De gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994, artikel 173.
De wet van 13 april 2019 tot invoering van het wetboek van de minnelijke en gedwongen invordering van fiscale en niet-fiscale schuldvorderingen.
De wet van 4 mei 2023 houdende invoeging van boek XIX "schulden van de consument" in het Wetboek van economisch recht.
Het decreet van 30 mei 2008 en latere wijzigingen betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Het decreet over het lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen, artikelen 41, 2de lid, 14°, over de bevoegdheden van de gemeenteraad en artikel 177, 2° over het debiteurenbeheer, in het bijzonder de bevoegdheid in volle onafhankelijkheid van de financieel directeur voor de invordering van de fiscale en niet-fiscale ontvangsten en het verlenen van kwijting.
Het bestuursdecreet van 7 december 2018.
Het gemeenteraadsbesluit van 23 januari 2020 over het retributiereglement ter invordering van niet-fiscale ontvangsten.
Het gemeenteraadsbesluit van 24 augustus 2023 over het retributiereglement betalend parkeren en het parkeren in de blauwe zone - aanpassing (de artikels 19 en 27 in het bijzonder).
Het retributiereglement ter invordering van niet-fiscale ontvangsten werd goedgekeurd door de gemeenteraad op 23 april 2020.
Ingevolge een wijziging van het wetboek van economisch recht, meer bepaald de invoeging van het boek XIX "schulden van de consument", is een aanpassing van dit retributiereglement noodzakelijk. De wijziging van het wetboek van economisch recht voorziet in de verplichting om een kosteloze eerste herinnering te sturen en de verplichting om 14 dagen te wachten alvorens eventuele sancties vanwege laattijdige betaling toe te passen. De kostprijs vanaf de tweede herinnering mag maximaal 7,50 euro bedragen, vermeerderd met de op dat ogenblik geldende portkosten (vandaag 8,45 euro - aangetekende zending). De forfaitaire vergoeding voor de invorderingskosten is geplafonneerd, en stijgt gradueel afhankelijk van de hoogte van het verschuldigde bedrag :
Na de tweede (aangetekende) aanmaning volgt de gedwongen invordering via gerechtsdeurwaarder.
De nieuwe wet is enkel van toepassing op consumenten, en niet op ondernemingen. Voor de eenvormigheid zullen de tarieven van het retributiereglement wel op beide categorieën worden toegepast.
Het aangepaste retributiereglement wordt vastgesteld voor de periode 1 januari 2024 - 31 december 2025.
De ontvangsten van deze beslissing zullen geboekt worden op:
meerjarenplan 2020-2025 |
Exploitatie |
jaar |
2024-2025 |
beleidsitem |
011100 - fiscale en financiële diensten |
algemene rekening |
706000 - andere verkopen en dienstprestaties |
actie |
geen |
krediet |
toereikend |
Periode
Artikel 1
Er wordt voor een termijn aanvangend op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2025 een aangepast retributiereglement geheven ter invordering van niet-fiscale ontvangsten.
Schuldenaar
Artikel 2
De retributie is verschuldigd door de ondernemingen en personen aan wie een betalingsherinnering wordt gestuurd.
Artikel 3
Deze retributie is ook van toepassing op het retributiereglement betalend parkeren en het parkeren in de blauwe zone, zoals laatst aangepast via de gemeenteraadsbeslissing van 24 augustus 2023. De tweede aangetekende aanmaning wordt hier wel vervangen door een brief van de deurwaarder, tegen hetzelfde tarief van 15,00 euro. Bij een eerstvolgende aanpassing van dit retributiereglement zullen de artikels 19 en 27 aangepast worden aan de beslissing van heden.
Tarieven
Artikel 4
De retributie wordt als volgt vastgesteld:
Maatregelen bij betaling
Artikel 5
Bij betaling zullen eerst de volgens onderhavig retributiereglement aangerekende kosten (aangetekende zendingen en administratiekosten) aangezuiverd worden en vervolgens de openstaande niet-fiscale ontvangst (in hoofdsom).
Maatregelen bij niet-betaling
Artikel 6
De invordering van de retributie zal gebeuren - samen met de hoofdsom - bij dwangbevel voor de niet-betwiste niet-fiscale ontvangsten en overeenkomstig de wetsbepalingen betreffende de burgerlijke rechtsprocedure voor betwiste niet-fiscale ontvangsten.
Artikel 1
Er wordt voor een termijn aanvangend op 1 januari 2024 en eindigend op 31 december 2025 een aangepast retributiereglement geheven ter invordering van niet-fiscale ontvangsten.
Artikel 2
Een kopie van dit besluit wordt aan de financieel directeur bezorgd en aan de betrokken dienst belast met de toepassing van dit reglement.
Artikel 3
Dit besluit en de inhoud ervan wordt bekendgemaakt op de webtoepassing van de stad. De toezichthoudende overheid wordt op de hoogte gebracht van de bekendmaking (artikel 286 § 1 en artikel 287 en artikel 330 van het decreet lokaal bestuur van 22 december 2017 en latere wijzigingen).