijn probleem niet is gezien zij de gemaakte afspraken wel zijn nagekomen .
Resultaat, Batopin werkt zijn eigen plan af en zal binnenkort nog twee nieuwe openen in Deinze. Er is een bijkomend punt voorzien in Bachte -Maria- Leerne en nog één in Astene. Beide nieuwe punten lossen het probleem niet op van /Hansbeke/Merendree /Landegem terwijl bovendien deze nieuwe punten behoorlijk dicht liggen bij de kern van Deinze waar al meerdere automaten zijn.
Vermoeden is dat Batopin, wanneer Deinze daar uitdrukkelijk om vraagt, daar wel zou kunnen op in gaan gezien ze ook het probleem wel zien , na de sluiting begin dit jaar van het laatste geldautomaat . • Bovendien leidt het tot een gelijkmatige en vooral correctere spreiding van geldautomaten, en zal de blinde vlek, ten noorden van Deinze kunnen opgelost worden .
Landegemdorp is een levendig dorp vlak naast Merendree en Hansbeke met veel trafiek. Alhoewel het een sporthal, containerpark, bibliotheek, cultuurhuis de Klaproos, treinstation, boerenmarkt en heel wat handelaars gevestigd zijn, en bovendien op de kruising van twee relatief drukke dorpsassen (Drongen <> Hansbeke en Vosselare<> Merendree) ligt, zou een geldautomaat daar een toplocatie kunnen worden .
We mogen het bloeiende verenigingsleven in deze dorpen niet vergeten te vermelden, en in het bijzonder de senioren, die tijdens hun wekelijkse bijeenkomsten regelmatig geconfronteerd worden met het tekort aan contant geld."
Vergunningsgewijs kan het bestuur van Deinze daar ook op sturen, en dus een duidelijk standpunt over in nemen, om een egalere bediening van Hansbeke /Landegem/Merendree te bewerkstelligen.
Regelgeving:
Financiële impact:geen
Besluit:
De gemeenteraad verzoekt het college om op korte termijn maatregelen te nemen die bijdragen aan het oplossen van het tekort aan geldautomaten in Hansbeke, Merendree en Landegem , met als doel de volledige bevolking van Deinze , een vlotte en gelijkwaardige toegang tot geldautomaten te garanderen.
Artikel 1
Het agendapunt is verworpen.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen).
Matthias Neirynck (raadslid), Jan Vermeulen (schepen), Peter Parmentier (raadslid), Tess Minnens (voorzitter), Bart Vermaercke, Annick Verstraete, Hugo Schaeck (raadsleden)
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het lokaal bestuur, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het aanvullend agendapunt van raadslid Matthias Neirynck.
Toelichting
De gemeenteraad voorziet voor elk gezin uit Deinze een “krediet” van €10 om groenafval aan te bieden op een recyclagepark op grondgebied Deinze. Dit komt overeen met een totaalgewicht van 250 kg aan zacht groenafval. Dit om de inwoners te stimuleren om hun eigendom verder te ontharden en te vergroenen en klimaatbestendiger te maken.
Regelgeving
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het lokaal bestuur, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Financiële impact
In het meerjarenplan wordt een krediet van 20000 euro voorzien in de exploitatie.
Motivatie
Vlaanderen is één van de meest verharde gebieden van Europa. Vandaag is in Deinze meer dan 17% van de oppervlakte verhard en als we zo doorgaan is dat in 2050 meer dan 20%. Daardoor ontstaat onder meer een groter risico op overstromingen, minder waterinfiltratie, meer warmte in het stadscentrum, minder CO2-opslag door planten en de bodem, en een verlies aan biodiversiteit. Daarom werd er via verschillende kanalen een oproep gedaan om te ontharden. Ontharding wil ook zeggen dat er een alternatief in de plaats moet komen, want braakligging leidt tot de ontwikkeling van onkruid. Vergroening wil echter ook zeggen dat er groenafval gecreëerd wordt. Hoewel groenafval in deze eigenlijk niet de juiste term is. Dat men in Deinze het principe van “de vervuiler betaalt” hanteert is correct, maar in het geval van groenafval niet rechtvaardig. Wie de moeite doet om te ontharden moet daar niet voor gestraft maar beloond worden. Bovendien is het tarief voor het aanbieden van groenafval in een recyclagepark op grondgebied Deinze in vergelijking met de omliggende steden en gemeenten veel hoger. Daarom stelt de gemeenteraad het volgende voor:
Besluit
Artikel 1
De stad voorziet een krediet van €10 per gezin uit Deinze om zacht groenafval aan te bieden aan een recyclagepark op grondgebied Deinze. Dit komt overeen met het aanbieden van 250 kg zacht groenafval.
Artikel 2
De gemeenteraad gelast het schepencollege met de uitwerking van de verwerking van het krediet op de respectievelijke recyclageparken. Artikel 3 Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017).
Artikel 1
Het agendapunt is verworpen.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen).
Kristof Van den Berghe (raadslid), Sofie D'hondt (schepen), Peter Parmentier (raadslid)
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen over het lokaal bestuur, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het aanvullend agendapunt van raadslid Kristof Van den Berghe.
Regelgeving
Vlarem II, rubriek 32.8.2.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017, artikelen 40 en 41 over de bevoegdheden van de gemeenteraad.
Bijlagen
Motivering
In 2020 begon ik m’n agendapunt als volgt; “deze zomer was een uitzonderlijke situatie; veel mensen zijn thuis door COVID 19 en anderzijds was er de extreme hittegolf waardoor veel mensen verkoeling zoeken (met de nodige druk op de ketel als gevolg)”
In juni 2023 spraken we niet meer over uitzonderlijke zomers en kwam er een hek rond de blaarmeersen. Gelukkig wijzigde ondertussen de gedachten rond openwater zwemmen en kwamen de neuzen, uitzonderlijk in België en Vlaanderen, allemaal in dezelfde richting. De wetgeving werd onder aanvuren van Groen en verschillende sportverenigingen door Ovld & Nva aangepast en open water zwemmen werd gepromoot.
Ons agendapunt; zie onderstaand werd in 2023 hier op de gemeenteraad principieel goedgekeurd;
In 2024 werd het akkoord gegeven om deel te nemen aan het proefproject van het Lokaal Netwerk Sportbeleid met als doel het realiseren van plaatsen voor zwemmen in open water. Tot op heden zonder terugkoppeling naar de GR en bevolking.
We zijn ondertussen 2 jaar verder; de eerste warme dagen en massale files met overlast aan zee hebben we dit jaar achter de rug en ondertussen is ook Cd&v en minister Brouns fan van open water zwemmen.
In Gent start 12 & 13 juni een proefproject rond open water zwemmen in de stad en worden verschillende andere pistes onderzocht.
Vorig jaar werd er lokaal geopperd dat er verschillende plaatsen in aanmerking kwamen en we binnenkort meer zouden horen.
Uiteraard had ik m'n vervolgvraag klaar tot er vorige maand in de krant een artikel verscheen; dat jammer genoeg weinig duidelijkheid bracht; er is een bezwaar voor een (stuk?hele?) potentiële site (dixit burgemeester De Reu) en het kan veel geld kosten (dixit schepen D'hondt).
Vandaar hetzelfde agendapunt als in 2020/2023 maar deze keer met bijbehorende timing en feedback naar de gemeenteraad.
Artikel 1
Het stadsbestuur maakt in 2025 het betreden van het water in Maaigemdijk veiliger en onderzoekt of het zwemwater zonder beheerder kan worden.
Artikel 2
Openwater zwemzones worden uitgewerkt in de verder gelegen deelgemeenten; bvb. Eiland Merendree; afgesneden arm kanaal, Merendree put, Grammene/Gottem. Het stadsbestuur rapporteert in 2025 haar doelstellingen en brengt halfjaarlijks verslag over vorderingen.
Artikel 3
Zwemmen/verkoelen in de stad en dorpskernen ontwikkelen; Leie aan de kades in de stad (zie Brugge, Kortrijk), tijdelijke fonteinen, etc. Het stadsbestuur rapporteert in 2025 haar doelstellingen en brengt halfjaarlijks verslag over vorderingen.
Artikel 1
Het agendapunt wordt niet ter stemming voorgelegd.
Artikel 2
Dit besluit wordt bekendgemaakt via de besluitenlijst van de gemeenteraad op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 285 § 1, 1° en § 3, artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen).
Bart Vermaercke, Freija Dhondt (raadsleden), Rutger De Reu (burgemeester), Conny De Spiegelaere (schepen), Karlien De Paepe (raadslid), Jan Vermeulen (schepen), Matthias Neirynck (raadslid), Sofie D'hondt, Johan Cornelis (schepenen), Bart Vermaercke (raadslid)
Raadslid Freija Dhondt
Gezonde maaltijden op school (1)
De Vlaamse regering investeert jaarlijks tot 70 miljoen euro in gezonde voeding op kleuter- en basisscholen, goed voor zo’n 170 euro per kind per jaar. Dit initiatief, op voorstel van minister Caroline Gennez, wil elk kind toegang geven tot gezonde maaltijden op school – cruciaal voor hun ontwikkeling, leerprestaties en welzijn. Ook onze stad komt hiervoor in aanmerking. Scholen kunnen zelf kiezen hoe ze het budget inzetten: van fruit en soep tot een warme maaltijd. De lokale bijdrage bedraagt 73 euro per kind. Dit is een unieke kans om gezondheidskansen te vergroten en ouders te ontlasten.
Vraag(+eventuele deelvragen):
Automatische rechtentoekenning (2)
Gezinnen met kinderen met een beperking hebben vaak recht op verschillende premies, maar botsen op een zware administratieve last. Dankzij een proefproject van het Agentschap Uitbetaling Groeipakket kunnen steden en gemeenten nu automatisch premies toekennen op basis van gegevens uit het Groeipakket. Dit bespaart gezinnen veel tijd en voorkomt dat mensen uit de boot vallen door onwetendheid of administratieve drempels. Gemeenten zoals Wingene hebben positieve ervaringen met deze automatische toekenning. Het systeem is nu beschikbaar voor alle steden en gemeenten in Vlaanderen.
Vraag(+eventuele deelvragen):
Raadslid Karlien De Paepe
Bloemen in het straatbeeld: een vergeten traditie? (3)
Vroeger kleurden houten bloembakken de dorpspleinen in alle deelgemeenten. Ze brachten leven, sfeer en een gevoel van verbondenheid. Vandaag lijken veel dorpen kaal en grijs. Nochtans hebben bloemen een bewezen positieve impact op het welzijn van bewoners en bezoekers. Ze zorgen voor een warm welkom, verhogen de leefkwaliteit en dragen bij aan een aantrekkelijk straatbeeld.
Vraag(+eventuele deelvragen):
Raadslid Matthias Neirynck
Stand van zaken dossier heropstart KMSK Deinze (4)
Op de gemeenteraad van maart deed ik het voorstel om als stadsbestuur een heropstart van de voetbalploeg KMSK Deinze te bespoedigen door zelf het initiatief te nemen en alle betrokken partners rond de tafel te brengen.
Vraag(+eventuele deelvragen):
Werken aan de brug in Brugstraat en aanleg fietspad (5)
Sedert begin deze maand zijn er dringende herstellingswerken aan de brug in de Brugstraat tussen Machelen en Grammene. Hierdoor is de straat bijna volledig afgesloten voor alle verkeer. Dit bood mogelijkheden om voorbereidende werken te doen voor de aanleg van het langverwachte fietspad langs de Brugstraat.
Vraag(+eventuele deelvragen):
Raadslid Matthias Neirynck
Overlast in het Lambeekstraatje en de site Oude Kale vallei (7)
Er is een site in de Oude Kale vallei die toegankelijk is via het Lambeekstraatje waar Natuurpunt volgende tracht te realiseren, onder andere met behulp van het burgerbudget aan geboden door stad Deinze. Het betreft het verhogen van de natuurkwaliteit, zowel op land als in het water en de creatie van geschikte abiotische uitgangscondities voor de hele gradiënt van nat naar droog. Daarnaast ook een aanzet tot herstel van het ecologisch evenwicht in de voormalige zandwinningsput door de aanleg van ondiepere zone en oevervegetatie. De aanwezigheid van waterplanten is cruciaal voor het herstel van helder waterecosysteem. Dit staat echter in schrik contrast met wat daar vandaag de dag aan het gebeuren is. De buurtbewoners trachten via verschillende kanalen hun verzuchtingen mee te geven maar alles valt op een koude steen. Die verzuchtingen betreffen onder meer het gegeven van regelmatig geluidsoverlast. Gemotoriseerd verkeer langs een trage weg waar kinderen spelen. Een algemene toename van het onveiligheidsgevoel, wildkamperen en noem maar op. Daarom heb ik hierover volgende vragen:
Vraag(+eventuele deelvragen):
Raadslid Bart Vermaercke
Arabische lessen voor kinderen in stadsgebouwen (8)
De stad verhuurt sinds geruime tijd aan een private vzw lokalen voor het organiseren van Arabische lessen voor kinderen (7 – 16 jaar). In de notulen van 10.01.23 lezen we: “Omdat het een privé-initiatief betreft, is er geen toezicht op de inhoud en kwaliteit van de lessen. Dat bemoeilijkt het uitzonderlijke gebruik van lokalen omwille van de educatieve functie. Het gebruik van gemeenschapszalen volgens de geldende retributiereglementen is geen probleem, maar brengt een structurele bezetting van een zaal met zich mee. Er is op dit moment geen retributiereglement en bijgevolg geen mogelijkheid om het gebouw te gebruiken door particulieren. Wanneer de lessen Arabisch in het RAC kunnen georganiseerd worden, is duidelijkheid nodig over welke andere privé-initiatieven al dan niet in het RAC kunnen plaatsvinden.” Toch beslist het college in die zitting: “De vereniging xxxx kan gebruik maken van een ruimte in het RAC gebouw voor de organisatie van lessen Arabisch. “ In collegebesluit van 30 mei lezen we dat “Vzw xxxx kan gebruik maken van 4 lokalen op de derde verdieping van het RAC voor de organisatie van lessen Arabisch voor kinderen op zondag.” De hele derde verdieping werd dus hiervoor gebruikt. Met de komst van de (tijdelijke) bibliotheek zou wel een plaatsgebrek ontstaan (CBS van 22 oktober 2024)
Vraag(+eventuele deelvragen):
Enig artikel
De mondelinge vragen worden beantwoord.
De voorzitter sluit de zitting op 19/06/2025 om 23:33.
Namens gemeenteraad,
Stefanie De Vlieger
algemeen directeur
Tess Minnens
voorzitter van de gemeenteraad